Drie holdings voor uw portefeuille

Uit een onderzoek naar Europese holdings, gepubliceerd door Bank Degroof Petercam, bleek dat zeven op de tien holdings in de voorbije tien jaar de indexen wisten te verslaan. Het gemiddelde rendement van de Europese holdings bedroeg over die periode +11,8 procent, tegen +8,2 procent voor de Eurostoxx 600-index. Die outperformance was volgens de onderzoekers geen toeval, want ook over een periode van vijf, vijftien en twintig jaar presteerden de Europese holdings duidelijk bovengemiddeld.
Private equity
De prestaties van Europese holdings op de beurs vallen gemiddeld genomen dus zeker niet tegen. Het interessante aan die beleggingen is dat ze vaak blootstelling geven aan private equity en/of venture capital, oftewel niet-beursgenoteerde bedrijven. Die kansrijke beleggingscategorie is voor de meeste particulieren nauwelijks toegankelijk.
Daar hangt qua beheer een stevig prijskaartje aan, denken beleggers dan al snel, maar dat valt in de praktijk reuze mee. De beheerskosten voor Europese holdings liggen over het algemeen onder 0,5 procent per jaar. Daarmee zijn ze competitief te noemen met passieve fondsen, omdat u er actief beheer voor terugkrijgt.
Holdings zijn ook populair onder beleggers omdat ze vaak een mooi dividendrendement bieden en te koop zijn met een korting. Zodoende kunnen we stellen dat u als belegger in holdings meer waar krijgt voor uw geld.
Intrinsieke waarde
Mocht u een jaarverslag of analistenrapport over een holding doorspitten, dan zult u begrippen tegenkomen die u wellicht nog niet zo goed kent. De belangrijkste is de Net Asset Value (NAV) of nettovermogenswaarde. Dat is de totale waarde van alle activa in de holding, minus de schulden. Wanneer een gedegen schatting is gemaakt van de huidige nettovermogenswaarde van een holding, kunt u deze waarde vergelijken met wat beleggers bereid zijn te betalen op de beurs, oftewel de marktkapitalisatie. Wanneer de nettovermogenswaarde hoger ligt dan de marktkapitalisatie is er sprake van een korting. Beleggers noemen die ook wel de holdingkorting. Is de marktkapitalisatie hoger dan de nettovermogenswaarde, dan betalen beleggers een premie voor de holding.
Om aan de hoogte van een eventuele korting conclusies te verbinden, is het belangrijk te weten welke factoren de hoogte van de korting/premie beïnvloeden. De lijst is behoorlijk lang, daarom beperken we ons hier tot een klein aantal factoren. Een van de belangrijkste is wellicht het trackrecord. Belegt u in een holding, dan dient u te vertrouwen op het management. Wat het doet met de kasstromen die uit de participaties voortvloeien, bepaalt het succes. Een holding met een bewezen trackrecord verdient een lagere korting.
Holdings met een hoge korting lijken vaak iets meer opwaarts potentieel te hebben, maar daarmee dient u ook voorzichtig te zijn. Beleggers betalen voor kwaliteit. Presteert het management van een holding niet, dan loopt de korting op. Alleen naar de korting kijken, is onverstandig. Tegelijkertijd kan de hoogte van de korting wel dienen als hulpmiddel bij een instapmoment. Beleggers vergelijken bij holdings graag de huidige korting afgezet tegen de historische korting over een periode van vijf of tien jaar. Zitten daar flinke afwijkingen in, dan schept dat mogelijkheden.
Familiale holdings
Een extra criterium dat u kunt meenemen in de beleggingsbeslissing is de vraag of het om een familiebedrijf gaat en/of het management een aanzienlijk belang heeft in de holding. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat familiebedrijven het dankzij de gerichtheid op de lange termijn vaak goed doen op de beurs. We hebben al meerdere malen laten blijken dat we fan zijn van ondernemingen en holdings waar het management een aanzienlijk belang heeft in de onderneming. Wanneer het aandelenpakket van de directieleden veel groter is dan het salaris dat ze jaarlijks ontvangen, dan is het management meer gebaat bij het creëren van waarde voor de aandeelhouders op de lange termijn. In een dergelijke situatie neemt de kans af dat het management te veel de nadruk legt op de korte termijn − om een bepaalde bonus te verzilveren − en dat daarmee keuzes worden gemaakt die slecht kunnen uitpakken op de lange termijn.
Het loont te onderzoeken of het management een belangrijk aandelenpakket heeft en of het om een ‘familiale’ holding gaat.
De belangrijkste conclusie voor beleggers is dat het loont te onderzoeken of het management een belangrijk aandelenpakket heeft, dan wel of het om een ‘familiale’ holding gaat. Uit de studie van Degroof Petercam blijkt dat bij geen enkele onderzochte Europese holding de CEO een aanzienlijk belang heeft en de rendementen op de beurs zeer teleurstellend zijn. Daarnaast kwam ook geen holding naar boven waar de CEO weinig tot geen aandelen in bezit heeft en rendementen op de beurs toch behoorlijk goed zijn. Dat biedt stof tot nadenken. Vandaar de eenvoudige keuze drie kansrijke holdings te tippen waar duidelijk sprake is van het ‘familiale’ karakter.
FAVORIET 1: Sofina
De investeringsmaatschappij van de familie Boël heeft ondanks enkele recente mindere jaren en een koersterugval in 2022 nog steeds een stevig trackrecord. Een belegging in Sofina-aandelen leverde de afgelopen tien jaar een gemiddeld rendement van 10,7 procent per jaar op. De nettovermogenswaarde dikte in 2024 aan met circa 12 procent, naar 307 euro per aandeel. Het aandelenbelang van topman Harold Boël is meer dan 50 keer zo groot als zijn jaarsalaris. Koopt u een aandeel van deze holding, dan creëert u blootstelling aan ruim 500 venture-capitalfondsen en circa 80 individuele bedrijven, waarvan het overgrote deel nog geen beursnotering heeft. De beleggingen zijn wereldwijd goed gespreid en de portefeuille zit vol groeiwaarden.
Bij een geschatte actuele nettovermogenswaarde van 312 euro per aandeel bedraagt de korting circa 28 procent. Dat is aanzienlijk meer dan de gemiddelde korting van 11 procent in de afgelopen vijf jaar. Voor langetermijnbeleggers – zeker de beginnende beleggers – is de schuldenvrije holding daarmee prachtig. De markt verwacht dat de nettovermogenswaarde de komende jaren gemiddeld genomen zal groeien met circa 7 procent per jaar. Wij denken dat Sofina de verwachtingen kan overtreffen.
FAVORIET 2: Brederode
Een belegging in Brederode leverde de afgelopen tien jaar een gemiddeld rendement op van 13 procent per jaar, een duidelijke outperformance. De Belgische familie Van der Mersch bezit meer dan 50 procent van de aandelen. Daarmee lopen de belangen parallel met die van particuliere beleggers. Brederode wordt vaak vergeleken met Sofina, vanwege de grote blootstelling aan niet-beursgenoteerde bedrijven. De investeringen in private-equityfondsen bedragen 50 tot 70 procent van de totale portefeuille. Het grootste verschil is dat het bij Brederode voornamelijk gaat om buy-outs. Dit zijn al wat meer volwassen bedrijven die winstgevend zijn en (nog) geen beursnotering hebben. Daaruit zouden we kunnen opmaken dat Brederode een minder risicovolle belegging is dan Sofina.
Kijken we naar de beheerskosten en de schuldgraad bij Brederode, dan zijn beide laag te noemen. De beheerskosten bedragen slechts 0,09 procent per jaar. De markt verwacht dat de NAV bij Brederode de komende jaren gemiddeld zal groeien met circa 8 procent. In de afgelopen tien jaar lag de gemiddelde groei op bijna 15 procent. Door de recente koersval is de korting opgelopen tot 20 procent. In de afgelopen vijf jaar bedroeg de gemiddelde korting minder dan 10 procent. Dat levert dezelfde conclusie op als bij Sofina: een mooi instapmoment voor langetermijnbeleggers en zeker voor beginnende beleggers.
FAVORIET 3: Exor
Exor is een van oorsprong Italiaanse holding van de familie Agnelli. De belangrijkste drie participaties zijn Ferrari, Stellantis en Philips. Samen zijn die bedrijven goed voor meer dan de helft van de portefeuille. Exor bezit ook meerdere belangen in niet-beursgenoteerde bedrijven. Een bekend voorbeeld is het Franse Institut Mérieux, een onderneming die zich bezighoudt met de bestrijding van kanker en infectieziekten. Daarnaast heeft Exor een belang in het Franse luxebedrijf Christian Louboutin en is het grootaandeelhouder in Welltec, een Deens bedrijf dat hightechoplossingen aanbiedt aan energiebedrijven.
µExor heeft een duidelijke strategie: het is continu op zoek naar kansen in de sectoren gezondheidszorg, luxegoederen en technologie. Net als Sofina en Brederode beschikt de holding over een sterk trackrecord. In de periode 2009-2023 slaagde ze erin de nettovermogenswaarde gemiddeld met 18,6 procent per jaar te laten groeien. De CEO heeft met een aandelenpakket van circa 3 miljard euro duidelijk alle belang bij een stijging van de aandelen. De beheerskosten bedragen slechts 0,1 procent per jaar. De korting van liefst 51,3 procent is, gezien het track sterke trackrecord, overdreven hoog. De markt verwacht dat de NAV van Exor de komende jaren gemiddeld zal groeien, met circa 5 procent per jaar. Wij rekenen erop dat het management op dat gebied positief kan verrassen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier