LVMH ‘niet in staat’ om door te gaan met overname Tiffany
Het Franse luxeconcern Louis Vuitton Moët Hennessy (LVMH) laat woensdag weten op dit moment “niet in staat” te zijn om de overname van de Amerikaanse juweliersketen Tiffany te realiseren, onder meer wegens een vraag van Tiffany om de deadline voor de operatie uit te stellen. Dat meldt het bedrijf in een persbericht na een raad van bestuur. Tiffany zegt woensdag in een reactie LVMH voor de rechter te slepen om de overname af te dwingen.
Volgens LVMH wordt de miljardenoperatie geschaad door ‘een opeenvolging van gebeurtenissen’. Een van die gebeurtenissen is een brief van de Franse minister van Buitenlandse Zaken, waarin die aan LVMH vraagt om als reactie op de Amerikaanse dreiging met belastingen op Franse producten, de overname van Tiffany uit te stellen tot na 6 januari 2021.
LVMH was lange tijd op zoek naar mogelijkheden om uit te breiden op de Amerikaanse markt, en de overname van Tiffany zou daar veel bij helpen. LVMH is in handen van oprichter en topman Bernard Arnault en bezit onder meer merken als Dior, Louis Vuitton en Sephora. Aandeelhouders hadden al groen licht gegeven voor de transactie van meer dan 16 miljard dollar, die aan het einde van het jaar afgerond moest worden.
Tiffany werd in 1837 opgericht door juwelier Charles Lewis Tiffany. Er werken momenteel ongeveer 14.000 mensen. De keten kwam in 1979 in handen van cosmeticabedrijf Avon en werd daarna overgenomen door investeerders. De bekendste winkel van de onderneming is het ultrachique filiaal op Fifth Avenue in New York.