Comeback van de seventies ski: Modelabel Fusalp opnieuw op de latten

LUXURY STYLE
de heropleving van modelabel Fusalp

Het Franse skimerk Fusalp was jarenlang de chouchou van de modieuze wintersporter. Het merk kleedde niet alleen skikampioenen, het was ook trendsettend. Na jaren onder de radar is het merk nu aan een remonte toe. In de bergen, maar ook in de stad.

We spreken af in het Parijse kantoor van Fusalp. Het Franse skimerk kende pieken en dalen door opeenvolgende overnames zonder duidelijke visie. Eind 2013 werd de schone slaapster wakker gekust door de kleinkinderen van René Lacoste, voormalig tenniskampioen en oprichter van het bekende Franse merk met de krokodil. Toen broer en zus Philippe en Sophie Lacoste hun minderheidsaandelen in het familiebedrijf verkochten aan de Zwitserse Maus Frères Holding kwam Fusalp op hun pad, een merk dat mooie jeugdherinneringen aan hun eerste skivakanties opriep. Mathilde Lacoste, ontwerpster en vrouw van Philippe, en Alexandre Fauvet, de voormalige nummer twee van Lacoste en nu CEO van Fusalp, ­stapten mee in het avontuur.

“De overname van Fusalp was een gelukkig toeval”, zegt Alexandre Fauvet. “Mathilde, ­Sophie, Philippe en ikzelf hadden het plan een nieuwe garderobe uit te vinden, bedoeld voor een leven in beweging. We komen alle vier van bij Lacoste, wat een ongelooflijke ervaring was. Toen we Fusalp overnamen, wilden we verder gaan dan het pure wintersportgebeuren. Het basisidee was de techniek te integreren in de mode, en vice versa. Vanuit die optiek willen we nieuwe collecties ontwerpen, zowel voor de besneeuwde bergen als voor de stad. Het grote verschil met Lacoste is dat skikledij op technisch gebied het summum is: onze technische ski-jassen alleen al bestaan uit ­negentig onderdelen. We hebben de voorbije jaren heel veel bijgeleerd op technisch ­gebied. En we willen die lat nog hoger leggen.

“Daarnaast hechten we veel belang aan het mode-aspect van de collectie. Kort na de ­overname hebben we ons verdiept in de ­archieven van Fusalp in het atelier in Annecy. We zijn op zoek gegaan naar de sleutel van het succes van Fusalp, dat ooit toonaangevend was op het gebied van skikledij. Het antwoord bleek dat de stichters van het merk kleer­makers waren. Het modieuze en de goede pasvormen van het merk waren al in de kiem aanwezig.”

Van maatpakken tot olympische outfits

Aan het einde van de jaren veertig opende de kleermaker René Veyrat zijn atelier van maatpakken in Annecy. Een van zijn talentvolle ­medewerkers was de patroonmaker Georges Ribola, afkomstig uit de buurt van Chamonix en een fervente skiër. Hij begon te experimenteren met kleren voor de wintersport. Hij overtuigde zijn baas de ‘fuseau des Alpes’, een totaal nieuwe skibroek, op de markt te brengen. In 1952 was Fusalp een feit.

De eerste modellen hadden een elastiek om de voet. Een volgend model werd op de schoen bevestigd met haken en leren riemen, om de sneeuw tegen te houden. Om de skikleren zo gestroomlijnd mogelijk te houden, vond ­Ribola een aansluitende skibroek uit, met een elastische boord opzij, geïnspireerd op
de ruiterbroek. Ribola bleef vernieuwen en maakte daarbij gebruik van de nieuwste ­materialen. De collectie breidde zich ook uit tot een volledige ski-outfit. Fusalp werkte zich in de kijker van de Franse skifederatie, die ­besliste de olympische equipe in Fusalp te ­kleden, dat daardoor naam maakte als het merk van olympische skikampioenen.

‘We koesteren grote ambities, in eigen land en erbuiten. Deze winter ­openen we een pop-up in Knokke’

Alexandre Fauvet, CEO van Fusalp

Dankzij de democratisering van de wintersport trok ook de middenklasse naar de skistations waardoor zo een nieuwe, grotere markt ontstond voor skikledij: ook de amateurwintersporter wilde gekleed gaan in het merk van de kampioenen. Fusalp barstte uit zijn voegen en opende nieuwe fabrieken. De grootste stond in Albertville. Skikledij was lifestyle geworden.

Halfweg de jaren zestig drukte styliste Ingrid Buchner haar modestempel op de collectie. De aansluitende modellen en de felle kleuren konden zich qua stijl meten met de avant-­gardemodelabels van die tijd. Ingrid Buchner kreeg de volledige creatieve vrijheid en ­lanceerde onder meer hippe salopettes en broekrokken met bijbehorende gewatteerde beenwarmers. De outfits oogden zo hip dat ze ook het straatbeeld veroverden. Tegelijk bleef het merk op technisch gebied innoveren en ­legendarische kampioenen kleden. Onder hen drievoudig olympisch kampioen Jean-Claude Killy, wereldkampioene slalom Annie Famose en kampioene acrobatische ski Christine Rossi.

In 1976 verkochten Veyrat en Ribola het succesvolle Fusalp aan de groep Empain, die weinig voeling had met de sector. Zes jaar later kwam Fusalp in handen van de financiële groep Le Refuge, om na de zoveelste overname naar de achtergrond te verdwijnen.

Herwonnen identiteit

Wie de huidige collecties van Fusalp bekijkt, herkent elementen uit de sixties en de seventies, de succesperiode van het merk. Dat de signatuur zo duidelijk is dat opzichtige logo’s over­bodig zijn, is de verdienste van creatief directeur Mathilde Lacoste en haar team. Zij is een ­bescheiden vrouw van weinig woorden, maar met een lange staat van dienst in de modesector.

“Ik ben geboren in een artistiek milieu. Mijn vader is beeldhouwer. Ik studeerde toegepaste kunsten met een specialisatie in mode aan de école Duperré in Parijs. Ik kon vrij snel aan de slag bij Lacoste en oefende er verschillende jobs uit in het creatieve team. Mode is interessant zolang ze functioneel is, louter decoratief interesseert ze me niet.

“De overstap naar Fusalp was niet vanzelf­sprekend: skikledij is veel complexer en dat technische element was onbekend terrein voor mij. Bovendien was het DNA van Fusalp door opportunistisch kortetermijndenken ­verwaterd. Het kostte dan ook veel moeite om die scheefgegroeide situatie recht te trekken.

Ik heb me laten informeren door het head of design uit de gouden jaren van Fusalp, Ingrid Buchner, die de collectie van 1965 tot 1984 ­tekende. Ze had nog tal van schetsen, die ze mij gegeven heeft. Dankzij de loyauteit van de medewerkers van het eerste uur zijn we erin geslaagd het originele DNA van het merk te ­reconstrueren. We zijn als overnemer warm onthaald door het team, dat meteen voelde dat we goede bedoelingen hadden met het bedrijf. De archieven hebben we uitgebreid door vintage stukken te kopen, onder meer de oude maar intacte stock van een boetiek uit de jaren vijftig.

“Als je die stukken uit het verleden bekijkt, ­besef je pas hoe sterk de technologie op het ­gebied van stoffen geëvolueerd is. We werken constant samen met onze stoffenleveranciers om de lat steeds hoger te leggen. Soms duurt het twee jaar voor een materiaal helemaal op punt staat en we er tevreden mee zijn.

“De stukken die we voor het skiën ontwerpen, kunnen ook gedragen worden in de stad of voor een rit op de motor. Die multifunctiona­liteit vinden we belangrijk. Wie investeert in een kwaliteitsjas wil er ook na de wintersportvakantie van genieten. Technische outdoorkledij zit sowieso in de lift bij de modeliefhebbers. High-fashionmerken brengen die look, wij brengen de look én de technische inhoud. ­Onze urban collectie is heel discreet, een­voudig maar chic en toch herkenbaar. Stilaan evolueren we naar een compleet lifestylemerk, met accessoires. Zo hebben we net een kleine collectie unisex zonnebrillen gelanceerd, ­geïnspireerd op de typische masker-skibril. Die knipoog naar onze roots is altijd aanwezig.”

Fusalp in België

“Sinds twee jaar verkopen we meer urban out­fits dan technische skikledij”, vult Alexandre Fauvet aan. “Dat belet niet dat we blijven ­investeren in hightech skikledij. Zo kleden we weer olympische teams voor de Winterspelen, onder meer het Britse team. We willen weer het skimerk van de kampioenen worden. Wanneer je skikledij voor de competitie ontwerpt, moet de kwaliteit top zijn, anders val je door de mand. Daarom werken we samen met professionele skiërs die feedback geven op onze creaties. Dat is heel inspirerend. Het stuwt ons voort. Wanneer we de knowhow beheersen om topkwaliteit te leveren voor kampioenen, dan kunnen we die kennis vertalen naar hoogkwalitatieve producten voor elke dag. We koesteren grote ambities, in eigen land en erbuiten. De voorbije tien jaar zijn we onafgebroken blijven groeien. Ook in België doen we het uitstekend met onze boetiek in Brussel. Komende winter zullen we in Knokke een pop-up openen op het m’as-tu vu-plein. We hadden sowieso al een mooi Belgisch ­cliënteel in de boetieks van onze skistations en in onze boetiek in Rijsel. Voor we de boetiek in Brussel openden, wisten we dus dat er voor ons veel potentieel in België is. Belgen hebben oog voor kwaliteit.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content