Koper is technisch sterk oververkocht
Koper werd tussen begin 2016 en eind vorig jaar 70 procent duurder. Die prijsstijging kon zich dit jaar niet doorzetten. De vooruitzichten op lange termijn ogen wel gunstig.
Koper werd tussen begin 2016 en eind vorig jaar 70 procent duurder. Maar die prijsstijging kon zich dit jaar niet doorzetten. Even kwam er een prijsopstoot door de dreigende sociale onrust bij de Escondida-kopermijn in Chili. Dat is de grootste kopermijn ter wereld, die wordt uitgebaat door BHP Billiton.
Maar al snel haalde de bezorgdheid over de dreigende handelsoorlog, de impact daarvan op de economische groei en de vraag naar metalen de bovenhand. Verschillende indicatoren geven bovendien aan dat de groei van de verwerkende industrie en de industriële productie piekte in de eerste jaarhelft. Daarnaast speelden ook de duurdere dollar en de aantrekkende rente een belangrijke rol. De koperprijs daalde eind juli voor het eerst in meer dan een jaar onder de grens van 6000 dollar per ton. Het verlies sinds begin dit jaar loopt daarmee op tot 16 procent. Prijstechnisch is koper sterk oververkocht.
Weer deficit vanaf 2020
De vooruitzichten op lange termijn ogen bovendien gunstig. Vanaf 2020 is er opnieuw een deficit op de mondiale kopermarkt. De opbrengsten van de bestaande mijnen nemen af door minder rijke ertsen, terwijl ook het aanbod van gerecycleerd koper daalt. Tegelijk is de huidige prijs te laag om te investeren in nieuwe productiecapaciteit. Aan de vraagzijde blijft de consumptie van geraffineerd koper hoog. Zo is de opkomst van alternatieve energie gunstig voor de vraag naar koper, want apparatuur voor wind- en zon-energie is erg koperintensief.
Sinds de Europese PRIIP-verordening kunnen Belgische beleggers in veel gevallen niet langer fysieke of synthetische trackers (ETF’s of ETN’s) kopen die noteren op de Amerikaanse beurzen. Dat geldt ook voor de varianten die de koperprijs schaduwen. Beleggers die direct willen inspelen op de evolutie van de koperprijs, moeten daarom uitwijken naar hefboomproducten. BNP Paribas Markets heeft twee turbo’s long in zijn gamma (hefboom 2,3 en 2,8), waarvan de onderliggende waarde het december 2018-termijncontract is. We merken op dat de spread (het verschil tussen de aankoop- en de verkoopkoers) met 40 eurocent aan de hoge kant is. Dat wordt gedeeltelijk gecompenseerd door de hoge nominale waarde van de turbo’s, maar ook in relatieve termen is een spread van 2 procent vrij hoog.
Dat doet Commerzbank een stuk beter. Die uitgever biedt vier turbo’s long aan die eveneens op Euronext noteren. De spread is beperkt tot 2 of 3 eurocent, wat naargelang de nominale waarde van de turbo overeenkomt met 0,5 tot 1,5 procent. De turbo’s van Commerzbank hebben een hefboom tussen 3,1 en 14,8. De onderliggende waarde is het september-termijncontract.
Derivatives
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier