Verhuren aan uw eigen bedrijf: niet zonder risico
Zouden die appartementen waarvan u eigenaar bent niet uitstekend kunnen dienen als kantoorruimte voor uw bedrijf? Als u die nu eens tegen een vette prijs van uzelf zou huren, waarna u de kosten van de belastingen aftrekt? Klinkt aantrekkelijk, maar het kan heus niet zomaar.
Fondsen uit uw bedrijf halen in de vorm van onroerend inkomen, in plaats van als beroepsinkomen, doet u niet zomaar. Ja, ze zijn allebei aftrekbaar onder de vennootschapsbelasting, maar de fiscale consequenties zijn lang niet dezelfde. Het gaat dan zowel om de berekening van de sociale zekerheidsbijdragen als zelfstandige, als om de personenbelasting.
Het inkomen van een bedrijfsleider wordt zonder discussie beschouwd als een beroepsinkomen. Maar dat geldt niet voor huurgelden die aan de onderneming onttrokken worden. Die worden als onroerende inkomsten beschouwd. De bedragen die op die manier uit de vennootschap gehaald worden, komen dan ook niet in aanmerking voor de berekening van de bijdragen aan de socialeverzekeringskas voor zelfstandigen, noch voor de vaststelling van het plafond van de toegelaten inkomsten boven op het pensioen.
Ook vanuit fiscaal oogpunt zit er een interessant kantje aan die ‘tranformatie’ van beroepsinkomen naar onroerend inkomen. Als u uw onroerende inkomsten verhogen, stijgt tegelijk ook de basis voor de aftrek van leningintresten.
Ter herinnering: de intresten van aangegane (uitbetaalde) leningen die moesten dienen om onroerende inkomsten te verwerven of te behouden, zijn aftrekbaar tot aan een plafond dat gelijk is aan het totaal van de onroerende inkomsten. Met andere woorden: huurinkomsten kunnen ontsnappen aan de personenbelasting als ze worden opgeslorpt door de intresten van de leningen, die tot dan toe niet konden worden afgetrokken omdat er geen voldoende grote grondslag was.
Fiscus bestraft gulzigheid
Uiteraard was die formule te mooi om lang te kunnen duren. Bij belastingcontroles kwamen wel erg veel van die gevallen aan het licht. Heel wat zaakvoerders van KMO’s rekenden hun bedrijf immers een rijkelijke huur aan, die fiscaal aftrekbaar was in de vennootschapsbelasting. Vervolgens gaven ze die aan in de personenbelasting, waar ze onmiddellijk opgeslorpt werd door de aftrekbare leningintresten…
Intussen werden strikte limieten vastgelegd. Het bedrag van de huur die door de vennootschap wordt betaald, is voor de fiscus geen probleem. Maar de som die de eigenaar kan ontvangen, wordt wél nauwkeurig berekend. Tot een bepaalde grens (zie tabel: Herkwalificering als beroepsinkomen) wordt het huurgeld dat wordt onttrokken aan een vennootschap waarin u belangen hebt (als zaakvoerder, bestuurder enzovoort) als onroerend inkomen beschouwd. Het deel van de huurprijs dat die grens overschrijdt, wordt echter ‘geherkwalificeerd’ als beroepsinkomen! Dat deel is onderworpen aan een bedrijfsvoorheffing aan de bron, en moet speciaal worden vermeld op de belastingfiche.
Met die limieten wil men paal en perk stellen aan abnormale praktijken. Neem nu die slager die net een BVBA had opgericht en meteen een huurovereenkomst had gesloten tussen hemzelf en zijn vennootschap. Daarbij kwam de huurprijs grosso modo overeen met het bedrag dat hij als beroepsinkomen aangaf vooraleer hij overstapte op een BVBA. Bovendien liet hij in de statuten van de vennootschap opnemen dat hij zijn mandaat als zaakvoerder gratis uitvoerde. Door zichzelf bovendien ten laste van zijn loontrekkende echtgenote te verklaren, kon die slager jarenlang in volle legaliteit ontkomen aan de bijdragen aan de sociale zekerheid voor zelfstandigen. Maar dat feestje is dus uit.
Jean-Marc Damry [{ssquf}]
Als de huurprijs te hoog is, wordt de weg vrijgemaakt voor een herkwalificering als beroepsinkomen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier