Vechten voor Antwerpen

Het sociale klimaat was het afgelopen jaar bij Degussa Antwerpen niet optimaal. Toch werkt Jan Van den Bergh aan een facelift van de locatie. “We moeten opnieuw een excellente vestigingsplaats worden,” zegt hij.

“Een geluk dat ik eerst enkele maanden in tandem kon werken met Marc Vanhoey,” zegt gedelegeerd bestuurder Jan Van den Bergh over de inlooptijd aan de zijde van zijn gepensioneerde voorganger. Een jaar staat hij nu al aan het roer van de Antwerpse vestiging van het Duitse chemieconcern Degussa. Voordien was hij er al enkele jaren technisch directeur. “Eigenlijk is mijn nieuwe functie een stap achteruit: ik mag minder dingen zelf aanpakken en moet meer delegeren,” gekscheert Van den Bergh.

Degussa heeft bewogen jaren achter de rug. Oorspronkelijk steunde het concern op drie poten: chemie, farma en metaal. Na de opeenvolgende fusies met Hüls en SKW en de overname van Laporte besloot de groep zich in 2000 volledig te richten op de specialiteitenchemie. “We zitten nu volop in dat veranderingsproces, waarbij we zoeken naar synergie en kostenbesparingen,” zegt Van den Bergh. Op groepsniveau betekent die aanpak het wegsnijden van 4000 banen en jaarlijkse besparingen van 500 miljoen euro.

Een fusie leidt tot overcapaciteit en dus tot het sluiten van de minder rendabele installaties. Ook Antwerpen ontsnapte niet. Twee lijnen en hun bijbehorende serviceafdelingen gingen vorig jaar dicht. Toch investeerde het concern ook 150 miljoen euro in twee nieuwe en de uitbreiding van twee bestaande installaties. Op die manier kon de werkgelegenheid voor 70 mensen worden gered.

“Nochtans is het sociale klimaat niet optimaal,” weet Van den Bergh. “Iedereen erkent wel dat we oplossingen zoeken, maar toch kregen we vorig jaar te maken met een waarschuwingsstaking, alleen omdat we negen medewerkers van eenheid moesten verplaatsen. De reactie van het hoofdkwartier in Düsseldorf was onverbiddelijk: er zijn signalen nodig van overheid, management en werknemers dat Antwerpen nog een gunstige investeringsplaats is.”

Dat de situatie ernstig is, mag blijken uit de beslissing van Degussa om de plannen om 300 miljoen euro te investeren in methionine te bevriezen. Antwerpen was zo goed als zeker van het project, maar ziet nu toch interne concurrenten opduiken.

De grote liefde van Van den Bergh is nog steeds Brazilië. Hij werkte er zes jaar voor Degussa en denkt nog met veel warmte terug aan die tijd. “Het waren pioniersjaren. Problemen meteen kunnen aanpakken zonder geremd te zijn door historisch gegroeide toestanden, dat maakte het leven daar aangenamer. Samen met de zon natuurlijk.”

Van den Bergh blijft overigens een internationale medewerker bij Degusssa. Zijn mandaat loopt nog tot 2006 en dan stuurt het concern hem waarschijnlijk ergens anders heen. Tegen die tijd wil hij dan ook zijn missie afronden. “In 2002 keken we naar de kostenbeheersing. In 2003 concentreren we ons op het resultaat en hoe we dat kunnen verbeteren. Vanaf 2004 moet dat ook daadwerkelijk beginnen te renderen, zodat Antwerpen vanaf 2005 opnieuw een excellente standplaats voor de toekomst wordt.”

R.B.

“Er zijn signalen nodig van de overheid, het management en de werknemers dat Antwerpen nog een gunstige investeringsplaats is.”