Matthias De Caluwé (CEO Horeca Vlaanderen): ‘Wij zijn geen premieslurpers’

Matthias De Caluwé © Franky Verdickt
Bert Lauwers
Bert Lauwers redacteur bij Trends

Ondanks een nieuw overlegcomité deze week zal onze fel gehavende horeca, die voor corona al de faillissementenkampioen was, nog minstens tot in maart op de tanden moeten bijten. Het is aan Matthias De Caluwé, de kordate CEO van Horeca Vlaanderen, om zijn gehavende sector verder door de crisis te loodsen. En daarna wacht een gigantische taak: de hele horeca rendabel maken.

De oom en neef van Matthias De Caluwé (38) baten drie goed draaiende brasserieën uit in zijn geboortestad Lokeren. “Ik zie het onbegrip dus ook in mijn eigen familie. Ik voel de onzekerheid en de boosheid, en dat vreet. Zij willen gewoon kunnen ondernemen. Zeker met mijn neef heb ik weleens heel scherpe discussies over de impact van de maatregelen. Dat is telkens een realitycheck, en het houdt me scherp. Als ik na deze crisis nog eens gezellig met de familie aan de kersttafel wil kunnen zitten, moet ik zorgen dat ik resultaten boek” (lacht).

En als De Caluwé resultaten boekt, zal Vlaanderen, en bij uitbreiding het hele land, daarvan profiteren. Het belang van horeca is veel groter dan vaak gedacht, stelt De Caluwé. Hij wijst op de noodzaak aan verdere steunmaatregelen voor de komende moeilijke maanden, maar sleutelt ook aan een stevig relanceplan voor na de crisis. “Ik wil het maximale eruit halen om onze ondernemingen een eerlijke kans te geven om te herstellen. En nadien moeten we de sector volledig hervormen. Er is voor mij geen taboe bij hoe we de horeca verder kunnen professionaliseren en duurzaam rendabel maken”, aldus De Caluwé, die eerder al aangaf dat zonder gepaste steunmaatregelen 30.000 à 55.000 horecajobs kunnen verdwijnen. “Er is niets zo vreselijk als dat. Een samenleving zonder horeca is als voetballen zonder bal, 90 minuten doelloos naar elkaar kijken, wat lopen en ontgoocheld van het veld stappen”, zegt De Caluwé, die ook federaal het debat over de heropening en relancemaatregelen van de sector trekt.

Hoe groot is het belang van horeca?

MATTHIAS DE CALUWÉ. “Alleen al voor Vlaanderen zijn dat in 2019 ruim 35.800 ondernemingen die bijna 80.000 mensen tewerkstellen en een omzet van 9,4 miljard euro genereren. Voor heel België spreken over een omzet van ruim 16 miljard euro, bijna 60.000 bedrijven en 140.000 arbeidsplaatsen, en dan tel ik de vele jobstudenten nog niet mee. Voor hen zijn wij de grootste werkgever. Horeca levert een toegevoegde waarde van 7,8 miljard euro op, evenveel als de farmaceutische industrie. Bovendien is onze sector verweven met veel andere sectoren. Onze ondernemingen kopen jaarlijks voor 10,7 miljard euro aan, waarvan de helft in de voedingsindustrie en de groothandel. Deze crisis heeft dus ook een gigantische impact op de economische lijn achter ons. Maar de sociale rol van de horeca vind ik minstens zo belangrijk. Wij zijn de living van de samenleving. Is je huis nog je thuis als je je living afplakt en je er niet meer mag samenzitten?

“Wij vertegenwoordigen lang niet alleen de hotels, de restaurants en de cafés. Wij staan evengoed voor cateraars, frituren, feestzaaluitbaters, discotheken, koffiebars en aanbieders van andere logies, zoals B&B’s. Het is een heel breed scala.”

De overheid heeft al heel wat gedaan voor de sector.

DE CALUWÉ. “Dat klopt en we zijn daar dankbaar voor. De Vlaamse regering heeft al 478 miljoen euro uitbetaald aan horecazaken. Een gemiddeld Vlaams café heeft al 15.882 euro steun gekregen. In Brussel is dat 7000 euro. Ik begrijp dat die mensen als eens betogen. Soms krijg ik het verwijt dat ik alleen maar geld vraag, maar wij zijn geen premie- en subsidieslurpers. Vorig jaar waren we 160 dagen gesloten en werkten we 133 dagen met beperkende maatregelen. De mensen in onze sector konden amper 73 dagen normaal ondernemen. Daarom die overheidssteun, die we ook liever niet zouden hebben. Deze sector hangt aan een levensreddende baxter. Dit jaar moeten we ervoor zorgen dat er een laatste noodzakelijke baxter wordt toegediend voor we hopelijk kunnen heropstarten op 1 maart. En die moet groot genoeg zijn om de vaste kosten te dekken, zodat we door die enorme crisis geraken.”

Welke maatregelen waren en zijn noodzakelijk?

DE CALUWÉ. “Op Vlaams niveau werd de Vlaamse beschermingspremie voor ondernemingen bij een verplichte sluiting of die minstens 60 procent omzetverlies leden, verlengd tot eind februari. Daarnaast is er een nieuwe, hogere zogenaamde globalisatiepremie om de meest getroffen ondernemers te helpen. Dat zijn diegenen die al minstens 70 procent van hun omzet kwijt zijn. Andere premies worden daar wel van afgetrokken. Rederaal hielp onder meer de btw-verlaging op voeding en non-alcoholische dranken naar 6 procent. Cafés en restaurants verloren minstens 30 procent van hun capaciteit door de maatregelen om ruimte tussen de tafels te laten. Die btw-verlaging ving een stukje van dat capaciteitsverlies op, maar geldt nu niet meer. We pleiten ervoor om opnieuw naar 6 procent te gaan, zodra we opnieuw mogen openen. Daarnaast zijn de banken en schuldeisers mild geweest voor onze ondernemingen tijdens de eerste lockdown. En misschien is het wat naïef, maar we lanceren een warme oproep aan onze financiële instellingen om de verstrekte kredieten te verlengen.

“We hadden dat ook allemaal nodig. Een onderzoek van 15.000 jaarrekeningen van horecabedrijven over het boekjaar 2019, voor corona dus, geeft een mediane nettorendabiliteit van amper 1,2 procent. Voor alle sectoren is dat 4 procent. De overheid weet dat wij aan quasi 100 procent capaciteit moeten kunnen werken om een minimale rendabiliteit te halen. Dan is het logisch dat wanneer je omwille van de volksgezondheid collectieve maatregelen neemt, je ook als samenleving collectief je verantwoordelijkheid opneemt.”

En nu?

DE CALUWÉ. “We zijn realistisch. Er zal allicht geen opening komen voor maart. Dat betekent een nieuw omzetverlies van 1,5 miljard euro en 59 sluitingsdagen. Veel ondernemers teren op hun reserves. Is het ethisch gezien juist dat een ondernemer al zijn reserves, al zijn spaargeld, erin moet pompen als gevolg van een situatie die hij of zij niet heeft gecreëerd? Door mensen langer te ondersteunen op maat, hou je de levensdroom van die mensen intact. Het upgraden van de steunmaatregelen zal noodzakelijk zijn om de vaste kosten in onze sector te verzachten. Wij kunnen niet meer wachten. Gelukkig werd de beschermingspremie verlengd tot eind februari, en we hopen dat ze wordt uitgebreid tot minstens juni voor hotels en cateraars. Ik maak me zeer grote zorgen over hen. Zij zullen het herstel pas veel later voelen. Door de aanslagen in Brussel van maart 2016 verloren de hotels 230 miljoen euro. Het verlies door corona wordt nu al geraamd op 1,24 miljard euro. Vergeet niet dat onze hotels in normale omstandigheden gezonde bedrijven zijn.”

Kan een permanente btw-verlaging, een vraag die al vele jaren op tafel ligt, er uiteindelijk toch komen?

DE CALUWÉ. “Het is geen geheim dat die tijdelijke btw-verlaging een van onze strijdpunten is in het relanceplan dat we bespreken. Die heeft ertoe geleid dat bijna 300 miljoen euro in de sector bleef. Het systeem tot minstens eind 2021 behouden, is een absolute noodzaak. We stellen ook voor in oktober een grondige analyse te maken over hoe we de sector in leven kunnen houden. Een ander strijdpunt is de bijzonder hoge loonkosten aanpakken. Die liggen bij ons 25 procent hoger dan in de Nederlandse horeca, terwijl we toch een beetje concurrenten zijn van elkaar.”

Is het niet voortploegen op een ondernemerskerkhof? Heel wat horecabedrijven lagen al aan het infuus en de beademingsmachine. Horeca was al de faillissementenkampioen. Vijf jaar na de opening is nog maar 53 procent van de ondernemingen open.

DE CALUWÉ. “We hadden het inderdaad al voor corona niet gemakkelijk. Een op de vijf Belgische faillissementen was een horecazaak, terwijl die 6 procent van het totale aantal Belgische bedrijven uitmaken. Dat zijn zeer harde cijfers. Maar ik heb de ambitie in vijf jaar naar dat Belgische gemiddelde van nettorendabiliteit te evolueren, zodat de financiële buffer sterker wordt. Daarin zal de btw-verlaging op niet-alcoholische dranken en voeding een enorm belangrijke rol spelen.”

Hoe gaat het met onze horeca-ondernemers?

DE CALUWÉ. “Mensen geraken soms ontmoedigd. Wij zijn hun verdediger, maar soms ook hun boksbal. Dat snap ik. Ze moeten hun angsten kwijt. Dat komt soms hard binnen, maar ik en mijn team proberen hen erdoor te praten, laten hen hun hart luchten. Ik neem trouw deel aan alle nieuwjaarsrecepties in de sector, waar ik zou hebben gespeecht. Nu is dat allemaal digitaal. Hen dan naar de mond praten, is gemakkelijk. Maar ik maak geen beloftes die ik niet kan waarmaken. Ik zeg met welke plannen we bezig zijn en durf een compromis te verdedigen.

