De Britse bank Barclays gaat in de Verenigde Staten een boete betalen van 2 miljard dollar om een onderzoek over zijn vastgoedpraktijken voor de financiële crisis te schikken. Dat meldt het bedrijf in een persbericht.
De bank werd beschuldigd van fraude voor het verkopen van rommelhypotheken tussen 2005 en 2007 aan investeerders die uiteindelijk miljarden dollars verlies leden toen die financiële producten waardeloos werden.
Naast de zogeheten civiele boete van 2 miljard dollar hebben twee ex-bestuurders van Barclays een schikking bereikt met justitie. Daarmee is 2 miljoen dollar gemoeid. De bestuurder hebben geen schuld bekend.
Barclays-topman Jes Staley noemde de schikking ‘eerlijk en proportioneel’. Barclays zei eerder al zijn best te doen om de schikking te beperken tot maximaal 2 miljard dollar.
De last wordt opgenomen in de cijfers over het eerste kwartaal en heeft geen gevolgen voor de winstuitkering. De wijdverbreide verkoop van obligaties op basis van te makkelijk verstrekte Amerikaanse hypotheken was een van de belangrijkste oorzaken van de kredietcrisis. Die crisis stak in 2007 in de VS de kop op en sloeg het jaar daarop over naar Europa en de rest van de wereld.
