Ondernemers Peter Hinssen en Pascal Coppens over China: ‘In negen op de tien gevallen laat de overheid de markt het eerst zelf oplossen’
De opkomst van China en zijn techbedrijven is geen bedreiging maar een kans, vinden Peter Hinssen en Pascal Coppens. De eerste kent Silicon Valley door en door, de andere is thuis in de Chinese techscene. Ze zijn het er roerend over eens dat Chinese bedrijven even goed of zelfs beter zijn in innovatie.
Een gesprek met Peter Hinssen en Pascal Coppens is er een met een halve Amerikaan en een halve Chinees. Hinssen groeide deels op in de Verenigde Staten en bouwde na zijn carrière als een van de eerste internetondernemers in België een indrukwekkend netwerk op buiten België, in het bijzonder in de VS. Coppens was twintig jaar techondernemer in China en geeft nu overal ter wereld presentaties over het land. Hij is nu ook verbonden aan nexxworks, de innovatiespecialist waarvan Hinssen een medeoprichter is.
Het duo trekt dit jaar rond met een gezamenlijke keynote speech en gaat in het najaar met een selecte groep bedrijfsleiders en managers naar China. Want Coppens heeft Hinssen, die de Belgische bedrijfsleiders het woord disruptie leerde kennen en de almacht van Silicon Valley predikt, zowaar bekeerd. “Ik kijk met totaal andere ogen naar China, nu ik er sinds een jaar of vier regelmatig kom”, zegt Hinssen. “Dankzij Pascal, die daar zo lang heeft gewoond en gewerkt, heb ik het echte China gezien. Dat was een openbaring. We staren ons in het Westen blind op Tencent en Alibaba, maar de technologische opgang gaat er veel dieper. Ik ga ook nog altijd veel naar Silicon Valley en het valt op dat men daar ook zo oppervlakkig denkt. Men beseft er niet dat het niet langer de meest innovatieve regio van de wereld is.”
We zijn ons in Europa te weinig bewust van de onderhandelingsmacht die we hebben, nu we twee partijen tegen elkaar kunnen uitspelen” Pascal Coppens
“We leren te weinig van China, deels omdat we door onze westerse kijk de Chinese drang naar vooruitgang onderschatten”, vertelt Coppens, die in mei het boek China’s New Normal uitbrengt, over de innovatie en de ambitie van Chinese bedrijven. “De Chinese markt is bijvoorbeeld zeer competitief en complex. Ik heb meermaals meegemaakt hoe in een jaar tientallen concurrenten opdoken die mijn product kopieerden. Bij ons is snelheid een kwestie van efficiëntie, bij hen is het een noodzaak om te overleven.”
In uw boek rekent u af met het beeld van China als louter een imitator.
PASCAL COPPENS. “Chinese bedrijven worden sinds 2013 gedreven door innovatie en ze verleggen de standaarden naar een hoger niveau. Kijk maar naar Alibaba. We zien Uber als de pionier van de deeleconomie, maar in China staan ze al veel verder. In mijn boek licht ik acht industrieën uit waarin Chinese bedrijven de standaard bepalen. Die voorsprong hebben ze dankzij de enorme concurrentie en schaalgrootte in hun eigen markt. Chinese consumenten zetten hun bedrijven onder druk.”
PETER HINSSEN. “We hebben in Europa altijd bijna blindelings overgenomen wat in Silicon Valley was ontwikkeld, nu zullen we keuzes kunnen en moeten maken. Je ziet bijvoorbeeld dat opkomende continenten, zoals Zuid-Amerika en Afrika, geregeld voor Chinese platformen kiezen.”
In het Westen slaagt Tencent er evenwel niet in zijn berichtendienst WeChat te laten doorbreken.
COPPENS.“Tencent zal hier niet doorbreken met WeChat, maar wel met andere apps. Maar die zullen wel de businessmodellen die ze in China op punt hebben gesteld, exporteren naar het Westen. Vergeet ook niet dat Tencent participaties heeft in Snap (van Snapchat, nvdr) en Spotify. Chinese bedrijven leren echt wel hoe ze ook de westerse consument kunnen bereiken. Ze kijken ook naar de rest van de wereld. Chinezen investeren voluit in de nieuwe groeilanden, voornamelijk in infrastructuur en mensen. Ze zijn een markt van 4 miljard consumenten aan het creëren voor hun producten.”
Silicon Valley was het gewend dat wat in de VS aansloeg, ook in de rest van wereld succes zou hebben. Zo werkt het niet meer. Voor sommige zaken is het Chinese model beter” Pascal Coppens
De Verenigde Staten, met president Donald Trump op kop, willen dat het Westen Chinese technologie in de ban doet.
HINSSEN. “Dat gaat niet meer over technologie, maar over wie je vertrouwt. Er zit een pervers kantje aan die waarschuwing van de VS voor Chinese technologie. De Proximus-dochter Bics is gehackt door de Britse geheime dienst GHCQ, met hulp van de Amerikanen.
“Nog zo’n voorbeeld is het Amerikaanse Palantir. Dat wordt wellicht een van de grootste beursgangen van het jaar. Enorm veel banken en instellingen in het Westen gebruiken zijn fraudedetectie en andere data-analysetools. Maar dat bedrijf is dus wel opgericht met geld van het investeringsfonds van de CIA. Silicon Valley is nauw vervlochten met het Amerikaanse leger en de geheime diensten.”
Er is nog geen koude oorlog, maar wel een technologische wedloop.
HINSSEN. “Ik hou de berichtgeving bij rond negen technologieën waarin de VS en China elkaar beconcurreren en het valt op dat het overal tot confrontaties komt. Groot-Brittannië wil bijvoorbeeld nieuwe kerncentrales bouwen, maar de ene na de andere leverancier haakt af. Enkel de Chinezen blijven nog over. Maar dan stellen de VS hun veto. De VS zien het duidelijk als een zero sum game: als jij wint, dan verliezen wij. You’re on your own, zegt Trump min of meer tegen Europa. Maar hij wil toch nog zeggen welke technologie we hier moeten gebruiken.”
COPPENS. “Dat mentaliteitsverschil uit zich ook bij bedrijven. Jack Ma, de CEO van Alibaba, heeft dat eens zeer mooi geïllustreerd. Amazon wil een imperium bouwen en de hele keten controleren. Alibaba wil zo veel mogelijk met partners werken. Als die anderen rijk worden, wordt Alibaba ook rijk. Uiteraard denken niet alle Chinezen zo ( glimlacht). Maar er is veel meer te winnen door met China samen te werken dan door het te bestrijden. Vergeet ook niet dat je toegang krijgt tot hun markt als je met de Chinezen samenwerkt.”
Er zit een pervers kantje aan de waarschuwing van de VS voor Chinese technologie” Peter Hinssen
Is dat wel een kans voor Europa? Het ziet ernaar uit dat eender welke keuze de wrevel van een machtig land opwekt.
COPPENS. “We zijn ons te weinig bewust van de onderhandelingsmacht die we hebben, nu we twee partijen tegen elkaar kunnen uitspelen. En we zien vooral niet de kansen die de opkomst van China biedt.”
HINSSEN. “Een van de mooiste voorbeelden is het succes van Volvo Cars Gent. Toen Geely in 2010 Volvo overnam, dacht iedereen dat de productie snel naar China zou verhuizen. Maar de Chinezen deden het omgekeerde. Ze erkenden onze productiekwaliteit en innovatie, en nu bouwen we hier de nieuwste modellen.”
Je zou ook kunnen zeggen dat China zo wel kritieke kennis vergaart.
HINSSEN. “Ik ben er ook niet zo zeker van dat de Chinezen nog zoveel van ons kunnen leren. Ik geef regelmatig een gastcollege aan het MIT in Boston. Daar komt steeds meer hetzelfde naar voren: de beste studenten komen al jaren uit China, maar sinds kort keren ze terug in plaats van naar Silicon Valley te trekken. Het lijkt erop dat ze nog naar de VS komen voor het prestigieuze diploma, maar dan vooral willen terugkeren waar de echte kansen liggen.”
COPPENS. “Behalve in computerchips en nog enkele andere gespecialiseerde domeinen zie ik niet waarin China nog een achterstand heeft. China leert al dertig jaar van ons, wij niks van hen. Dat is een veel groter probleem. Onze wereld is minder voorspelbaar en meer complex geworden. China is altijd onvoorspelbaar en complex geweest, er is dus geen betere economie om van te leren. Nogmaals, we zien te weinig de mogelijkheden.
“Wij onderschatten de Chinese markt. Je ziet in Silicon Valley het besef komen dat ze die markt niet meer mogen negeren. Maar dat wordt moeilijk. Ze waren het gewend dat wat in de VS aansloeg, ook in de rest van wereld succes zou hebben. Zo werkt het niet meer. Voor sommige zaken is het Chinese model beter.”
Het betekent wel ondernemen in een politiestaat.
COPPENS. “In een politiestaat hebben de burgers niks te zeggen. Wie in China rondloopt, ziet dat dat echt niet het geval is. Ons beeld van China is nog sterk beïnvloed door de Koude Oorlog en de strijd tegen het Communisme. Het land is enorm geëvolueerd. Chinezen zijn in veel gevallen kapitalistischer dan wij. Ze hebben natuurlijk nog een sterke overheid, maar die beslist niet alles van bovenaf. Integendeel, in negen op de tien gevallen laat de overheid de markt het eerst zelf oplossen. Pas als er problemen komen, zal ze de zaken in goede banen proberen te leiden.”
HINSSEN. “Wij zien ook niet genoeg in waarom de overheid daar zo sterk is. Dat komt omdat ze erin slaagt extreem slimme mensen aan te trekken. Singapore is nog zo’n voorbeeld. Het zijn allebei geen democratische regimes, maar ze hebben wel een zeer competente overheid die nog een langetermijnvisie heeft.”
Misschien is de onderdrukking gewoon niet zichtbaar. Via een digitaal puntensysteem kan de overheid de bevolking in de pas doen lopen.
HINSSEN. “De social credit score is een mooi voorbeeld van hoe de perceptie verkeerd kan zijn. We zien daar een Big Brother-systeem in. Het is nog verre van algemeen uitgerold. Alle steden zijn gewoon aan het experimenteren om te zien wat werkt en wat niet werkt. Trouwens, de VS hebben ook een Fico-score voor kredietwaardigheid. Wie dat niet heeft, kan bijna onmogelijk een appartement huren of een auto leasen.”
COPPENS. “Chinezen leren door te doen, wij door na te denken. Dat is een groot cultuurverschil. Sommige steden doen nu een aantal zotte dingen, maar dat zal niet de norm worden. China is een complex land en wij zien enkel de druk van de overheid. Maar we zijn blind voor de macht van consumenten en bedrijven in China om daartegenin te gaan.”
Hebben Facebook en co geluk met het Chinese vijandbeeld? Zullen ze daardoor niet opgebroken worden?
HINSSEN. “De geopolitieke spanningen zullen een opsplitsing van Facebook en Google inderdaad in de weg staan. De Amerikaanse overheid zal het nu niet in haar hoofd halen die techbedrijven te verzwakken, want dan krijgen Tencent en co vrij spel. Big tech zal het wel niet gemakkelijk krijgen in de VS.”
COPPENS. “Hetzelfde is ook bezig in China. De overheid heeft daar bijvoorbeeld Tencent aangepakt wegens problemen met gameverslaving. Zulke ingrepen zullen nog weleens gebeuren, maar over het algemeen bestaat daar veel meer het besef dat bedrijven en de overheid elkaar kunnen versterken. In het Westen denken we niet meer zo.”
