‘China maakt het buitenlandse ondernemers lastig’

Een toenemend aantal Europese bedrijven in China voelt zich minder welkom dan tien jaar geleden.

Buitenlandse bedrijven die actief zijn in China schetsen een somber toekomstbeeld van het ondernemersklimaat in de tweede grootste economie ter wereld, blijkt uit de Business Confidence Survey, een enquête van de Europese Kamer van Koophandel.

56 procent van de respondenten is van oordeel dat zakendoen in China het afgelopen jaar moeilijker is geworden. Volgens 57 procent van de Europese ondernemers discrimineert de Chinese overheid buitenlandse ondernemingen ten voordele van Chinese bedrijven, en niet minder dan 70 procent van de bedrijven voelt zich minder welkom dan tien jaar geleden. Gevolg: ruim de helft van de Europese bedrijven die in China actief is, heeft de omzet het afgelopen jaar niet zien stijgen, waardoor er minder investeringen gepland worden.

De belangrijkste klachten van de Europese ondernemingen in China hebben te maken met de houding van de Chinese overheid tegenover buitenlandse bedrijven: ongelijke behandeling in vergelijking met de Chinese bedrijven, steeds meer beperkingen bij internetgebruik, vaag omschreven veiligheidsmaatregelen, en minder marktwerking.

De Europese Kamer van Koophandel spreekt zelfs van ‘toenemende vijandigheid’ tegenover buitenlandse bedrijven. Een aantijging waar het Chinese ministerie van Handel volgens The Wall Street Journal overigens niet op wil reageren.

“Ik merk een ommekeer”, aldus JörgWuttke, voorzitter van de Kamer van Koophandel. Wuttke is van oordeel dat het pessimisme onder de Europese bedrijven in China veel meer uitgeproken is dan een jaar geleden.

Volgens de bevraagde Europese bedrijven heeft de Chinese overheid te lang getalmd om het aantal producenten te beperken, waardoor er te veel producten op de markt terecht zijn gekomen voor te weinig kopers.

Amerikaanse autoriteiten hebben er bij hun Chinese collega’s intussen op aangedrongen de overtollige staalproductie te beteugelen om de spanningen tussen de handelspartners te verminderen.”Overcapaciteit heeft een verstorend en schadelijk effect op de wereldwijde markten”, zei de Amerikaanse minister van Financiën Jack Lewin deze week in Peking in het kader van een tweedaagse dialoog tussende VS en China.

Hoewel de meeste Europese ondernemers niet van plan zijn hun activiteiten in China stop te zetten, maken zich zorgen over de verzwakte economie in de tweede grootste economie ter wereld.

Terwijl bedrijven uit de auto- en voedselindustrie de afgelopen maanden een forse winst hebben geboekt, lijden volgens de Kamer vrijwel alle andere sectoren onder de slabakkende Chinese economie, waarvan de groei in het eerste kwartaal beperkt beef tot 6,7 procent, het laagste peil sinds de wereldwijde financiële crisis.

De Chinese overheid mikt voor de volgende vijf jaar op een toename van het bbp met 6,5 procent, maar dat streven wordt door de respondenten als te optimistisch beschouwd. “Het ergste moet nog komen”, luidt het. (WSJ/BO)