Vandersanden gehard tegen volgende crisis
Vandersanden Steenfabrieken vaart al een kwarteeuw met vaste koers op de conjunctuurgolven van de bouwsector. Geduldig bereidt het zich voor op de klappen.
Een omzet van 63 miljoen, een cashflow van 19 miljoen en bijna 19 % groei in een jaar zijn cijfers waar de meeste Vlaamse ondernemers alleen maar van dromen. Wat is het geheim van Vandersanden Steenfabrieken? Zit deze producent van gevelstenen voor de bouwsector met zijn leemgroeven op een goudmijn?
“Neen”, zegt Jean-Pierre Wuytack. Hij is de gedelegeerd bestuurder van deze Ambassadeur van de Grote Gazellen Limburg. “Momenteel golft iedereen in de sector mee op de hausse in de bouw. Als dit stopt, vallen er klappen. In de crisis van de jaren 80 ging de helft van de steenfabrieken failliet. Ook in onze niche maken de ondernemers het verschil.”
Alle zes ovens van Vandersanden draaien op volle toeren, in Spouwen, Hekelgem en Lanklaar. Het bedrijf realiseerde in de periode 2002-2007 een groei van 55 %, terwijl het personeel toenam met 20 % tot 204 mensen. De onderneming slaagt erin om de capaciteit met 20 % te verhogen met een efficiëntere productiewijze en procesbeheer. “We weten dat we ooit op 80 % van de maximumproductie zullen draaien – net het aandeel met het meeste rendement missen we dan, uiteraard. De vraag is alleen of de daling gebeurt in twee of in vijf jaar. Tegen de steeds weerkerende crisissen moeten we elke keer voldoende reserve opbouwen. Die wordt onder meer geïnvesteerd in vastgoedprojecten. Daarom streven en halen we betere marges dan de concurrenten.”
Wat blijkt. Tussen 2003 en 2006 werden de schulden met 6 miljoen verlaagd tot 25 miljoen euro, terwijl het eigen vermogen verzesvoudigde tot 32 miljoen. Deze middelen werden ook verzameld in Polen. Vandersanden verkocht drie jaar geleden vijf Poolse fabrieken aan de internationale gigant Wienerberger, dat daar een groter en moderner productie-apparaat in de strijd wierp.
“Om in Polen hetzelfde niveau te bereiken als deze concurrent hadden we minstens 50 miljoen moeten investeren in de te kleinschalige fabrieken. We hadden noch de structuur, noch de mensen, noch de goesting om Wienerberger te beconcurreren. Toch was de marktpositie voldoende bedreigend om de Oostenrijkers met een mooi bedrag over de brug te laten komen.”
Schoonzonen aan het roer
Los van de spilvennootschap, heeft de familie drie prestigieuze outletcenters van ontwikkelaar Liebrecht & wooD gefinancierd in Polen. Dat gebeurt onder leiding van financieel directeur Guy Wauters, een van de drie schoonzonen van voormalig algemeen directeur Constant Vandersanden. Ook Wuytack en bestuursvoorzitter Camille Vanpee zijn met een van de zeven dochters van de familievader getrouwd. Vandersandens zoon heeft geen operationele functie.
“Het is niet de bedoeling dat de familieleden actief deelnemen aan het bedrijf. Ik sluit niet uit dat de vierde generatie wel in het bedrijf stapt. Er is niets geregeld over de opvolging. We vermijden het om de discussie aan te gaan. Vandaag is alles behoorlijk goed geregeld.”
De familie Vandersanden is sinds de start in 1925 concessionaris van de eigen leemgroeven, waarvan de opbrengst spaarzaam wordt ingezet. De Limburgse groeve is een soort van strategische reserve als de aanvoer elders stilligt. Voor de toekomstige exploitatie en concessieverwerving richtte Vandersanden trouwens Leembank nv op met de Lanaakse concurrenten Nelissen-Haesen en Heylen. Wuytack verdedigt deze ‘OPEC van de Limburgse leemproductie als volgt: “We beconcurreren elkaar alleen in de output, niet bij de aanvoerlijnen. Zo vermijden we opbod over de aanlevering.”
Vandersanden Steenfabrieken wordt via de Luxemburgse Vansan sa gecontroleerd door een Nederlandse stichting. Is het in deze periode van ijzersterke groei (zeker met de verwachte inkrimping) niet het moment om de groep te verkopen? Ook de Vlaamse concurrenten Desimpel en Terca gingen al over naar Wienerberger. “Dit bedrijf is al sinds 1925 verankerd in Limburg. Dat blijft het. Meer nog. We streven ernaar onze vleugels uit te slaan in Nederland.” Dat gebeurde eerst via de overname van een branchegenoot in Hedikhuizen (2001). De opbrengst van de verkoop van Vandersanden Polen werd in 2005 geïnvesteerd in een joint venture met Huwa Baksteen in Spijk. Huwa-Vandersanden heeft een omzet van 50 miljoen euro. Het controleert bijna 20 % van de Nederlandse markt van gevelstenen, waar 61 % van de omzet terechtkomt.
Tanende markt
Ook Vandersanden zet meer dan 90 % van zijn omzet af in een straal van 400 kilometer rond België. Hoewel het bedrijf andere markten niet mijdt, verwacht Wuytack dat dit zo blijft. Het transport van stenen kost immers veel geld. De binnenlandse markt is tanend. In Vlaanderen wordt niet alleen minder gebouwd, ook de verschuiving van huizen naar appartementen is niet goed voor Vandersanden. Dat laatste segment verbruikt proportioneel minder gevelstenen.
Toch klaagt Wuytack niet. “In Europa wordt slechts een op de twintig woningen ingericht met een gevel. Aan ons om dat aandeel naar omhoog te krijgen. Hoe? Door te innoveren binnen ons klassieke segment en andere niches aan te boren.”
Zo werkt Vandersanden in Nederland aan een systeem om geprefabriceerde gevels te laten maken in een ‘metselfabriek’, die dan sneller tegen een woning kunnen worden gelijmd. Ook de smartbrick, die bijna als een legosteen wordt aangebracht in een metalen constructie en gemakkelijk kan worden vervangen, is een vernieuwing. Ook ecologisch verantwoorde stenen zijn een alternatieve niche.
Vandersanden werpt 100 kleuren in de strijd om het marktaandeel in de klassieke niche. Het blijft weg uit het luxesegment van gevelstenen van boven 30 euro per vierkante meter, dat Wienerberger wel aanboort. “Wij maken vooral massa. Wat niet wegneemt dat we de duurdere soorten wel imiteren met alternatieve, goedkopere productietechnieken. Geen mens ziet het verschil. Op de werven bijten we elkaar de komende jaren de kop af. We vechten voor elke steen.” (T)
Door Hans Brockmans/Foto’s Thomas De Boever
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier