‘VLAAMSE BESCHEIDENHEID IS NIET ZO ONS DING’
Nu een carrière in Hollywood om de hoek loert voor Adil El Arbi en Bilall Fallah, moet hun stopwoord putain plaats ruimen voor awesome. Voor een filmbudget van 60 miljoen dollar kan een mens zijn taaltje al eens aanpassen. Of niet. “Misschien geven we een deel van dat budget wel terug.”
Daar zit hij dan, aan het uiteinde van de grote ovalen tafel. Zonnebril op de neus, baard strak getrimd, een zwart T-shirt met witte letters: noir. Een Amerikaanse castingdirector is er allicht niets tegen. “De zonnebril draag ik ook binnen, omdat die op sterkte is. De baard heb ik uit luiheid, dat scheren neemt zo veel tijd in beslag”, haast Adil El Arbi (27) zich. “En casten doet Bilall meestal, ik haat dat echt. Ik kom pas langs voor de laatste selecties.” El Arbi stond nochtans samen met Bilall Fallah (30) aan de wieg van Hakuna Casting, dat zoekt naar acteertalent met een andere etnische achtergrond. Het bureau ging onder meer al aan de slag voor de films Belgica en D’Ardennen.
En voor Black, de tweede langspeler van Fallah en El Arbi. Die werd bij de lancering vorig jaar op rellen onthaald, nadat de film een rating voor 16+ had gekregen. Sinds kort is er interesse voor een Amerikaanse remake en de film werd net nog geselecteerd voor het SXSW Film Festival in het Amerikaanse Austin (Texas). “We dachten er nog heen te gaan, maar er was maar geld voor één overnachting. Wij hebben nog geen ongelimiteerd budget, hè. Het was wel goed geweest om onze managers in de Verenigde Staten nog eens te ontmoeten, maar we hebben hier ook genoeg te doen.”
El Arbi vertelt het rustiger dan we van hem gewend zijn, maar daar komt verandering in zodra Fallah mee aan tafel schuift. Zeker als het gaat over Patser, de actiekomedie die het duo in de lente van 2017 in Antwerpen en Nederland wil schieten. “Deze keer gaan we Antwerpen echt onveilig maken”, voorspelt Fallah. “Met T-shirts, petjes, noem maar op. We gaan Patser helemaal Studio-100’iseren. Echt op zijn Gertjes.”
Tenzij 20th Century Fox de filmmakers plots sneller dan verwacht aan de overkant van de oceaan opeist. De Amerikaanse filmstudio vroeg Fallah en El Arbi al voor de regie van The Big Fix, een film over een waargebeurd omkoopschandaal in het voetbal. Budget: zo’n 60 miljoen dollar. Daarmee is het vast wat comfortabeler werken dan met de 120.000 euro die er was voor Image en met de 1,2 miljoen euro voor Black.
Jullie zeiden ooit dat jullie “alleen nog kutfilms zouden maken als het budget te comfortabel werd”.
BILALL FALLAH. “Dat klopt. Wij gaan ons nooit goed voelen bij een budget van 60 miljoen dollar. Want weet je wat dat betekent? Dat je film meer dan 60 miljoen euro moet opbrengen.”
ADIL EL ARBI. “Om van een succes te spreken moet een film met zo’n budget zelfs 160 miljoen dollar opbrengen. Je moet er rekening mee houden dat er waarschijnlijk ook nog eens een marketingbudget van 60 miljoen dollar tegenaan wordt gegooid. Terwijl zo’n hoog filmbudget niet eens altijd nodig is. Acteur Chris Hemsworth, die meespeelde in Thor en The Avengers, vertelde ons ook dat het probleem van zo’n budget is dat iedereen dan slabakt. Als de studio met 60 miljoen komt aanzetten, zullen wij dus vragen of er echt zo veel nodig is.”
En dan? Enkele miljoenen teruggeven?
FALLAH. “Ja, je wilt toch geen geld van mensen afpakken?”
EL ARBI. “In Amerika werk je met privégeld. Als je film geen succes wordt, ben jij er verantwoordelijk voor dat iemand 60 miljoen euro verliest. Zoiets vergeten ze daar niet. Daarom proberen wij heel strategisch te werken en ook in Amerika al zo veel mogelijk films tot in een ver stadium te ontwikkelen. Als een daarvan het niet supergoed doet aan de kassa, is er toch al een andere op komst. Dat lukt, omdat je meteen het label van Hollywoodregisseur krijgt zodra je bent gelinkt aan een grote studio. Zelfs al heb je de film waarvoor je bent gevraagd nog niet gemaakt.”
Je kunt je dus eigenlijk perfect in Hollywood binnenbluffen?
EL ARBI.“Gelinkt worden aan 20th Century Fox zorgt er alleszins voor dat we gemakkelijker in kleinschalige projecten kunnen stappen. We bekijken er nu twee. Een daarvan is een film die zich afspeelt in de jaren zestig. Het andere project wordt een hedendaagse, pumped up-film, zoals The Wolf of Wall Street. Het budget voor die films schommelt rond de 10 à 20 miljoen.”
FALLAH.“Dat geld is er nog niet, de films worden nu pas geschreven. Er is dus nog niets officieel. Alleen het contract voor The Big Fix is ondertekend.”
EL ARBI. “Maar het zou best kunnen dat The Big Fix niet onze eerste Hollywoodfilm wordt. Net zoals het kan dat we die uiteindelijk niet regisseren, omdat we niet akkoord gaan met de artistieke richting die de film uitgaat.”
FALLAH.“In België ben je daar veel vrijer in en dringen productiehuizen je niets op. Nu moeten we strijden voor de film die wij willen maken. Want stel je voor dat je doet wat de studio zegt, terwijl je weet dat je het beter anders zou doen. Wiens schuld is het dan als de film flopt? Die van de regisseur.”
Hoe plannen jullie die strijd aan te gaan?
FALLAH. “Op dezelfde manier als de Amerikanen: door veel te praten en vaak het woord awesome te gebruiken (lacht). Ondertussen smokkelen we ons eigen idee in het gesprek. Bijvoorbeeld: ‘Topidee, maar stel je voor dat we het zo aanpakken. Het publiek gaat wild worden!'”
EL ARBI.“En nooit nee zeggen, dat is ook belangrijk. ‘Ja, je hebt gelijk! Wat we ook kunnen doen, is…’ Die onderhandelingen in Amerika zijn eigenlijk een beetje zoals de onderhandelingen in de reclamesector hier. Iedereen die bij zo’n reclameproject betrokken is, is onzeker. De producenten zijn bang dat ze hun geld en misschien wel hun baan gaan verliezen. Als regisseur moet je hen overtuigen dat dat niet het geval is. Je moet dus gewoon doen alsof het toch altijd allemaal goedkomt. Chill!
“Mochten we heel artistieke regisseurs zijn, dan zouden we dat moeilijk vinden. Maar wij beschouwen ons niet echt als kunstenaars. Al weten we uit ervaring wel hoe lastig zulke gesprekken kunnen zijn en hoe kwaad je er soms van wordt. En zelfs bij de kleinste Amerikaanse producties blijkt het onderhandelen soms de hel. Wat gaat het dan zijn voor the big shit?”
In België is het beter?
EL ARBI.“Hier dreigt het gevaar dat er nog maar twee soorten films worden gemaakt: de heel commerciële films en de extreem artistieke films, waar nauwelijks 3000 mensen naar gaan kijken. Als land ben je cinematografisch geneukt als het zover komt. Want voor je het weet, implodeert het Belgische subsidiesysteem daardoor. De publieke opinie zal het niet blijven pikken dat er geld gaat naar films waar geen kat naar komt kijken. We moeten er dus voor zorgen dat slechte regisseurs hun ding niet kunnen blijven doen, want films maken mag geen hobby worden. Natuurlijk, iedereen kan eens een flop regisseren, maar wij breken onze reet om te zorgen dat mensen de weg naar onze films vinden. Dan is het fucked up dat er nog altijd films worden getoond voor een paar duizend kijkers.”
FALLAH.“Na de release van Black merkten we ook nog eens dat we in België in twee verschillende landen wonen. Hij was immens populair in Vlaanderen, maar we hadden geen idee hoe we de film in Wallonië moesten promoten. Tot er rellen kwamen (lacht). Toen kenden ze Black plots ook aan de overkant.”
Rellen als marketingmiddel?
EL ARBI.“Het effect is natuurlijk moeilijk in te schatten, maar ondertussen gingen toch al bijna 200.000 mensen naar Black kijken. Terwijl Kinepolis Film Distribution vooraf op zo’n 90.000 bezoekers had gerekend. En dat Black uit de Franse zalen is gehaald omdat de film ook in Frankrijk een 16+-rating kreeg? Tja, dat is het leven, hè. Al is het wel straf dat een Franstalige film die zo succesvol was in Vlaanderen en die gaat over de bendeproblematiek die Frankrijk ook kent, er niet wordt getoond.”
FALLAH. “Nymphomaniac van Lars von Trier werd ook uit de Franse zalen gebannen, terwijl die een Gouden Palm won. Daar staat Black nu naast op de lijst. Dat is wel goed voor je reputatie en je streetcredibility! Tegelijk maken we natuurlijk films voor een breed publiek, zolang je onze stem er maar in herkent. We hadden evengoed een ander pad kunnen kiezen. We hadden bijvoorbeeld veel meer tijd kunnen nemen voor we een langspeelfilm maakten en in tussentijd comfortabel kunnen leven en geld verdienen. Onze bankrekening zou ons dankbaar zijn, want het is vandaag nog altijd vechten.”
Waarom maak je het jezelf zo moeilijk?
EL ARBI.“Beschouw het als een investering. Wij geloven dat een paar jaar afzien uiteindelijk voor een veel hoger rendement zorgt dan tien tot vijftien jaar in normale modus werken en comfortabel leven. Het enige dat we nu denken, is dat het eigenlijk nog sneller had gekund.”
FALLAH.“Ik had gehoopt dat ik op mijn 26 stond waar ik nu sta. Ik ben dus al vier jaar over tijd.”
Waar komt dat ongeduld toch vandaan?
FALLAH.“Wij functioneren pas goed als we ons zulke strakke deadlines opleggen. Maar ook de angst om te mislukken zit constant in ons hoofd. Daarom werken we zo hard. Toch is het nooit goed genoeg. Als ik terugkijk naar onze films, zie ik alleen maar fouten. We hebben dus nog een lange weg te gaan, want er is nog zoveel meer dat we kunnen. Alleen hoorden we in het verleden al zo vaak dat we maar kleine Belgen zijn. Zelfs tijdens onze studies aan Sint-Lukas.”
EL ARBI.“Terwijl wij niet twijfelden. Wij wisten toen al dat we ooit met Leonardo DiCaprio zullen chillen en met hem een film zullen maken. Dat gaat gewoon gebeuren, daar blijven we van overtuigd. Het is alleen een kwestie van tijd. De anderen weten dat daarom nog niet, maar wij wel. Als ik bijvoorbeeld naar een nummer van rapper Jay Z luister en hij begint over zijn billions en zijn bitches, dan denk ik: ja, dat ben ik. (Fallah proest het uit) Vlaamse bescheidenheid is niet zo ons ding (lacht).”
Is dat ook te merken aan jullie managementstijl?
FALLAH. “Wij werken altijd alsof het op leven en dood is. Dan moet je snel boodschappen geven. En de enige manier om dat te doen, is door af en toe pissed te worden.”
EL ARBI. “Soms zijn we ook superblij en enthousiast, hoor, maar er is altijd een verschil tussen hoe we met de crew omgaan en hoe we tegen acteurs spreken. De crew bestaat uit technische mensen en hen moet je met alle respect behandelen. Zij komen tenslotte om vijf uur ‘s ochtends toe en blijven tot ‘s avonds laat. Zulke mensen zijn soldaten, hen moet je altijd waarderen. Bij acteurs is dat anders.”
Zij verdienen geen respect?
EL ARBI. “Acteurs zijn artiesten. Sommigen willen dat je hen met respect behandelt en zullen dan pas hun beste prestatie geven. Bij anderen gebeurt er niets als je te lief met hen omgaat. Hen moet je afblaffen om hen naar een hoger niveau te brengen.”
FALLAH. “Adil kan heel hard zijn, ik ga daarna meestal even masseren. Maar af en toe zijn we allebei pissed. Dan stopt alle communicatie. Als we in Amerika met Vin Diesel gaan werken, moeten we ons daar misschien wel aan aanpassen (lacht).”
SJOUKJE SMEDTS, FOTOGRAFIE FRANKY VERDICKT
“Onze film Patser gaan we Studio-100’iseren. Echt op zijn Gertjes”
“De angst om te mislukken zit constant in ons hoofd. Daarom werken we zo hard”
“De publieke opinie blijft het niet pikken dat er geld gaat naar films waar geen kat naar kijkt”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier