De overnamepoging van Anglo American was om verschillende redenen bij voorbaat kansloos, maar ook zonder externe groei zijn de vooruitzichten voor BHP niet slecht.
BHP Group haalde in april de wereldpers met een overnamebod op zijn sectorgenoot Anglo American. Het was geen verrassing dat BHP inzette op externe groei. De mijngroep maakt er geen geheim van dat het haar blootstelling aan koper nog wou optrekken. Toch verwachtte niemand een bod op Anglo American, gezien de omvang van dat bedrijf en de ingewikkelde groepsstructuur.
BHP bood aanvankelijk 31,1 miljard pond en trok dat later op naar 34 miljard en ten slotte naar 38,6 miljard, maar werd telkens wandelen gestuurd. De financiële voorwaarden waren heel ongunstig, met nauwelijks een premie, en bovendien moest de hele organisatie op de schop. BHP eiste de verkoop van Anglo American Platinum en Kumba Iron Ore (ijzererts), terwijl ook De Beers (diamant) versneld afgestoten moest worden.
Dat zorgde voor politieke opschudding in Zuid-Afrika, het thuisland van talrijke dochterbedrijven van Anglo. Bovendien ging de overname lang aanslepen door de verschillende mededingingsautoriteiten die hun zeg moesten doen.
Het was BHP vooral te doen om de koperactiva van Anglo, meer bepaald het Quellaveco-project in Peru. Vooralsnog blijft ijzererts de grootste winstmotor met een aandeel van 70 procent in de bedrijfswinst (ebitda), op ruime afstand gevolgd door koper (25%). Een geslaagde overname had van BHP één van de grootste koperproducenten ter wereld gemaakt en het rode metaal ging voor de helft van de ebitda instaan.
BHP verkocht eerder dit jaar een deel van de steenkoolactiva die waren ondergebracht in de joint venture BHP Mistubishi Alliance (BMA). Whitehaven Coal betaalt in schijven omgerekend 4,1 miljard dollar voor de Blackwater- en Daunia-steenkoolactiva. Toch is BHP nog niet helemaal uit steenkool gestapt. Ongeveer 40 procent van alle steenkool komt in India terecht, waar het wordt gebruikt voor de productie van staal. Een aanhoudende groei van de vraag is gegarandeerd, want India wil tegen 2030 de staalproductie verdubbelen.
Op de jaarresultaten van BHP is het nog wachten tot in augustus. Verwacht wordt dat de fors gestegen koperprijs de lichte prijsdaling bij ijzererts zal compenseren. In de zes maanden tot eind december, de eerste helft van het gebroken boekjaar 2024, daalde de nettowinst met 86 procent tot 927 miljoen dollar door twee uitzonderijke kostenposten. Als gevolg van de fors gedaalde nikkelprijs (-80% in 2023) moest BHP 2,5 miljard dollar afschrijven op de waarde van de nikkelactiva. Daarnaast nam BHP een provisie van 3,5 miljard dollar voor kosten verbonden aan de Samarco-dambreuk in Brazilië.
Exclusief die uitzonderlijke elementen klom de onderliggende bedrijfswinst (ebitda) met 5 procent naar 13,9 miljard dollar. De nettoschuld van BHP Group lag eind vorig jaar op 13,3 miljard dollar. Die kan verder worden afbetaald door de verkoop van de steenkoolactiva en de positieve vrije kasstromen (9,1 miljard dollar in 2023). Het halfjaardividend werd met 20 procent verlaagd, maar bedraagt nog altijd meer dan de helft van de onderliggende winst.
Conclusie
De overnamepoging van Anglo American was om verschillende redenen bij voorbaat kansloos, maar ook zonder externe groei zijn de vooruitzichten niet slecht. Door het aanhoudende gebrek aan structurele investeringen in productiecapaciteit blijven grondstoffen een schaars goed. Een eventuele recessie in het Westen kan voor een tijdelijke dip zorgen, maar er is voldoende vraag vanuit de opkomende landen. BHP noteert tegen 11 keer de verwachte winst en 5,5 keer de verwachte ebitda. Ook het rendement is aantrekkelijk en daarom is BHP koopwaardig.
Advies: koopwaardig
Risico: gemiddeld
Rating: 1B
Koers: 2.288 pence
Ticker: BHP LN
ISIN-code: GB00BH0P3Z91
Markt: London Stock Exchange
Beurskapitalisatie: 116,8 miljard pond
K/w 2023: 20
Verwachte k/w 2024: 11
Koersverschil 12 maanden: -5%
Koersverschil sinds jaarbegin: -15%
Dividendrendement: 5,3%