Hebben de schandalen van de voorbije jaren uw techno-optimisme aangetast?
COPPENS. “Op veel gebieden zie je dat we als samenleving de technologische vooruitgang niet ten volle benutten. We proberen Uber te verbieden, maar we lossen het probleem niet op van de mensen die nu niet aan de bak komen. De deeleconomie bezorgt in China werk aan honderden miljoenen mensen die met hun brommertjes zaken bezorgen. Dat is een hard leven, maar iedereen heeft in China een hard leven.
HINSSEN. “Over de technologie ben ik nog altijd zeer enthousiast, maar ik heb onderschat hoe moeilijk het is politiek weerwerk te bieden tegen de techgiganten. De overheid hinkt nu al achterop, nu het voornamelijk over sociale media gaat, kattenfoto’s. Wat zal er gebeuren als die bedrijven nog machtiger worden? Ik vrees dat de overheid in het Westen niet meer zal kunnen ingrijpen. In China zie je die sterkte duidelijk wel nog. En dat komt in de eerste plaats omdat zij wel nog competente mensen kunnen aantrekken, die een langetermijnvisie ontwikkelen.
“Ik word met de dag misselijker als ik de Belgische verkiezingscampagne volg. Het enige lichtpuntje was de discussie over het klimaat. Maar net die legt onze zwakte bloot: we weten dat we nu iets moeten doen, maar we doen het niet. Politici die wel een langetermijnvisie ontwikkelen, belonen we niet genoeg.”
Bent u nog optimistisch over de VS?
HINSSEN. “De samenleving is er failliet. In San Fransisco struikel je over de daklozen. Voor de grote conferenties proberen ze de straten leeg te maken door hen 100 dollar en een busticket naar San Diego of Las Vegas te geven. De ongelijkheid is er verschrikkelijk. Voor bedrijven in Silicon Valley is het tegenwoordig goedkoper programmeurs in Detroit te hebben, dan in India. Ze zien de regio rond Detroit als een lagelonenland. Europa heeft altijd de droom gehad een soort Verenigde Staten te worden, maar dat is echt geen goed idee meer.”
Bio Peter Hinssen
– Is mede-oprichter en partner bij nexxworks, opgericht in 2014
– Richtte voordien verschillende techbedrijven op en is auteur van verschillende managementboeken waaronder The Day after Tomorrow
– Doceert onder meer aan London Business School en de managementopleiding van het MIT in Boston
Over Alibaba, Amazon en Walmart
“In de retail evolueren we naar een titanengevecht op wereldschaal. Het voorbije jaar heb ik verschillende opdrachten voor Walmart (de grootste supermarktketen ter wereld, nvdr) gedaan en het was fascinerend te zien hoe zo’n klassieke speler zich aanpast. Het heeft in India Flipkart gekocht en vecht daar in de e-commerce een epische strijd uit met Amazon en PTM, een dochterbedrijf van Alibaba.”
Bio Pascal Coppens
– 20 jaar techondernemer geweest in China
– Is nu onder meer als keynote speaker verbonden aan de innovatiespecialist nexxworks
– Brengt het boek China’s New Normal, hoe China de standaard zet voor innovatie uit
Over de elektrische revolutie in China
“BYD is maar één van de vele Chinese fabrikanten, maar het verkoopt nu al meer wagens dan Tesla. Elektrische wagens zijn een prioriteit voor de overheid, door de luchtvervuiling en om hun afhankelijkheid van olie af te bouwen. De industrie volgt er een opvallende strategie. Er zijn nicheproducenten van luxewagens, maar BYD en andere grote fabrikanten mikken met hun modellen meteen op de middenklasse. Bij ons kon zelfs Tesla die stap niet overslaan. Dat heeft te maken met het verschil in de grootte van de markt.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier