Neerwaarts risico is gering voor Cameco
De Canadese uraniumproducent Cameco gaf een krachtig signaal met de drastische inkrimping van zijn productie. De dividendverlaging zorgt voor extra financiële ademruimte. Op lange termijn zijn dat de enige juiste keuzes.
Cameco verraste vorig jaar met de beslissing om de grootste mijn van de groep, McArthur River, samen met de verwerkingsinstallatie Key Lake voor tien maanden op non-actief te plaatsen. In 2016 deed de Canadese uraniumproducent hetzelfde met de Rabbit Lake-mijn. Daardoor zal de productie dit jaar bijna 15 miljoen pond lager uitvallen.
Vorig jaar verminderde ook Kazachstan, de grootste aanbieder, al twee keer de output van de staatsbedrijven. Tim Gitzel, de topman van Cameco, laat zich voorzichtig optimistisch uit over de uraniumindustrie op middellange termijn, maar hij wil geen al te hoge verwachtingen scheppen op korte termijn. Er zijn wereldwijd 57 nucleaire reactoren in aanbouw die de komende twaalf à achttien maanden operationeel worden. Cameco schat dat de komende tien jaar 730 miljoen pond uranium (kernbrandstof) nodig is, die voorlopig nog niet door de uitbaters van kerncentrales is vastgelegd.
Cameco leed in het vierde kwartaal een nettoverlies van 62 miljoen Canadese dollar, tegenover 144 miljoen Canadese dollar in dezelfde periode een jaar geleden. Het verlies kwam op rekening van het dochterbedrijf Nukem, dat wereldwijd kernbrandstof verhandelt. De operationele mijnactiviteiten waren dus wel winstgevend. Cameco produceerde vorig jaar 23,8 miljoen pond uranium, of 12 procent minder dan in 2016. Het verkoopvolume daalde met 7 procent naar 33,6 miljoen pond.
De gemiddelde verkoopprijs bedroeg vorig jaar 46,8 dollar per pond. Cigar Lake is nog de enige operationele mijn. Dat zal zware gevolgen hebben voor de output, die dit jaar op 9,1 miljoen pond zal blijven steken. De verkoopvolumes zullen door de lopende leveringscontracten vrijwel gelijk blijven op 32 à 33 miljoen pond.
Cameco maakt het verschil goed door uit zijn ruime voorraden te putten en uranium op de markt aan te kopen. Cameco had aan het einde van het boekjaar 470 miljoen dollar in kas. Daar stond een schuld van 1,2 miljard dollar tegenover. Het drastische snoeien in de uitgaven gaat dit jaar gewoon door. De uitgaven voor exploratie zullen met een derde afnemen, de administratiekosten zullen tot een vijfde lager uitkomen en de geplande kapitaaluitgaven liggen in 2018 bijna een kwart lager. De grootste besparing komt van het dividend, dat voor het eerst wordt verlaagd. De uitkering daalt van 0,4 naar 0,08 dollar per aandeel, waardoor het dividendrendement afneemt van meer dan 4 naar 0,9 procent. Met de maatregel houdt Cameco wel 126 miljoen dollar in kas.
In het dispuut met de Canadese belastingdienst CRA over de inkomsten van buitenlandse filialen werden in september de slotdebatten gevoerd. Een uitspraak van de rechtbank kan elke dag vallen. Het geschil met het Japanse nutsbedrijf Tepco komt voor een arbitragecommissie. De eerste zittingen staan pas begin 2019 gepland. Tepco zegde een afnameovereenkomst met Cameco eenzijdig op. De Canadezen eisen een schadevergoeding van 682 miljoen dollar. Er is gekozen voor arbitrage in plaats van voor een klassieke rechtszaak, omdat de kans op een minnelijke schikking dan groter is.
Conclusie
Cameco gaf een krachtig signaal met de drastische inkrimping van zijn productie. De dividendverlaging zorgt voor extra financiële ademruimte. Op korte termijn is dat niet aangenaam voor de omzet en de aandeelhouders, maar op lange termijn is het wel de enige juiste keuze. Het neerwaartse risico is erg gering, zowel voor de uraniumprijs als voor het aandeel (0,9 keer de boekwaarde).
Advies : koopwaardig
Risico : hoog
Rating : 1C
Koers: 9,02 dollar
Ticker: CCJ US
ISIN-code: CA13321L1085
Markt: New York Stock Exchange
Beurskapitalisatie: 3,5 miljard dollar
K/w 2017: –
Verwachte k/w 2018: 85,2
Koersverschil 12 maanden: -15%
Koersverschil sinds jaarbegin: -3%
Dividendrendement: 0,9%
Aandelen VS
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier