ETF’s zijn de jongste jaren razend populair. Wereldwijd is er al 10.000 miljard dollar in belegd en u kunt kiezen uit duizenden trackers. Dit zijn zeven handvatten om uit dat overweldigende aanbod de voor u juiste ETF’s te selecteren. De meeste gegevens vindt u terug in het prospectus van de ETF.
1. De wegingsmethodiek
Het eerste selectiecriterium is de wegingsmethodiek van de ETF. De bekendste en meest gebruikte manier is te kijken naar de beurswaarde. Een voorbeeld: de S&P 500-index met de grootste 500 Amerikaanse bedrijven vertegenwoordigt een beurswaarde van 42.000 miljard dollar. Apple is daarin een van de grootste bedrijven, met een waarde van bijna 3.500 miljard dollar of 8 procent van het totaal. Een ETF die de S&P 500 volgt, zal dus voor 8 procent uit Apple-aandelen bestaan.
Maar dat hoeft niet zo te zijn. De ETF-uitgever kan er ook voor kiezen om elk aandeel even zwaar te laten wegen. Apple zou dan maar 1/500ste van de ETF uitmaken. Dat kan een goed alternatief zijn als één of meerdere bedrijven al te fors weegt in een beursindex.
2. Replicatiemethode
De replicatiemethode is de manier waarop de aanbieder het rendement van de index nabootst. De simpelste manier is alle of bijna alle aandelen in de onderliggende index te kopen. De zogenoemde fysieke ETF’s doen dat.
Synthetische trackers daarentegen kopen niet alle effecten, maar bootsen met swaps – ruilovereenkomsten – het rendement van een index na. In moeilijk toegankelijke of illiquide markten kunnen de kosten dan toch laag blijven. Aan synthetische trackers hangt een risico: het kan gebeuren dat de andere partij in de ruilovereenkomst haar verplichtingen niet kan nakomen. Vandaar dat we een voorkeur voor fysieke ETF’s hebben.
Lees ook: Beleggen zonder zorgen: wegwijs in het woud van ETF’s
3. Tracking
Het derde criterium is de tracking error, het rendementsverschil tussen de ETF en de onderliggende index. Hoe dichter die rendementen bij elkaar liggen, hoe beter. Een lage tracking error is een belangrijke indicator van een gezonde ETF. Het geeft aan dat de tracker nauwkeurig de prestaties van de onderliggende index volgt, wat in het algemeen voordelig is voor beleggers.
4. Kosten
De kosten vormen het vierde selectiecriterium: hoe lager, hoe beter, want zo blijft er meer geld over om te beleggen. Vooral als u voor de langere termijn belegt, zijn lage kosten essentieel.
5. Omvang
Wij geven de voorkeur aan ETF’s met minstens een paar honderd miljoen euro onder beheer. Het risico van een kleiner fonds is dat het gesloten wordt of, nog erger, wordt samengevoegd met een ander fonds waardoor het beleggingsbeleid kan veranderen. Hoe groter de ETF, hoe breder de vaste kosten kunnen worden verdeeld.
6. Verhandelbaarheid
De verhandelbaarheid of liquiditeit van de onderliggende waarden is bepalend voor de verhandelbaarheid van de ETF. U kijkt het best naar trackers waar u altijd in en uit kunt stappen. Een notering op een lokale beurs zoals Euronext is een plus. De beheer- en transactiekosten zijn dan minimaal.
7. Het uitlenen van aandelen
Ons laatste selectiecriterium is de vraag of er al dan niet aandelen worden uitgeleend. Als dat gebeurt, is dat een potentieel risico. Maar als de aanbieder dat voorzichtig doet en de opbrengst deelt met de belegger, kan het ook extra inkomsten betekenen boven op het reguliere rendement.
Tweede Trends Beleggers Challenge
Op 22 september starten de proefweken van de tweede Trends Beleggers Challenge, een beursspel met virtueel geld waarmee 10.000 euro echt geld te winnen valt. Het grote verschil met de eerste Challenge van het voorjaar is dat u nu niet alleen in aandelen kunt beleggen, maar ook in een aantal exchange traded funds, beter bekend als trackers of ETF’s.
Alle informatie vindt u op www.beleggerschallenge.be