7 vragen aan Ivan Van de Cloot: ‘Banken zijn als kerncentrales: op veiligheid bespaar je niet’
Ivan Van de Cloot, hoofdeconoom van de denktank Itinera, schreef een boek over de financiële crisissen van 2008 en 2011, waarin hij de roekeloosheid van bankiers en politici hekelt. Trends legde hem zeven vragen voor.
Aan de basis van de financiële crisis lag de opbouw van een schuldenberg. Is daar al iets aan gedaan?
Van de Cloot: “Nauwelijks. De schuldenhefboom bestaat nog altijd. Nu zijn er wel pogingen, zoals in Japan, om de schuldenberg te monetiseren. Maar het opkopen van schuldpapier door de overheid blijft een groot experiment. De tweede golf van kwantitatieve versoepeling heeft weinig impact gehad op de reële economie, ze heeft alleen veel lucht in het financiële systeem gepompt. Daardoor zijn de prijzen van bepaalde financiële producten weer flink gestegen, wat sommigen doet concluderen dat de crisis achter de rug ligt. Daar ben ik het niet mee eens. De situatie die we nu meemaken, is niet normaal. De rentespread tussen landen als Griekenland en Italië enerzijds en Duitsland anderzijds is heel klein geworden. Terwijl de kredietwaardigheid van die landen toch fundamenteel verschilt.”
Is de volgende financiële crisis in de maak?
Van de Cloot: “De kiemen zijn in elk geval aanwezig. Welke financiële producten gaat men kopen met de massa’s geld die de centrale banken in het systeem pompen? Opnieuw staatsschuld van Griekenland of Italië? Herverpakte kredieten? Mezzanine-tranches met een hoger risico? In bepaalde segmenten van de financiële markten heerst collectieve waanzin. Dat roekeloze gedrag is ons de voorbije jaren heel zuur opgebroken.”
Zijn de banken veiliger en stabieler dan zes jaar geleden?
Van de Cloot: “De essentie is dat banken ‘too big to fail’ waren, en dat zijn ze nog altijd. Dat probleem is niet opgelost. Integendeel, de Europese grootbanken waarvoor de overheid als reddende engel moet optreden, zijn alomtegenwoordig. 43 procent van alle activa bevindt zich op de balans van 15 Europese grootbanken. Het hele financiële systeem staat gewoon niet meer in verhouding tot de reële economie. Terwijl intussen voldoende is aangetoond dat er in de banksector boven een bepaalde drempel geen schaalvoordelen bestaan. Er is enkel de impliciete subsidie die deze grootbanken genieten in de vorm van lagere financieringskosten, omdat de overheid hen in geval van problemen toch zal redden. Dat is pervers. Je kunt je de vraag stellen of de overheid die subsidie in stand moet houden.”
U pleit in uw boek om de banken hoge kapitaalbuffers op te leggen. Volstaan de kapitaalvereisten van Bazel III dan niet?
Van de Cloot: “Ik zou in de Bazel III-normen kunnen geloven als ze bedoeld zouden zijn als een tussenstap op weg naar kapitaalbuffers van 20 procent. Maar ik denk niet dat dit het geval is. Want wat zien we? Dat de kapitaalvereisten, onder druk van de bankenlobby, uitgehold worden. Men is onvoldoende streng voor de banken, en dat baart me zorgen. Banken zijn als kerncentrales. Op de veiligheid ervan bespaar je niet. En dus zijn kapitaalbuffers van 20 procent noodzakelijk. Enkel op die manier is er een voldoende groot stootkussen om verliezen te absorberen in geval van een ernstige crisis. Dat de banken aanvoeren dat hoge kapitaalbuffers de kredietverstrekking en dus de economische groei drukken, is het meest idiote argument dat ik ooit gehoord heb. Kapitaal is geen zak geld die onaangetast in een kluis ligt. Ook kapitaal wordt gebruikt om kredieten te verstrekken. En hoe meer kapitaal er is, hoe veiliger de bank en hoe meer middelen ze kan ontlenen.”
U wijst in uw boek ook op de constructiefouten in de Europese muntunie. Gelooft u nog in het project ‘Europa’?
Van de Cloot: “De politici moeten dringend een onderscheid leren te maken tussen de muntunie en de Europese unie. Helaas is er op dat vlak weinig voortschrijdend inzicht. Landen met een kleine economie als Griekenland en Cyprus brachten de eurozone aan de rand van de afgrond, en toch laat men Letland met zijn zwakke banksector zomaar tot de euro toetreden. Dat bewijst dat men niet geleerd heeft uit de fouten. Met een grondige schuldherschikking voor Griekenland had men dat land en zijn bevolking een hoop ellende kunnen besparen, en hoogstwaarschijnlijk zelfs de eurocrisis voorkomen. Maar men heeft dat vertikt. Ik vind dat bepaalde politici heel lichtzinnig omspringen met de Europese monetaire unie. Zonder aanpassingen heeft deze constructie geen toekomst. Er is nood aan grotere economische integratie als we de eurozone van verder onheil willen behoeden, maar daar wordt geen werk van gemaakt.”
U noemt Dexia een tikkende tijdbom. Ontploft die bom ooit in het gezicht van de belastingbetaler?
Van de Cloot: “Op dit moment creëert men in Europa een comateuze economische toestand, precies opdat zombiebanken als Dexia niet zouden ontploffen. Maar de prijs die we daarvoor met zijn allen betalen is hoog. De Belgische staat is voor Dexia in de bres gesprongen zonder de omvang van de problemen precies te kennen. Een bankbalans is een grote black box. Slechts enkelen weten wat erin zit. Wat de overheid nu doet, is toch een beetje Russische roulette spelen. Men had veel eerder de tegenpartijen van Dexia-schuldpapier mee in het bad moeten trekken. In plaats daarvan heeft men ervoor gekozen de belastingbetaler volledig voor het gelag te laten opdraaien.”
Wat vindt u van het plan van minister Geens om de Arco-coöperanten gedeeltelijk te vergoeden?
Van de Cloot: “Ik blijf het bizar vinden dat aandeelhouders moeten vergoed worden, alsof een bank een verlengstuk van de schatkist is. Als er dan toch beslist wordt om een compensatie toe te kennen waar de belastingbetaler voor opdraait, moet ook de aansprakelijkheid van de personen die voor dit debacle verantwoordelijk zijn aan bod komen. Geen belastinggeld zonder verantwoordelijkheid. Dat is wat ik mijn boek probeer aan te tonen. Zowel bankiers als politici zijn mensen die werken met het geld van anderen. Dat maakt dat hun verantwoordelijkheid groot is. Als democratie moeten we daar bijzonder goed op toekijken. Maar ik vrees die controlefunctie van het parlement voor een stuk verloren gegaan is. Heel het Dexia/Arco-verhaal is in wezen een test voor de sterkte van onze democratie. Als niemand verantwoordelijk is – al dan niet omdat de politieke klasse de vuile potjes gedekt wil houden -, is dat een aantasting van onze democratie.”
In Trends van deze week kunt u de voorpublicatie van een hoofdstuk uit het boek ‘Roekeloos’ van Ivan Van de Cloot lezen. Daarin o.a. de aanbevelingen tot strafvervolging van de experts in de parlementaire commissie die nooit het licht zagen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier