Er is leven voor Gold Fields na Yamana

Gold Fields bleef niet bij de pakken zitten na de mislukte overname van Yamana Gold en deed de voorbije maanden interessante transacties. Dat gebeurt zonder de voormalige CEO Chris Griffith, die pas een jaar aan boord was en de eer aan zichzelf hield. Voorlopig wordt de groep geleid door Martin Preece, die aan het hoofd stond van de Zuid-Afrikaanse operaties (South Deep). Het is wel de bedoeling dat er een nieuwe CEO komt.

Gold Fields had een akkoord met de raad van bestuur van Yamana voor een overname in aandelen ter waarde van meer dan 6 miljard dollar. Het liep verkeerd toen de koers begon te dalen en er tegenkanting kwam van de aandeelhouders. Daarna kwamen Agnico-Eagle Mines en Pan American Silver op de proppen met een gezamenlijk verbeterd bod. Gold Fields ging niet mee in een biedingsoorlog, en verkoos de contractueel vastgelegde verbrekingsvergoeding van 300 miljoen dollar te innen.

Economisch hield de geplande overname steek, want Gold Fields wou wat meer geografische diversificatie in productie en reserves en wou ook meer projecten in de pijplijn. Een deel van de verbrekingsvergoeding werd gebruikt om een participatie te nemen in een aantal exploratiebedrijven, maar daarmee hield het niet op. Gold Fields kocht de helft van het Windfall-project in de Canadese provincie Québec van Osisko Mining. Windfall heeft een reservepotentieel van 7 miljoen troyounce en hoge grades van 10 gram per ton erts. De investering voor Gold Fields, bestaande uit de aankoop, de constructiekosten en de vastgelegde uitgaven voor exploratie, bedraagt ongeveer 900 miljoen dollar. Windfall zal als alles goed gaat in 2026 in productie gaan en op jaarbasis gemiddeld 300.000 troyounce goud opleveren (waarvan de helft voor Gold Fields) tegen een totale productiekost (AISC) van minder dan 750 dollar per troyounce. Daarnaast is er een jointventure in de maak waarbij de Tarkwa-mijn van Gold Fields en de Iduapriem-mijn van AngloGold samengevoegd zouden worden, met de bedoeling kosten te besparen.

De mijnen van Gold Fields produceerden vorig jaar 2,4 miljoen troyounce goud tegen een AISC van 1.105 dollar. Dat was ondanks de inflatie slechts 4 procent hoger dan een jaar eerder en fors onder het sectorgemiddelde van 1.300 dollar. Dat was te danken aan de goede prestatie van de Australische activa terwijl ook South Deep het eindelijk goed doet. De Zuid-Afrikaanse mijn, die instaat voor 40 procent van de groepsreserves, produceerde vorig jaar 316.000 troyounce goud tegen een AISC van amper 1.294 dollar.

2023 ziet er voor de kosten iets minder gunstig uit. Door de hoge investeringen in Salares Norte (Chili) zal de AISC dit jaar oplopen naar 1.320 dollar. We sluiten niet uit dat dit cijfer nog zal worden verlaagd, want tijdens het eerste kwartaal bleef de AISC beperkt tot 1.152 dollar. Nog volgens het management zal de output op jaarbasis nagenoeg gelijk blijven op 2,38 miljoen troyounce. De AISC zal de komende jaren overigens weer fors dalen zodra Salares Norte in productie is. Dat moet over de levensduur van de mijn gemiddeld meer dan 350.000 troyounce goud per jaar opleveren, maar tijdens de eerste volledige productiejaren zal dit cijfer substantieel hoger liggen (500.000 troyounce en meer). Nog belangrijker is dat de AISC onder 750 dollar zal blijven. In combinatie met Windfall zal Salares Norte daardoor de productiekost op groepsniveau flink doen dalen, wat gunstig is voor de marges.

Conclusie

2023 is een overgangsjaar voor Gold Fields in aanloop naar de ingebruikname van Salares Norte die de komende jaren de output zal doen toenemen bij lagere kosten. Gold Fields is financieel gezond, biedt een mooi rendement en is tegen 7,5 keer de verwachte kasstroom nog niet te duur. Hogere prijzen kunnen bovendien voor stijgende marges zorgen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content