Danny Reweghs
Chinese groeivertraging bedreigt wereldeconomi
Deze week werd bekendgemaakt dat de Chinese economie met 6,9 procent is gegroeid in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar. Dat is officieel het laagste groeicijfer sinds 2009, maar het lag toch iets hoger dan de verwachtingen. De Chinese centrale bank verlaagde vandaag de basisrente met 25 basispunten.
Het officiële groeicijfers bedraagt 6,9 procent, maar betrouwbare indicatoren (die de Chinese autoriteiten niet gemakkelijk kunnen manipuleren) geven aan dat dat cijfer een ruime overschatting is van de werkelijke groei in China, die eerder op 2 à 4 procent wordt ingeschat. Het mag dan ook niet verbazen dat de Chinese centrale bank vandaag de basisrente andermaal met 25 basispunten (0,25%) heeft verlaagd.
Grootste bedreiging
Vandaag kunnen de (Europese) beurzen stijgen. Maar de onaangename verrassing van de serieuze Chinese groeivertraging heeft de voorbije maanden lelijk huis gehouden op de aandelenmarkten. Er heerst dan ook een vrij grote consensus dat een harde landing van de Chinese economie vandaag de grootste bedreiging vormt voor de wereldeconomie. Een aantal maanden geleden was dat nog een eerste renteverhoging door de Federal Reserve. Economen en strategen schatten China in de meeste onderzoeken nu drie tot vier keer belangrijker in.
‘De Chinese leiders zullen nog bijkomende maatregelen treffen om de groei terug aan te zwengelen. Uit puur eigenbelang’
We mogen er echter van uitgaan dat de Chinese leiders nog bijkomende maatregelen zullen treffen om de groei terug aan te zwengelen. Uit puur eigenbelang. Weinig groei betekent sociale en etnische onlusten. Een bedreiging voor de politieke alleenheerschappij van de Chinese communistische partij.
Groeilanden zwaarder getroffen
Maar stel dat die maatregelen minder uithalen dan gehoopt, en dat de Chinese economie in 2016 op het lage groeiritme blijft. Wat is dan de impact op de wereldeconomie in het algemeen en een aantal grote economieën in het bijzonder? Daarover verschijnen dezer dagen uitvoerige studies door grote instellingen. De uitslag van die studies zijn niet allemaal gelijklopend, maar er zijn toch een aantal constanten. Een harde landing van de Chinese economie treft in de eerste plaats de andere economieën uit de opkomende markten. De impact wordt geschat op 1,25 à 2 procent groei voor de emerging markets. Brazilië en Rusland zouden harder worden getroffen dan India.
De impact op de westerse economieën zou 0,4 tot 0,7 procent groei kosten. De invloed op de Japanse en de Duitse economie zou wel meer dan 1 procent bedragen, tegenover maar 0,2 à 0,3 procent op de Amerikaanse economie. Globaal zou de wereldeconomie 0,8 à 1,25 procent groei moeten inleveren.
Risicopremie
De conclusie dat de onzekerheid over de Chinese groei voor een hogere risicopremie zorgt op de financiële markten klopt dus. Ze voedt ook de verwachting van aanhoudende deflatoire druk en zodoende een nog langere periode van lage rente. Ook de valutaoorlog met de angst voor een verdere daling van de Chinese yuan (CNY) tegenover de Amerikaanse dollar zou volgend jaar aanhouden.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier