Zwarte tijden voor steenkool
Steenkool zit al geruime tijd in de hoek waar de klappen vallen. Fundamenteel lijkt er op korte termijn geen beterschap in zicht. In de zes weken tot eind februari veerde de steenkoolprijs wel met een derde op, om nadien weer terug te vallen. Nieuwe dieptepunten werden er voorlopig niet gezet. Dit volatiele prijsgedrag is eigen aan een bodemvormingsproces. Het sentiment bij investeerders heeft dan ook een absoluut dieptepunt bereikt. De exacte cijfers verschillen naargelang de specifieke variant, maar algemeen gesproken schommelt de steenkoolprijs momenteel rond het laagste niveau in zes jaar.
Slabakkende staalindustrie
Zowel steenkool voor het opwekken van elektriciteit (thermal coal) als steenkool als basisgrondstof voor staal (metallurgical coal) werden door een samenloop van omstandigheden de voorbije jaren fors goedkoper. Thermal coal moest vooral in de Verenigde Staten opboksen tegen goedkoop aardgas, een situatie die nog werd bespoedigd door de schalierevolutie. Daarnaast doen ook de steeds strengere milieuregels steenkool de das om. Het probleem bij thermal coal bevindt zich vooral aan de aanbodzijde. Ondanks de aangekondigde capaciteitsreducties is er nog altijd een groot overaanbod. Er is slechts één manier om vraag en aanbod weer in evenwicht te brengen, en dat is door minder te produceren. Het ziet ernaar uit dat de markt haar werk zal moeten doen en de prijzen tot onder het niveau van de marginale productiekosten zullen moeten dalen. De enige uitzondering is India, waar de lokale productie niet volstaat om in de energiebehoefte te voorzien. India zal dus meer steenkool moeten invoeren, maar dit zal niet volstaan om het mondiale overaanbod weg te werken.
Metallurgical coal zit in hetzelfde schuitje als ijzererts. De oorzaak is de slabakkende staalindustrie in China. De Chinese staalindustrie is in zijn eentje goed voor iets meer dan de helft van de wereldwijde productie, maar de markt groeide er vorig jaar slechts met 1 %. De steenkoolconsumptie daalde met 2,9 %, maar de invoer daalde zelfs met een vijfde, omdat meer steenkool uit de eigen mijnen werd gebruikt. Ook bij metallurgical coal zit de sleutel van een nieuw marktevenwicht bij een lager aanbod. We bespreken twee trackers die zich specifiek op de steenkoolindustrie richten.
Na de liquidatie van de PowerShares Global Coal ETF in 2013 door uitgever Invesco is de Market Vectors Global Coal ETF van emittent Van Eck Global met voorsprong de grootste steenkooltracker. De ETF noteert sinds januari 2008 op de NYSE Arca, met als tickersymbool KOL en schaduwt de evolutie van de Market Vectors Global Coal index. Die was op 24 maart samengesteld uit aandelen van 32 bedrijven. Daarbij staan de tien grootste participaties in voor 60,2 % van de index. Net zoals de steenkoolprijs zelf staan ook de gerelateerde aandelen onder druk. De rendementscijfers maken dat pijnlijk duidelijk. Alleen de producenten met een lage kostenbasis slagen er nog in het hoofd boven water te houden. De jaarlijkse beheersvergoeding van KOL bedraagt 0,59 % en ligt daarmee in lijn met de andere trackers van dezelfde uitgever.
Aurizon Holdings stond tot voor twee jaar bekend onder de naam QR National. Het Australische bedrijf baat het grootste spoorwegnetwerk van het land uit en is gespecialiseerd in het vervoer van bulkgoederen (ertsen, mineralen en uiteraard ook steenkool). China Shenhua Energy is niet alleen het grootste steenkoolbedrijf ter wereld, maar het heeft ook eigen elektriciteitscentrales. United Tractors uit Indonesië is de grootste verdeler van zware machines voor de Indonesische mijnbouwindustrie. Consol Energy is een Amerikaans energiebedrijf dat, naast steenkool, ook actief is in aardgas. Banpu uit Thailand bezit verschillende steenkoolmijnen en stroomcentrales in Thailand, China en Indonesië.
Het kleine Greenhaven nam vorige maand de moedige beslissing om met een steenkool-ETF op de markt te komen. De beheerders van TONS, het tickersymbool van de nieuwe tracker, gooien het over een andere boeg. Het vermogen onder beheer wordt niet in aandelen geïnvesteerd, maar wel direct in termijncontracten op steenkool. Het gaat daarbij om de API2-variant die in Europa wordt geïmporteerd (Cost Insurance Freight Rotterdam). Dat termijncontract noteert op de Amerikaanse CME futuresbeurs en telt twaalf contractmaanden. Steenkool is momenteel in contango, de situatie waarbij termijncontracten met een latere afloopdatum duurder zijn. Het is niet de bedoeling dat alle middelen in hetzelfde termijncontract worden geïnvesteerd. TONS zal ze verdelen onder verschillende futures met ook een verschillende afloopdatum.
Gezien de nog erg korte noteringsduur van TONS, zijn cijfers over de liquiditeit, de activa onder beheer en het rendement nog niet relevant. Het nieuwe product kan pas ten vroegste binnen enkele maanden op zijn verdiensten worden beoordeeld. Hoewel met de futures geen hefboomeffect wordt gecreëerd, ligt het in de lijn van de verwachtingen dat TONS veel sneller zal bewegen op wijzigingen in de steenkoolprijs dan KOL. De jaarlijkse beheersvergoeding ligt met 0,95 % wel aan de hoge kant.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier