Peter De Keyzer
‘AI is voor advocaten en notarissen wat de zelfscankassa was voor kassamedewerkers’
Voor het eerst in de geschiedenis staat de baan van vooral hooggeschoolde, goed geconnecteerde én geprivilegieerde breinwerkers onder druk door nieuwe technologie, schrijft Peter De Keyzer.
Op een recente persconferentie van de federale overheidsdienst Justitie mocht de verzamelde pers kijken naar de kast waarin het papieren dossier van de Algerijnse terrorist Abdesalem Lassoued was blijven liggen. Terwijl het administratieve leven van de meeste burgers zich grotendeels online en digitaal afspeelt, is dat helaas niet het geval voor justitie. Waren de omstandigheden niet zo dieptriest, ‘de kast’ had een sketch kunnen zijn uit In De Gloria of Het Eiland.
De Belgische justitie loopt ver achter in digitalisering. Dat is trouwens meer dan het inscannen van papieren documenten. Documenten moeten raadpleegbaar zijn, databases moeten kunnen communiceren en verbanden moeten kunnen worden gelegd. Het duurt hier dan ook vaak jaren en soms decennia vooraleer rechtszaken een definitieve uitspraak kennen. Grote processen beginnen steevast met het uitstallen van stapels papieren dossiers op tafels in de rechtbank. Diezelfde dossiers passen meestal op een gemiddelde USB-stick of kunnen als bijlage worden verstuurd in een mail. Maar dat ziet er minder spectaculair uit. Die rechtsonzekerheid kost burgers en bedrijven niet alleen slapeloze nachten en veel geld, het kost het land hopen welvaart. Volgens cijfers van de OESO zou een efficiëntere en snellere justitie België tot 4 miljard euro aan extra welvaart kunnen opleveren.
De combinatie van digitalisering en artificiële intelligentie (AI) biedt een unieke kans om justitie efficiënter te maken en grote welvaartswinsten te boeken. AI kan veel sneller en beter grote hoeveelheden data en gegevens verwerken dan mensen. Ze kan veel sneller opzoekingen doen. AI kan eveneens honderden of duizenden precedenten analyseren en voorspellingen maken voor rechtszaken of juridische geschillen. Digitalisering en AI kunnen leiden tot eerlijkere, snellere en goedkopere rechtsbedeling en notarisdiensten. Burgers, bedrijven en de maatschappij zouden de grootste winnaars zijn.
De leveranciers van juridische diensten staan op korte termijn aan de verliezende kant. Generaties lang waren advocaten, rechters en notarissen de bevoorrechte poortwachters die burgers doorheen het juridische labyrint konden loodsen. Aan dat privilege verdienden ze bovendien meer dan behoorlijk. Met de komst van AI zal daaraan een einde komen. We kunnen ons dan ook verwachten aan weerstand vanuit juridische hoek. Weerstand tegen nieuwe technologie bestaat al sinds de start van de industriële revolutie. Toen vernietigden bijvoorbeeld ambachtelijke wevers industriële weefgetouwen omdat ze voor hun baan vreesden. Nog maar enkele jaren geleden maakten Waalse vakbonden zelfscankassa’s onklaar omdat ze vreesden voor banenverlies bij de kassamedewerkers.
Nooit werd dat doembeeld van een massaal banenverlies werkelijkheid. Zeker, sommige banen kwamen onder druk of verdwenen. Maar in de maatschappij als geheel stegen de lonen, de welvaart en het aantal banen. Per saldo zorgde nieuwe technologie altijd voor meer rijkdom. De belangrijkste taak van de overheid is ervoor te zorgen dat de verliezers van de nieuwe technologie worden omgeschoold voor andere taken in de economie. AI is voor advocaten en notarissen wat de zelfscankassa was voor kassamedewerkers. Een tijdelijke bedreiging voor een kleine groep, maar een permanente welvaarts- en productiviteitswinst voor de hele maatschappij.
Maar voor het eerst in de geschiedenis staat de baan van vooral hooggeschoolde, goed geconnecteerde én geprivilegieerde breinwerkers onder druk door nieuwe technologie. Voor burgers, bedrijven en de maatschappij als geheel biedt de combinatie van digitalisering en AI fantastische kansen. Meer specifiek in het geval van justitie, advocatuur en notariaat belooft de technologie een hogere efficiëntie, een hogere snelheid en lagere kosten voor de burger. Si on me laisse faire.
De auteur is econoom en managing partner van Growth Inc.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier