De Vlaamse regering heeft vastgelegd hoeveel de heffing bedraagt die stroomgebruikers moeten betalen om de historische schuld van de groenestroomcertificaten weg te werken. Voor een gemiddeld gezin gaat het om 100 euro per jaar.
Het dossier hing als een molensteen rond de nek van de Vlaamse regering. Door de jarenlange oversubsidiëring van zonnepanelen ontstond er een berg aan groenestroomcertificaten die de netbeheerders – die verplicht zijn de certificaten aan een minimumprijs op te kopen – zelf niet konden doorrekenen in de nettarieven.
Bovendien ontstond er een groot overschot aan certificaten op de markt. De schuldenberg van de niet doorgerekende certificatenkosten liep op die manier op tot bijna 2 miljard euro. Vlaams minister van Energie Annemie Turtelboom wil er via een heffing voor zorgen dat de overschotten tegen 2021 afgebouwd zijn.
Het gaat om een heffing per afnamepunt voor elektriciteit, waarop geen btw wordt aangerekend. Voor beschermde klanten en klanten met een budgetmeter gaat het om een jaarlijks bedrag van 25 euro. Verbruikers die minder dan 5 MWh afnemen betalen 100 euro en zij die tussen 5 en 10 MWh zitten betalen 130 euro. Een gemiddeld Vlaams gezin, met 2 ouders en 1 kind, verbruikt volgens de VREG zo’n 3,5 MWh per jaar.
Dat de kosten van de heffing per schijf worden vastgelegd, en dus niet lineair stijgen, stuit op ongegrip bij de Bond Beter Leefmilieu, ABVV, ACV en Samenlevingsopbouw. “De regering beslist opnieuw om bedrijven te ontzien en legt het leeuwendeel van de kosten bij de gezinnen. Een gezin zal in verhouding meer dan 50 keer meer betalen dan een groot bedrijf. Dit wordt niet onderbouwd.”
Om de certificatenoverschotten tegen 2021 aan te pakken zullen leveranciers ook meer certificaten moeten voorleggen aan de VREG. Daardoor zullen vanaf 1 januari 2016 voor het eerst sinds 2009 meer certificaten worden ingediend dan er worden uitgereikt. (Belga/BO)
