BMW lijdt meer dan het lijkt
De cijfers van de Beierse groep lijken op het eerste zicht zeer solide, met een groei van 14% van de operationele winst en de omzet. De cijfers verbergen echter een opmerkelijke verslechtering van de winstgevendheid.
De automobieldivisie (met merken als BMW, Mini en Roll Royce) zag zijn omzet met 12% toenemen tot 17,2 miljard euro. Dit is voornamelijk te danken aan de nieuwe BMW 3 serie. De operationele winst van de grootste divisie van de groep zakte echter met 9,3% tot 1,65 miljard euro. De operationele winstmarge zakte van 11,9 naar 9,6%. Bij concurrent Audi bedraagt deze winstmarge 10,5%, terwijl dat bij Mercedes amper 6,4% is.
De winst van de BMW-groep werd gered door de financiële divisie (financiering van aankopen van wagens en van de concessiehouders). De operationele winst steeg er met 20,1% tot 425 miljoen euro. Deze activiteit kan echter niet in het oneindige de cijfers van BMW, die lijden onder de Europese crisis en een steeds fellere concurrentie in het duurdere gamma, stutten.
Mercedes, Audi en BMW vechten momenteel om het wereldleiderschap in een markt die steeds meer in het vizier komt van autobouwers als General Motors (dat het Cadillac merk herintroduceerde), Peugeot, Renault (herintroductie van Alpine) en Toyota (Lexus).
De voorzichtigheid van het management van BMW is dus gerechtvaardigd. De groep bereidt zich voor op een daling van de verkopen in Europa door met de vakbonden te onderhandelen over maatregelen om het productieritme in de Europese fabrieken te vertragen. Een deel van de productie in die fabrieken gaat immers nu al richting Noord-Amerika en Azië. Zelfs in die twee werelddelen wijzen de laatste cijfers op een vertraging van de automarkt.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier