Mc Alson: ‘De onderbroeken zijn het zesde kindje’
In 1997 startte Pierre Deren (61) met de productie en de verkoop van kleurrijke boxershorts en onderbroeken voor mannen. Nu verkoopt hij er zo’n 120.000 per jaar onder de merknaam Mc Alson, waarvan 60 procent in België. Zijn zonen Thibaud en Pierre-Henri versterkten het familiebedrijf, maar voorlopig is er nog geen wissel van de macht.
Klein maar fijn, zo kan je het bedrijf van de familie Deren omschrijven. De bedrijfsgebouw ligt bijna verborgen in de Broekstraat in Laarne – what’s in a name – en ook binnen regeert soberheid.
Aan de muren hangen tien boxershorts met extravagante, kleurrijke prints, in het magazijn wachten enkele duizenden onderbroeken, verpakt in een mooi individueel doosje, op een koper. Het bedrijf telt vijf medewerkers, inclusief familie.
“Mijn vader komt uit zes generaties vlas- en katoenwevers in Normandië”, vertelt Pierre Deren. “Aan mijn moeders zijde hadden we een weverij in Gentbrugge. Ik startte in 1980 als invoerder van William Lockie, een bekend Schots merk van truien in lamswol. Twee jaar later kwamen er kleurrijke dassen bij. Ik stak ze in mijn auto en bracht ze aan de man.”
Vijftien jaar later lanceerde hij een eigen trui. “Die verkopen we nog altijd, onder de merknaam Osborne”, zegt Pierre. “De garens komen uit Schotland, de productie zit in Mauritius. Maar eigenlijk hebben we daar nooit veel ruchtbaarheid aan gegeven.”
Franse onderbroeken
Het verhaal van Mc Alson – van het Franse woord voor onderbroek caleço-– begon in 1997. Pierre Deren lanceerde een eerste collectie van zes boxershorts, vervaardigd uit katoen van hoogstaande kwaliteit en met oog voor de pasvorm.
Hij deed dat samen met een partner, die drie jaar later zijn eigen weg ging. Met die bijzondere pasvorm – het resultaat van de Amerikaanse snit aan de achterkant en de extra jersey katoenen steun (of pouch) aan de binnenkant – onderscheidden ze zich van de rest. “Onze boxershorts waren toen revolutionair. In België waren we lang de enige die dit soort onderbroeken verkocht”, zegt Pierre Deren.
“Ik koos meteen voor het hogere segment en verkocht vooral aan kledingwinkels voor heren. Veel van die winkels hadden vroeger zelfs geen ondergoed in hun assortiment.”
Aan de snit is in die twintig jaar nauwelijks iets gewijzigd. De motieven en de prints van de shorts veranderen wel elk seizoen: mannen hebben bij elke zomer- en wintercollectie een uitgebreide keuze aan nieuwe exemplaren. Die zijn speels en kleurrijk, in tegenstelling tot de klassieke onderbroek.
Cultuurverschillen onder de gordel
Mc Alson produceert jaarlijks zo’n 120.000 stuks, waarvan 60 procent in België verkocht wordt. De stoffen komen uit Italië, Portugal en in mindere mate België, de productie gebeurt in Roemenië en Marokko.
“In Roemenië hebben we een productielijn die enkel onze boxershorts maakt. De afwerking is er pico bello. We zouden nooit naar landen willen gaan waar we geen totale controle hebben over het productieproces. Daarom kiezen we niet voor Azië.”
“In België zijn we heel hoog gepositioneerd, in het buitenland zitten we in de mid high-categorie. We verkopen vandaag niet enkel aan mannenboetieks, maar ook aan echte lingeriewinkels. Al zijn we altijd een buitenbeentje geweest”, valt Pierre-Henri Deren in.
Als klein bedrijf met een eigen merk overleven in de uiterst competitieve sector van kledij is niet vanzelfsprekend. Er kwamen copycats in Frankrijk en intussen ook in België.
Tussen 2008 en 2009 leed het bedrijf wat door de crisis, maar daarna ging de verkoop weer in stijgende lijn. Vandaag ligt de focus steeds meer op het buitenland. De onderneming werkt met eigen agenten in Duitsland, Italië, Frankrijk, Nederland en sinds kort ook in de Verenigde Staten.
Ook in onderbroeken zie je trouwens cultuurverschillen. In Italië zijn kleuren populair, Duitsland verkiest klassiek, Nederlanders gaan vaak voor oranje.
Studentenjob bij de eigen familie
In een niet zo ver verleden was het hele gezin Deren nog bij het bedrijf betrokken. Moeder Anne-Michelle stond in voor de boekhouding en de backoffice. Nu komt ze nog eenmaal per week langs. Sophie en Emanuelle Deren lanceerden mee de webshop van Mc Alson, maar varen nu hun eigen koers.
De zussen openden twee jaar geleden Ohne, de eerste voedingswinkel zonder verpakking in Gent. Inmiddels is er al een tweede. Caroline Deren werkte enkele jaren als vertegenwoordiger in Frankrijk en Italië voor Mc Alson, maar ging ook een andere richting uit. Thibaud Deren startte in 2009 in het familiebedrijf en is nu verantwoordelijk voor de collecties, samen met zijn vader. Pierre-Henri Deren kwam er als allerlaatste bij. Hij werkte eerst enkele jaren bij Deloitte, maar sinds mei is hij 100 procent actief in het bedrijf.
“We zijn alle vijf opgegroeid in het textiel. Studentenjobs moesten we nooit zoeken. We hielpen thuis de bestellingen klaarzetten.”
Verfrissende adviesraad
De aandelen zijn nog volledig in handen van de ouders, maar het plan voor de toekomst ligt min of meer klaar.
Pierre-Henri Deren: “Toen ik van Deloitte overstapte, ben ik volop beginnen te rekenen. Ik ben ook de enige die echt graag rekent (lacht). Mijn broer en mijn vader zijn de creatieve jongens. Het is de bedoeling dat mijn broer en ik over vijf jaar 80 procent van de aandelen overnemen en mijn vader 20 procent behoudt. Over de prijs moet nog gesproken worden, maar er is dus een principeovereenkomst.”
Vader en zonen willen bovendien met een adviesraad starten. “Dat zou zeker verfrissend zijn. We zouden elk twee personen aanwijzen die we twee keer per jaar zien, aan wie we zeggen wat we denken en willen, waarop zij kritische feedback geven.”
En er liggen nog plannen op tafel. “Binnenkort lanceren we een pyjama en een zwemshort. En wie weet, misschien openen we ooit een eigen winkel.”
De focus ligt nu vooral op de verkoop in binnen- en buitenland, én op de webshop.
“We verkopen almaar meer via onze onlineshop. Mannen retourneren nauwelijks. Ze weten meestal perfect wat ze willen. Om hygiënische redenen mag ondergoed zelfs niet worden geretourneerd, tenzij bij productiefouten. En nog belangrijker: onze onlineverkoop kannibaliseert niet de verkoop aan de winkels.”
De pater familias denkt niet aan stoppen.
“Op een dag zeg ik misschien: nu is het genoeg geweest, maar nu doe ik het nog met plezier.” Pierre-Henri lacht: “Hij is zo fier op onze onderbroeken, het is zijn zesde kindje. Bijna elke dag gaat hij nog op de baan, om het Mc Alson-verhaal te vertellen en te verkopen.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier