Hoe bereid je de stap naar een groeiland voor?
Expert aan het woord verbindt organisaties met de lezers van en doet een beroep op de specialisten van Roularta Brand Studio voor tekst en illustraties. De inhoud wordt eventueel aangebracht door de partner en valt buiten de verantwoordelijkheid van de redactie.
Familiebedrijven die het willen waarmaken in het buitenland, moeten vaak enkele drempels overwinnen. Als hun groei zich tot nu binnen de landsgrenzen situeerde, hebben ze nog geen internationale cultuur en zijn ze soms ook meer risicoavers dan niet-familiale bedrijven. Bovendien moeten familiebedrijven ook sterker rekening houden met emotionele argumenten die het debat over de investering in groeilanden kunnen voeden. Of stel dat zich net een overdracht naar de volgende generatie aankondigt, dan is een ontluikende buitenlandse activiteit niet meteen een element dat de puzzel eenvoudiger maakt.
De uitdagingen zijn met andere woorden reëel voor een familiebedrijf dat de internationale toer op gaat, maar ze zijn niet onoverkomelijk. Heel wat familiale ondernemingen halen de lont uit het kruitvat met een uitgekiende voorbereiding.
De eerste en meteen cruciale stap van zo’n voorbereiding is een marktstudie. Wie zijn de klanten en wat is hun koopkracht, wie zijn de concurrenten, de leveranciers, welke prijzen gelden op de nieuwe markt of hoe gaat die markt om met productie-, leverings-, arbeids-, marketing- en distributiekosten? Toen Ikea in China investeerde, bleek uit het onderzoek een belangrijk verschil tussen de productiekosten en die van zijn Chinese concurrenten. Daardoor verhuisde Ikea zijn productie naar China. Het verlaagde de verkoopprijzen en dat betekende een betere weerspiegeling van het imago van het merk op de Chinese markt.
Maar een familiebedrijf moet zich niet enkel de economische realiteit eigen maken. De gewoonten en gebruiken van een bevolking hebben een aanzienlijke invloed. Spiegel je typische familiale cultuur aan elementen als werktijden, religie of de manier van onderhandelen. Breng bezoeken ter plaatse en voer voorbereidende onderhandelingen die de verschillen blootleggen. Deze verschillen zullen niet altijd cultureel zijn. Ook de wetten en belastingregimes van een buitenlandse markt moet je als management goed beheersen. Doe dat niet oppervlakkig. Duik in de nalevings- en rapporteringsstandaarden, douanerechten, sociale wetten, de noodzaak om een ??vergunning of werkvisum te verkrijgen, milieubelastingen, de status van bedrijven, de wetgevingsstructuur.
De uitdagingen voor een familiebedrijf zijn reëel maar niet onoverkomelijk.
Tot slot is het een goede vraag of je als familie tijdens deze voorbereiding al kunt inspelen op de politieke en economische stabiliteit van een land. Dan gaat het niet enkel om elementen als de munt- en bankstabiliteit of corruptie, maar net zo goed over de status van de logistieke netwerken (wegen, havens, spoorwegen), de telecommunicatie-infrastructuur en de beveiliging. Laat je bij deze en de hierboven aangehaalde analyses niet leiden door de waan van de dag. Je kan als familiale eigenaar informatie opdiepen uit een internationale economische index, zoals de IBC-index (The International Business Compass). Die houdt rekening met een drietal elementen die de ontwikkeling van een land schetsen. Het gaat om zowel economische omstandigheden (van inkomen per hoofd over overheidsschuld tot het belastingtarief) als om de politieke en wettelijke voorwaarden (stabiliteit, duidelijke wetten, investeringsvrijheid, …) en om socio-culturele omstandigheden (werkloosheid, opleidingsniveau, vrijheid van werk, …).
De index zal geen pasklaar antwoord op de specifieke behoefte van een familiebedrijf formuleren. Maar het samenvoegen van economische en andere analyses vormt een goede basis bij het nadenken over het juiste groeiland en verder voorbereidend onderzoek.
Benjamin Bataille
Senior Consultant BDO
benjamin.bataille@bdo.be