Brouwerij Roman: ‘We bestaan al lang en willen nog lang bestaan’

LODE EN CARLO ROMAN "We zijn veertien generaties ver. Dan wil je toch niet de generatie zijn die het bedrijf verkoopt?" © fotografie Emy Elleboog
Wolfgang Riepl
Wolfgang Riepl redacteur bij Trends

Er zijn nog van die Gallische dorpjes in het AB InBev-land België. Brouwerij Roman is alom aanwezig in de Vlaamse Ardennen en groeit vooral met speciale bieren. De veertiende generatie in het familiebedrijf steekt een tandje bij.

Niet enkel het glooiende landschap maakt de Vlaamse Ardennen verschillend van de rest van Vlaanderen. Ook het bierlandschap is anders. AB InBev mag dan de nationale kampioen zijn, in de schilderachtige dorpjes zoals Horebeke, Nederbrakel, Gapenberg en Trippen, pronken Ename, Roman Pils of Sloeber op de gevels van de horecazaken. “Circa de helft van ons volume verkopen we in een straal van 30 kilometer rond onze brouwerij”, zegt Lode Roman, gedelegeerd bestuurder van “de oudste familiebrouwerij van het land” (1545).

Lode Roman (39) ontvangt samen met zijn broer Carlo (40) in een statige, ouderwetse vergaderzaal, waar het wemelt van de schilderijen en de bustes van voorvaderen van het veertien generaties oude bedrijf. De brouwerij dateert van 1926 en werd neergepoot door grootvader Jozef aan de rand van Mater. In die deelgemeente van Oudenaarde was ‘grootonkel’ Louis ruim vier decennia burgemeester, tot de grote fusiegolf van 1976. “We benadrukken graag de verankering in deze streek”, zegt Carlo Roman. “Dat geeft onze producten een sterkere identiteit. De bron voor onze drank is zuiver water uit de Vlaamse Ardennen. De bron bevindt zich in het centrum van Mater. Het water komt via een pijplijn van anderhalve kilometer naar de brouwerij.”

Klimmen in dalende markt

De broers denken er niet aan het familiebedrijf te verkopen. “Nooit. We zijn veertien generaties ver. Dan wil je toch niet de generatie zijn die het bedrijf verkoopt?”, vragen ze. Die strategie werkt. In theorie zou Brouwerij Roman moeten zweten. Negen tiende van de verkoop in eigen land gebeurt in de horeca. De Belgische biermarkt daalt al jaren. Nog sterker in de horeca dan in de winkels. Toch klimmen de volumes – van 68.000 hectoliter bier in 2006 naar 96.000 hectoliter vorig jaar – en de omzet in Mater onophoudelijk. “Pils betekende in het verleden het gros van onze verkoop”, duidt Lode Roman. “Vandaag nog een derde. Dat volume blijft dalen, want de traditionele consument, die na het werk enkele glaasjes dronk in zijn stamcafé, kwijnt weg. Maar is dat erg? Wij zetten veel meer in op speciale bieren en op andere consumentenmomenten. Dat leidt tot een opwaardering van de totale biercategorie. Bier is hip vandaag. Niet enkel in België, maar wereldwijd. Op voorwaarde dat je met speciale bieren komt.”

Stelselmatig groeide het aanbod speciale bieren bij de brouwer uit Mater. Eerst kwam Sloeber, een zware blonde uit 1983. In 1990 volgde het abdijbier Ename, vandaag het meest verkochte speciale bier. Later volgden Adriaan Brouwer en Gentse Strop, en zijn variant Rebelse Strop. “Het volume van Sloeber blijft stabiel, maar al onze andere speciale bieren blijven groeien”, merkt Lode Roman. “Ondanks het grote aanbod aan speciale bieren willen horecazaken nog altijd nieuwe merken in hun gamma opnemen. In sommige horecazaken verkopen we slechts één merk. In het verleden was het veel moeilijker, want toen moest je de cafébazen overtuigen van pils te veranderen.”

Terug naar de wortels

Toch werkt Brouwerij Roman ook aan een opwaardering van het pilssegment. De voorbije decennia vloeide Romy Pils rijkelijk in en rond Oudenaarde. “We keren terug naar de oorspronkelijke naam: Roman”, zegt Carlo Roman. “De idee groeide vanuit de export van die pils. In het buitenland pakten we al langer uit met een historisch verhaal rond onze brouwerij. Dat is belangrijk in het buitenland. Er is daar meer interesse voor het verhaal achter de brouwerij, de geschiedenis, hoe het allemaal ontstond. In beperkte kring hebben we die internationale varianten dan ook in eigen land gepresenteerd en laten proeven. Daar kwamen veel positieve reacties op. Vandaar ook de verandering in België van Romy Pils naar Roman.” Sinds maart heet Romy opnieuw Roman. Er is nu ook een witbiervariant en de premiumpils Roman Black Label. “Buiten onze regio schreven veel horeca-uitbaters toch al Roman Pils op de kaart, in plaats van Romy.”

Bier is hip vandaag. Op voorwaarde dat je met speciale bieren komt.

Met de export konden de telgen van de veertiende generatie zich herbronnen. De uitvoer blijft stijgen: van 2 procent van het volume rond 2000 naar ruim een derde vorig jaar. Het belangrijkste land is Italië, gevolgd door Frankrijk, Nederland en Rusland. Het bier vloeit naar twintig landen, tot in Australië. In Spanje heeft de brouwer zelfs een eigen verkoopfiliaal sinds het najaar van 2015. “We werken bijna overal via lokale distributeurs. Maar in sommige exportmarkten willen we zelf aanwezig zijn”, zegt Lode Roman. “Je bent volledig afhankelijk van die ene importeur, of die nu goed of slecht is. Door zelf aanwezig te zijn in een land, hebben we meer voeling met die markt en meer zekerheid over de continuïteit. We zijn nog geen twee jaar actief in Spanje, maar we zijn tevreden over de verkoop. De weg ligt open voor bijkomende eigen verkoopfilialen in andere landen.”

Zekerheid

Dat vergt ook investeringen. Maar die kan het bedrijf aan. Zoals bij vele brouwers in dit land blaken de balansen van gezondheid. “We moeten veel investeren. Meer en sneller dan vroeger. Jaarlijks hebben we voor 2 miljoen euro afschrijvingen”, zeggen de broers tijdens een rondgang door de brouwerij. Voortdurend wijzen ze op vernieuwingen in het productieapparaat: de gistingskelders, een volautomatische verpakkingsinstallatie in de bottelarij. Op de bottellijnen ratelen ook de glazen flessen van een concurrerende brouwer uit Henegouwen. “Dat contractwerk voor derden is uiteraard een minderheid van de volumes, maar het helpt wel bij het drukken van onze zware vaste kosten”, zegt Carlo Roman.

Want voorzichtigheid zit “de oudste familiale brouwerij van het land” na al die eeuwen in de genen. “We investeren altijd op een heel doordachte manier”, zegt Lode Roman. “We hebben graag zekerheid in het leven, zeker in ondernemen. We bestaan al lang en willen nog lang bestaan. Dat is goed voor ons, onze werknemers en onze leveranciers. Liever een gezonde en gestage, dan een exponentiële groei. Met als gevolg eventuele financiële risico’s.” Want in 2045 willen Carlo en Lode Roman, en dan wellicht ook de vijftiende generatie, de vijfhonderdste verjaardag van de brouwerij in de Vlaamse Ardennen vieren.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content