“Ik zeg dat ook aan onze politici, en zal het ook benadrukken in de aanloop naar het sectorakkoord met de sociale partners: zonder mensen die hun eigen onderneming willen bouwen, stopt onze hele samenleving. Ondernemers dragen af aan de overheid, die herverdeelt zodat we een beter land kunnen hebben. Maar daarvoor heb je wel die basis nodig.

“Veel van mijn ondernemers zijn ook bezorgd om het menselijke kapitaal dat uit onze sector verdwijnt. Chefs, souschefs of anderen gaan nadenken of het nog de moeite loont om in het weekend te werken. Die ondernemers vragen zich af hoe ze hun mensen kunnen houden.”

Velen zullen voortaan zeer hard twijfelen om in de horeca aan de slag te gaan of te blijven?

DE CALUWÉ. “De mensen willen ambitie horen van de regering. Dat kan hun een boost geven om de regels te volgen en ondernemers niet te doen afhaken. Ze willen horen dat we tegen de zomer, wanneer de vaccinatiecampagne goed is verlopen, het hele horecaprotocol in de vuilnisbak kieperen en weer zullen leven zoals voor 14 maart 2020.

“We proberen mensen ook samen met de Vlaamse overheid beter te begeleiden. We hebben onze academie sinds het begin van de crisis helemaal digitaal gemaakt. In 2020 hebben 6900 ondernemers deelgenomen. Ze gebruiken die tijd om hun zaak te optimaliseren of bijvoorbeeld hun kostenstructuur van voeding en dranken te herberekenen. We spreken ook met Vlaanderen over hoe we mensen beter kunnen behoeden voor avonturen waarvan ze later spijt zullen hebben. Je kan bijvoorbeeld van jezelf vinden dat je een fantastisch concept voor een vleesrestaurant hebt, maar als je dat opent zonder marktonderzoek in een gemeente waar alleen maar vegetariërs wonen, zal je geen euro verdienen.”

U staat bekend als gedreven en veeleisend, maar u lijkt toch wat milder te oordelen over onze regeringen?

DE CALUWÉ. “Je ziet me natuurlijk niet bezig aan de onderhandelingstafel. Mijn partner kan getuigen dat er al eens een scherpe telefoon is met onze premier. Je kan je populair maken door de ene wilde stelling na de andere in te nemen, maar we leven niet in een zwart-witdemocratie. Het is niet de luidste roeper die wint. Ik hou niet van stoerdoenerij die 1 minuut applaus oplevert. Mijn ondernemers willen resultaten. En als je een akkoord sluit, moet je het ook verdedigen. Anders ben je ook niet meer geloofwaardig aan de onderhandelingstafel. Dialoog werkt. Dirk Van Mechelen, de burgemeester van Kapellen waar ik al een kwarteeuw woon en die ik al lang en goed ken, heeft mij één ding ingepeperd: ‘Hoe moeilijk ook, probeer altijd een goed onderbouwd dossier te hebben.’ Dat proberen we te doen. We hebben altijd zeer duidelijke stellingen ingenomen, zijn ambitieus, maar maken geen valse beloftes.

“Ik ben niet de man om over tien jaar nog op dezelfde stoel te zitten en jou telkens hetzelfde verhaal te vertellen. Na deze crisis wil ik grondig verder hervormen om van de horeca definitief een duurzaam rendabele sector te maken. Voor mij is niets onbespreekbaar om de sector verder te professionaliseren. Misschien lukt niet alles meteen, maar dan werk ik koppig verder aan oplossingen.”

U bent een zelfverklaarde optimist. Wordt het niet te moeilijk om nog optimistisch te blijven?

DE CALUWÉ. “Ik heb in mijn leven veel klappen gehad, maar wat zou het leven zijn zonder optimistisch te zijn? Als je je altijd verliest in een negatief moment, zet je geen stap vooruit. Als je je optimisme verliest, verlies je alles. Toen ik bij Horeca Vlaanderen kwam, heb ik ervoor gekozen zeer dicht bij ondernemers te staan, al kunnen ik en mijn medewerkers ze onmogelijk alle 36.000 te woord staan. Soms krijg je daar ook klappen, en mijn medewerkers ook. Er zijn gesprekken met ondernemers en uitbaters die het niet meer zien zitten, en dat is zeer hard.

“Mijn vader zei altijd ‘je speelt met de kaarten die je krijgt. Soms zijn dat goede, maar soms slechte, en dan mag je al eens droevig zijn’. Dat ben ik ook geweest in 2020. Ik moest de grootste crisis ooit in deze sector managen terwijl mijn vader, een van mijn grootste schatten, net in de week dat we in lockdown gingen, overleed na een korte strijd tegen een zeldzame ziekte. Ik kon zoals zovele anderen door corona ook niet op gepaste wijze afscheid nemen. Ook de babyborrel voor de geboorte van mijn dochter moest ik uitstellen, en mijn vrouw heeft me amper gezien vorig jaar. En toch vlieg ik erin en wil ik er staan. Ik zeg aan iedereen dat ze moeten vooruitblikken. We geraken hier door.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content