Vraag om veel geld en nog meer raad
Jonge technologiebedrijven snakken naar lefgeld, maar vergeten vaak dat ze ook nood hebben aan begeleiding en advies om hun start-up doorheen woelige wateren te loodsen. Vandaar dat Neo Group, een gezelschap van e-entrepeneurs, zijn ervaring ter beschikking stelt van nieuwe hightechfirma’s. “Maar je moet die jonge managers ook wat oneliners toestoppen. Zoals: cash is more important than your mother.”
N eo Group is Belgiës eerste onafhankelijke durfkapitaaladviseur. Acht grote namen uit de technologiesector hebben zich hierin verenigd om start-ups met raad en daad bij te staan. “Wij nemen mandaten op in de raden van bestuur, ontwikkelen een strategische visie binnen het bedrijf, doen aan interimmanagement en spelen coach voor de chief executive officer,” zegt Wouter Bogaert, een van de Neo-partners. “Het zijn dus wel allemaal informaticabedrijven, maar de manier waarop we een bedrijf ondersteunen is natuurlijk elke keer verschillend. Functional consulting is de beste aanpak. Zo merken we vaak een tekort aan saleservaring op en daar steken we dan veel tijd in. Of een paar dagen per week chief financial officer spelen in een jonge onderneming: dat moet ook kunnen.”
Neo Group sloot onlangs een alliantie met de Leuvense durfkapitaalgroep Capricorn Venture Partners van Jos Peeters. De samenwerking gebeurt op een niet-exclusieve basis. Als bijvoorbeeld een Neo-partner als adviseur voor een jong bedrijf optreedt, betekent dat niet per se dat Capricorn in het kapitaal moet stappen. Hetzelfde geldt ook in de andere richting. Capricorn hoeft bij een investering niet noodzakelijk iemand van Neo Group mee te nemen.
Lieven Jaspaert, chief executive officer van Neo Group, vervulde verschillende functies bij de Amerikaanse softwarefabrikant Sun Microsystems. “Maar ik zal niet langer actief zijn als adviseur. Sinds het akkoord met Capricorn kom ik volledig onder de vleugels van het durfkapitaalfonds terecht.” John Baeyens, de rechterhand van Jaspaert, bouwt net als de andere partners zijn consultancy-activiteiten niet af. Baeyens was vroeger sales & marketing-directeur bij de internetprovider Yucom. De andere partners zijn Peter Hinssen (medestichter van e-Com Interactive Services, een internetbedrijf), Luc Devos (een van de stichters van de internetprovider EUnet België), Luc Osselaer (stichter van Ellips Communications, een communicatieadviesbureau), Bruno Denys (ex-CEO van het informaticabedrijf Platinum Technologies Benelux), Eric Pieters (een medeoprichter van de on-lineverzekeraar Eccent), Wouter Bogaert (oprichter van FreeMarkets Europe, een elektronische marktplaats) en Filip Vandamme ( FLV Fund). “En er mogen gerust nog adviseurs bijkomen,” zegt Jaspaert. “Ik denk dan aan mensen die net als de huidige partners een goed gestoffeerd cv kunnen voorleggen.”
Baeyens waarschuwt dat een jonge manager zich niet mag blindstaren op de bekende naam die hij aantrekt: “Het is onze kennis van specifieke deelmarkten van de web economy die het verschil moet maken. Maar toch, als je voor die managers een paar uur vrijmaakt, kijken ze ernaar uit. Neem nu Peter Hinssen: hem één dag in jouw kantoor hebben en merken dat hij heel wat tijd heeft vrijgemaakt om je vragenlijst te beantwoorden, dat maakt indruk.”
Anders dan business angels
De Neo-partners willen vooral hun naamsbekendheid verzilveren, omdat ze uiteraard niet de enigen zijn die jonge bedrijven advies verlenen. Er zijn nog altijd de klassieke consultancyfirma’s. Bovendien kiezen ook durfkapitaalfondsen meer en meer voor een hands-on benadering, waarbij ze het jonge bedrijf – soms gratis – intensief gaan coachen. Bij durfkapitalist TrustCapital Partners speelt Big Bang Ventures , eveneens een lefgeldverschaffer, een gelijkaardige rol als early stage-financier met een hands-on managementbenadering. In het buitenland werken risicokapitalisten courant samen met consultancybedrijven als Bain en McKinsey.
“Maar de beste consultants zitten niet noodzakelijk bij de klassieke bedrijven,” lacht Wouter Bogaert, zelf een ex-McKinsey-boy. John Baeyens: “Bij de Big Five verdwijnen goede dossiers geregeld in de prullenmand. Ze bekijken een dossier, maar zetten daar dan een jonge stagiair op die de sector niet kent. Je kan ons niet vergelijken met pure bedrijfsconsultants. De partners zijn bovendien financieel onafhankelijk.”
Dat blijft ook de vuistregel bij het aantrekken van nieuwe mensen. Neo Group heeft een zeer informele structuur en een CVBA is daar volgens Baeyens zeer geschikt voor.
Men is dan echter vlug geneigd een verband te leggen met een business-angelnetwerk. “Een business-angelnetwerk is een veel lossere federatie,” antwoordt Luc Devos. “Zo’n netwerk moet het vooral hebben van het adressenboekje waarover de engelen beschikken. Wij willen onze sectorkennis aanwenden.”
Jaspaert: “Bij business-angelnetwerken is er soms nog een tekort aan professionalisme. Er zijn ook te veel zaken die alleen verbaal geregeld worden.” De Neo-partners geven wel toe dat ze lange tijd in de categorie van business angels konden worden ondergebracht. Toen Jaspaert met de e-entrepreneurs in contact kwam, zocht de groep van acht, allemaal vanuit hun business-angelambitie, een beter gestructureerd platform van waaruit ze de activiteiten konden uitvoeren. Ze gebruikten elkaar een keer per maand als een soort klankbord om samen naar investeringsopportuniteiten te kijken. Neo Group was lange tijd een koffiekrans, maar het is onder impuls van Jaspaert dat het tot een managementvennootschap werd gestructureerd.
“We zijn een groep van peers die allemaal veel ervaring hebben op complementaire gebieden. Wij hebben in de loop van de jaren een interessant netwerk opgebouwd van honderden mensen, niet alleen in België maar in heel Europa,” zegt een zelfverzekerde John Baeyens. De slagzin Money is a commodity die Neo Group bij zijn lancering hanteerde, blijft dus bewaard. Het gaat niet om het kapitaal dat wordt ingebracht, wel om de overdracht van kennis, ervaring, netwerkintroducties en de strategie die Neo Group helpt uitstippelen.
In een business-angelnetwerk doet men vooral aan matching: investeerders en ondernemers worden samengebracht. Neo wil verder gaan. “Het is zeker geen overbodige luxe om bedrijven te wijzen op de knelpunten in hun groeifase,” aldus Jaspaert. “Je moet jonge bedrijfsleiders leren omgaan met waardecreatie. Leren bezadigd te zijn.” “En ze een aantal oneliners toestoppen,” benadrukt Baeyens, “Zoals: cash is more important than your mother.”
Duur betaald?
Een initiatief als Neo Group is uniek in België. Vandaar ook dat Jos Peeters zeer in zijn nopjes is met de deal die hij mocht afsluiten. “Het feit dat het stuk voor stuk om goede e-managers gaat, heeft ook een belangrijke rol gespeeld bij de beslissing om de alliantie aan te gaan. Dat Neo Group ook in Leuven is gevestigd, is zuiver toeval.”
Zowel Capricorn als Neo Group benadrukken dat ze de komende weken vooral tijd zullen steken in de verdere concretisatie van de alliantie. Bovendien zijn de verschillende partners nog hun plaats aan het zoeken in de nieuwe alliantie. Bruno Denys bijvoorbeeld blijft vooral actief binnen het durfkapitaalfonds CorTech. Denys: “Mijn voltijdse taak is CorTech. Als het specifiek gaat over het opzetten van softwareverkoop of consultancy, over de uitbouw van rapportering daarvoor en dergelijke meer, dan heb ik bij Neo Group een rol te spelen. Omgekeerd kan ik vanuit CorTech een beroep doen op de collega’s van Neo Group, want er is uitdrukkelijk gesteld dat ze losstaan van Capricorn. En als ik dossiers binnenkrijg die niet passen in CorTech, dan zie ik niet waarom ik Capricorn geen hint zou geven.”
Men kan zich natuurlijk de vraag stellen waarom er niet meer initiatieven als Neo Group worden opgezet. “Vergeet niet dat de partners van Neo Group in een tamelijk bevoorrechte situatie zitten,” zegt een waarnemer van de durfkapitaalmarkt. “Het gaat vooral om jongens die hun aandelenopties al hebben verzilverd en kunnen gaan surfen als het zonnig is. Dat soort mensen is ook niet goedkoop. Op de markt betaal je die toch 6 à 10 miljoen frank per jaar.”
De partners van Neo Group leggen nu contacten met een aantal risicokapitalisten om hun diensten voor te stellen. Een van de prospecten is de Vlaamse overheid. Als die opnieuw zelf een initiatief gaat ontplooien op het vlak van zaai- en durfkapitaal – iets waarop onder meer een aantal parlementsleden aanstuurt – dan zal ze advies goed kunnen gebruiken.
Alain Mouton Bruno Leijnse,amouton@trends.be
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier