Benjamin Graham (1894-1976) staat bekend als de ‘vader van het waardebeleggen’. Hij schreef onder meer de beleggingsklassiekers Security Analysis (1934) en The Intelligent Investor (1949).
Graham ontwikkelde begrippen als ‘margin of safety’ en de fundamentele analyse, waarbij beleggers aandelen kopen die onder hun intrinsieke waarde noteren.
Buffetts mentor
Zijn ideeën vormden de basis voor veel succesvolle beleggers, onder wie Warren Buffett, die hem beschouwde als zijn mentor. Met zijn uitspraak “De grootste vijand van iedere belegger is hijzelf” verwijst Graham naar het idee dat beleggers vaak hun eigen grootste vijand zijn als ze emotionele beslissingen nemen die hun beleggingsresultaten schaden. Belangrijke redenen daarvoor zijn:
Zeven valkuilen
1. Emotionele beslissingen. Angst leidt vaak tot paniekverkopen, terwijl hebzucht beleggers ertoe aanzet te veel risico te nemen tijdens marktstijgingen.
2. Overtrading. Te vaak handelen verhoogt transactiekosten en fouten, wat resulteert in lagere rendementen.
3. Confirmation bias. Beleggers zoeken informatie die hun overtuigingen bevestigt en negeren tegenstrijdige informatie, wat leidt tot een gebrek aan objectiviteit.
4. Kuddegedrag. Het volgen van de massa, zoals bij hypes, kan leiden tot het kopen van overgewaardeerde activa en verkopen op het verkeerde moment.
5. Te kort of te lang vasthouden. Beleggers verkopen soms te snel uit angst voor verliezen of houden te lang vast aan verliezende posities.
6. Gebrek aan een plan. Zonder een duidelijk beleggingsplan maken beleggers impulsieve beslissingen, vooral tijdens marktonrust.
7. Overmoed. Onnodige risico’s nemen door overschatting van kennis of vaardigheden, vaak versterkt door eerdere successen.
Om die valkuilen te vermijden, moeten beleggers gedisciplineerd blijven, diversifiëren, geduldig zijn, continu leren en beslissingen baseren op feiten en analyse in plaats van emoties. Zo kunnen ze betere beleggingsbeslissingen nemen en hun kansen op succes vergroten.
