De ene biomassacentrale is de andere niet
‘Stroom 5 procent duurder door biocentrales’, kopten Het Belang van Limburg en Gazet van Antwerpen. In het artikel trok Frederik Vandeput, een Limburgs provincieraadslid van de Open Vld, ten strijde tegen de subsidies voor twee biomassaprojecten.
Die 5 procent is het gevolg van de financiering van hernieuwbare energie. Producenten van groene energie krijgen groenestroomcertificaten (GSC) op basis van de hoeveelheid elektriciteit die ze produceren.
De centrales in kwestie zijn die van het jonge Belgian Eco Energy (BEE), dat in Gent een splinternieuwe biomassacentrale wil bouwen. In Genk gaat het om een oude kolencentrale, die door de Duitse energiereus E.On zou worden omgebouwd tot een biomassacentrale. Max Green van Electrabel en Ackermans & van Haaren, ook een omgebouwde kolencentrale, kreeg al eerder dergelijke subsidies.
De Vlaamse elektriciteitsverbruiker betaalt iets meer dan 1 miljard euro voor de GSC’s die al toegekend zijn. Daarvan gaat 650 miljoen euro naar eigenaars van zonnepanelen. De centrale van E.On zou per jaar 202,5 miljoen euro subsidie krijgen gedurende tien jaar, die van BEE 125,5 miljoen euro gedurende vijftien jaar.
Dat miljard euro is goed voor ongeveer 15 procent van de totale energiefactuur. De 328 miljoen euro die erbij komt, is goed voor 5 procent extra. Daarbovenop komt dat de distributienetbeheerders Eandis en Infrax de groei van de GSC-kost hadden onderschat, en dus de jongste jaren te weinig hebben aangerekend. De meerkosten worden wellicht bij de volgende tariefaanpassing in rekening gebracht.
Toch is er een groot verschil tussen beide centrales. Terwijl E.On ronduit zegt zonder subsidies de centrale te willen sluiten, gaat BEE ervan uit dat de centrale 40 jaar draait, veel langer dan de subsidieperiode. Ondanks de subsidiestromen bedraagt het projectrendement 11 procent, een cijfer dat, gelet op de onzekerheden, veel investeerders zou afschrikken. De terugverdientijd is ook veel langer dan de anderhalf jaar die Vandeput vermeldt.
“Voor ons volstaat dezelfde subsidie als voor E.On, hoewel wij een nieuwe centrale bouwen en zij in Langerlo een oude renoveren. Dat kan, omdat we een efficiëntere en schonere centrale bouwen, die in een haven ligt, wat de logistiek vergemakkelijkt en betaalbaar houdt”, meent topman Michael Corten. “Voorts gebruiken we ook houtchips en agro-afval. Die zijn, omdat er geen energie nodig is om ze te produceren, nog milieuvriendelijker dan de houtpellets van E.On en Electrabel.”
BEE onderzoekt ook de mogelijkheden om de warmte van de centrale te laten benutten door bedrijven in de buurt, of een warmtenet. “Als dat lukt, kunnen we wellicht sneller of met minder subsidies verder. Bovendien zijn wij, als je het hele plaatje bekijkt, 40 procent goedkoper dan de offshore-windcentrales.” (LH)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier