De vergadering van de Federal Reserve, waar de rente werd verlaagd met 25 basispunten naar 3,50 à 3,75 procent, was het officieuze startschot van de zoektocht naar een opvolger voor voorzitter Jerome Powell.
De termijn van Powell loopt in februari 2026 af. De cruciale vraag is hoe het rentecomité zal omgaan met de druk vanuit het Witte Huis, die alleen maar zal toenemen. President Donald Trump heeft duidelijk gemaakt dat hij een lagere rente als hét instrument ziet om de wooncrisis te verzachten en de economie te stimuleren. Bestuurder Stephen Miran, die enkele maanden geleden werd benoemd door president Trump, stemde zelfs voor een renteverlaging met 50 basispunten.
Robuuste economie
Analisten waarschuwen dat die politieke wens haaks staat op de economische realiteit. De Amerikaanse economie blijft verrassend veerkrachtig, onder meer door de robuuste consumentenvraag. Bovendien blijft de inflatie hardnekkig rond 3 procent hangen. De groeivooruitzichten zijn licht verhoogd en de inflatieprognose verlaagd. Het rentecomité verwacht dat het tempo van de renteverlagingen zal vertragen. De rente zal in 2026 en 2027 wellicht telkens één keer met 25 basispunten dalen.
Drie van de twaalf stemgerechtigde Fed-bestuurders stemden tegen de renteverlaging.
Daarmee dreigt de volgende voorzitter van de Federal Reserve in dezelfde situatie te belanden als Powell. Het Witte Huis verlangt meer renteverlagingen, terwijl de economische cijfers dat wellicht niet toelaten. De interne verdeeldheid in de Federal Reserve is tastbaar. Drie van de twaalf stemgerechtigde bestuurders stemden tegen de renteverlaging. De beleidsmakers mikten in september nog op een rente tussen 3,25 en 3,50 procent voor eind 2026, een niveau dat de economie eerder afremt dan stimuleert. De langdurige overheidssluiting in de herfst heeft onzekerheid teweeggebracht, omdat de recentste cijfers over inflatie- en arbeidsmarkt uitbleven. Voorlopige ramingen voorspellen voor 2026 een groei rond 2 procent en een werkloosheidsgraad van 4,4 procent. Zulke cijfers nodigen niet uit tot een agressieve versoepeling.
Druk uit Washington
Tegelijk intensiveren de politieke signalen vanuit de Trump-regering. Verschillende door hem benoemde gouverneurs dringen aan op verdere renteverlagingen. Volgens Kevin Hassett, de gedoodverfde favoriet om Powell op te volgen, kan de opkomst van artificiële intelligentie de productiviteit zo verhogen dat lagere rentevoeten haalbaar zijn zonder inflatie te ontketenen.
Intussen bedraagt de inflatie in de eurozone 2,2 procent, een fractie hoger dan in oktober, dicht bij de doelstelling van de Europese Centrale Bank (ECB). Die is niet geneigd de rente te verlagen. Ook de eerste helft van volgend jaar is de kans op een verdere versoepeling niet groot. z