Zonne-energie voor de armsten

CHRIS PRENGELS "De profit in social profit is ook belangrijk" © Thomas De Boever

Het jonge energiebedrijf Tiger Power sloot deze week een contract met het Indiase Cambridge Energy Resources. De bedoeling is 200 van de armste gemeentes van India duurzaam van energie te voorzien.

Vanuit een voormalig bevoorradingsdepot voor de Gentse kloosters in Heusden doet Tiger Power aan modern missioneringswerk. Het bedrijfje mikt niet zozeer op de verlichting van de geestelijke noden, maar wel op de productie van duurzame energie.

Tiger Power werd twee jaar geleden boven de doopvont gehouden door het koppel Chris Prengels en Jessica Reznor. Het bedrijfje ontwierp de Sunfold, een gepatenteerde opvouwbare metalen constructie met zonnepanelen en geïntegreerde lood-kristalbatterijen, die op een container kan worden geplaatst, en de Storager, een langetermijnenergie-opslageenheid op basis van waterstof.

Daarmee mikt Tiger Power in eerste instantie op telecomantennes. Die hebben relatief weinig energie nodig, maar zeker op afgelegen plaatsen draaien ze vaak op dieselgeneratoren, met een verbruik van 20.000 liter diesel per jaar. Als die allemaal op hernieuwbare energie zouden overschakelen, kan een land als India ruim 3 miljard liter diesel besparen. Bovendien kan de energie dankzij de Oost-Vlaamse technologie niet alleen worden verduurzaamd, maar ook worden gebruikt om de economische ontwikkeling van de nabijgelegen dorpen op gang te trekken.

Tiger Power ondertekende in februari een samenwerkingsakkoord met het Indiase ministerie van Duurzame Ontwikkeling. Daardoor kon ingenieur en CTO Jessica Reznor overigens niet op de afspraak zijn, omdat net dan de eerste Sunfold in Delhi werd ontvouwd, voor het National Institute for Solar Energy. De keuze voor India is geen toeval: Prengels werkte en woonde er al voor het intussen failliete zonne-energiebedrijf Enfinity.

Mijlpaal

Er volgt nog een mijlpaal. Met de ondertekening van een memorandum of understanding met Cambridge Energy Resources (CER), de Indiase dochter van het Brits-Amerikaanse Cambridge Clean Energy, doet Tiger Power zijn eerste commerciële stappen. Het akkoord moet leiden tot een joint venture met CER, dat de energiebevoorrading van zo’n 600 telecomantennes beheert.

“De bedoeling is samen met CER in drie jaar 200 mini-energienetwerken te bouwen”, vertelt Prengels. Dat zal gebeuren in Uttar Pradesh, met 223 miljoen inwoners de meest bevolkte deelstaat van India, maar ook een van de armste. Het merendeel van de bevolking heeft geen toegang tot elektriciteit, of slechts enkele uren per dag.

“De noodzaak is er. De technologie bestaat. Het geld is aanwezig, net als de interesse van social impact investors en duurzame investeringsfondsen. Maar het probleem is dat die projecten elk op zich te klein zijn om die fondsen te mobiliseren.” Daarom verpakt Tiger Power enkele tientallen mini-energienetwerken in een grootschalig project van 20 tot 30 miljoen euro, dat vervolgens in kleine stapjes wordt uitgerold. Zo wordt het geheel wél financierbaar.

De Oost-Vlamingen gaan op zoek naar synergieën met lokale coöperatieven. Door samen te werken met lokale ngo’s als Urja Energy (vrouwenemancipatie) of World Health Partners (gefinancierd door de Bill & Melinda Gates Foundation) kan de container die Tiger Power nodig heeft om de zonnepanelen te vervoeren en te plaatsen, worden omgebouwd tot een sociaal centrum, waar basishygiënische voorzieningen kunnen worden ontwikkeld. “Zonder stroom geen koelkast, en dus geen medicijnen en gezondheidszorg.”

Die joint ventures moeten zichzelf rendabiliseren via het ABC-model. De A staat voor anchor, het basiscontract waardoor Tiger Power tien jaar of langer energie mag leveren aan de telecomoperator. De B staat voor business, kleine commerciële activiteiten zoals metaalbewerkers of graanmolens kunnen een contract tekenen voor de afname van stroom. Ten slotte is er de C van consumers, die via prepaidmeters of mobiel geld elektriciteit kunnen kopen.

Social profit

Voor het opstartkapitaal klopten Prengels en Reznor, die nog 64 procent van hun bedrijf in handen hebben, eerst aan bij Marc Dewaele (Lomat International, een van de eerste investeerders in Enfinity) en Dries Bossuyt (ex-CEO Balta, medeoprichter Origis Energy), die ook fungeert als medezaakvoerder in de maandelijkse managementmeetings. In juni kwamen ook Jo Versavel (ex-Traficon) en een andere Belgische industrieel aan boord. “Misschien volgt midden 2018 nog een ronde bij Tiger Power. Daarnaast zoeken we uiteraard financiering voor de mininetwerken, via aparte vennootschappen.”

Tiger Power verdient aan de verkoop van de technologie en ontvangt ook inkomsten van de lokale joint ventures. Dat moet toelaten in een tot twee jaar break-even te draaien. “Ik hoop dat we over enkele jaren kunnen zeggen dat we de levensomstandigheden in enkele honderden dorpen hebben verbeterd. Maar de profit in social profit is ook belangrijk: zonder een rendabele businesscase blijft het iets eenmaligs. Terwijl wij duurzaamheid nastreven. Energie leveren doe je niet door zonnepanelen en wat ledlampen te dumpen, maar door diensten te ontwikkelen waarin de lokale bevolking participeert.”

Behalve met CER spreken Prengels en Reznor ook met de grootste antennebeheerder van India. “In India staan 800.000 telecommasten, en elk jaar komt daar nog 10 tot 15 procent bij.” Om de prijsconcurrentie aan te kunnen, produceert Tiger Power de Sunfolds voor de Indiase markt in Delhi. Voor de assemblage van de Storagers, waarvoor de onderdelen vooral uit België en de buurlanden komen, zoekt het een locatie in Oost-Vlaanderen.

Afrika

Na India richt Tiger Power het vizier op Oost-Afrika, met name Rwanda en Oeganda. In dat laatste land sloot het met het Rural Electrification Agency, een tak van het ministerie van Energie, een overeenkomst. In eerste instantie worden vijf dorpen gescreend, om tegen begin volgend jaar in drie een eenheid – een Storager en een of meerdere Sunfolds – op te zetten. “We mikken op maximale betrokkenheid van de lokale gemeenschap. Als zij zich eigenaar voelen, zullen ze er ook zorg voor dragen.”

Het Oegandese project verloopt in samenwerking met de universiteit van Southampton, die een langetermijnonderzoeksproject heeft opgezet rond de sociale impact van de mini-energienetwerken. In Rwanda wordt onder de vlag Tiger Power Projects Rwanda een joint venture opgezet met een lokale projectontwikkelaar.

Ook in Europa groeit de interesse. Zo bouwt Tiger Power voor een multinational een proefinstallatie in Zuid-Europa. “Er zijn ook al andere grote jongens bezig met mininetwerken. Engie bijvoorbeeld heeft projecten in Tanzania. Maar de markt is zo gefragmenteerd dat er plaats is voor iedereen.”

Luc Huysmans, fotografie Thomas De Boever

“Ik hoop dat we binnen enkele jaren kunnen zeggen dat we de levensomstandigheden in enkele honderden dorpen hebben verbeterd”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content