Goldman Sachs voorspelt 24 procent winst voor Chinese aandelen: hoe realistisch is dat?
De zakenbank Goldman Sachs ziet de Chinese aandelenmarkt 24 procent klimmen tegen het einde van het jaar. De Belg Frank Vranken, de hoofdstrateeg van de Zwitserse vermogensbeheerder Edmond de Rothschild, heeft zo zijn reserves bij die voorspelling.
De Amerikaanse investeringsbank dicht de MSCI China Index het potentieel toe om de kaap van 85 punten te ronden tegen eind dit jaar. Dat behelst een stijging met ongeveer 24 procent ten opzichte van de beurssluiting vorige week.
Exit zero covid
Beleggers slaan een bullish toon aan omdat ze verwachten dat op het eerstvolgende congres van de Chinese Communistische Partij (CCP) in maart, de machtshebbers een agressieve groeidoelstelling zullen aankondigen. En om haar economische doelstellingen te behalen, strooit de Chinese overheid gebruikelijk met miljarden.
Edmond de Rothschild-CIO Frank Vranken, die de vinger aan de beleggerspols houdt, stelt in een reactie aan onze redactie dat er wel nog wat obstakels zijn voor die voorspelde beursklim.
“Dat de Chinezen uit drie jaar covidopsluiting komen, voedt uiteraard de ware consumptiegolf die we nu zien. De Chinezen sparen in de regel heel veel, en ineens laten ze het geld rollen. Zo was er met het Chinese nieuwjaar een boom in reizen.”
Veel investeringskapitaal verdampt
De vraag is echter of al dat opgepot spaargeld zal worden uitgegeven. “De bouw- en vastgoedsector speelt daar een grote rol in. Chinezen investeren heel veel in vastgoed, de overheid tast ook diep in de buidel voor grote infrastructuurprojecten.” Maar gezien de gigantische schuldenlast die een groot deel van de Chinese bouwbedrijven meetorsen – denk bijvoorbeeld aan het financiële debacle bij de vastgoedreus Evergrande – is veel investeringskapitaal verdampt.
“Mijn grootste twijfel is dat de consument de vinger op de knip houdt door het verlies van zijn vastgoedinvesteringen”, betoogt Vranken. “China zou toch echt moeten denken aan een sociale zekerheidsstelsel zoals in het Westen.”
Wat de grote bouworders betreft, rekent Peking op de lokale overheden om de vastgoedsector te stimuleren. “Maar de provincies zitten eveneens met veel schulden en weinig reserves. Sommige provincies worden geacht in gebreke te blijven met hun LGFV (local government financing vehicle, investeringsvehikel meestal in de vorm van een investeringsmaatschappij die obligaties op de obligatiemarkten verkoopt om vastgoedontwikkeling en andere lokale infrastructuurprojecten te financieren, nvdr).”
“Bovendien begint de prijs van woningen zich weliswaar te stabiliseren, maar daalt het aantal nieuw opgestarte bouwprojecten nog steeds”, weet Vranken. Daar is dus sprake van een flessenhals.
Buitenlandse belegger
De Chinese spaarder is veel minder actief op de beurs dan bijvoorbeeld de Amerikaanse retailbelegger. Om de Chinese aandelenmarkten te laten presteren, moeten ze dus een duwtje in de rug krijgen van de buitenlandse belegger. Maar ook die staat, vanwege de politieke component, vaak sceptisch tegenover de Chinese bedrijfswereld.
“De politieke risico’s zijn tweeërlei in China: intern en geopolitiek”, weet Vranken. “Je hebt altijd de hand van de overheid die ingrijpt; de staat blijft zeer interventionistisch. Daarnaast zijn er meer en meer desinvesteringen. Zo haalt Apple een deel van zijn productie weg uit China, en brengt het die onder in India. Veel techbedrijven achten India, Vietnam en Indonesië minder risicovolle productielocaties.”
Daarnaast is er het spook van Taiwan, en daarbij een mogelijke confrontatie met het Westen, dat door de Chinese politiek waart. “Grote uitdagingen voor het Middenrijk”, concludeert Vranken.
Hongkong
Kan de Hongkongse beurs soelaas bieden? “Ik zou inderdaad iets meer in de Hang Seng Index willen zitten dan in Mainland China. Daar vind je toch meer een op westerse leest geschoeide consumptiemaatschappij”, merkt Vranken op.
Lees ook:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier