VADERLANDS EN NEDERLANDS

Zestig jaar ervaring.

In het hoekkantoor van Aad Jacobs ligt een nest pluchen leeuwen (de leeuw is het beeldmerk van ING), in het hoekkantoor van Walter Van Pottelberge ligt één leeuw. Zijn geestdrift voor de ING-familie is er niet geringer om. Vandaag rapporteert gedelegeerd bestuurder Van Pottelberge van De Vaderlandsche aan de Nederlander Jan Holsboer van de raad van bestuur van ING Groep. Morgen is zijn partner op concernniveau de Belg Michel Tilmant, de voorzitter van het directiecomité van BBL, die een nieuwe concerngroep, nummer 5, zal leiden. Groep 5 brengt de Belgische activiteiten van ING Groep samen (onder meer De Vaderlandsche, BBL en RVS). De Vaderlandsche Verzekeringen boekt brutopremies van 12,6 miljard frank (in 1992 : 7,9 miljard frank) en is de tiende verzekeraar in de ranglijst van de recentste Trends Top 5000 ; RVS is de 46ste (brutopremies 2,2 miljard frank) ; De Vaderlandsche Spaarbank is de 47ste bank volgens het nettobankproduct (351 miljoen frank). De Vaderlandsche Verzekering steekt AGF/De Schelde voorbij, wat vooral te danken is aan de groei van haar tak Leven.

Walter Van Pottelberge schrijft zijn Blauwdruk over de samenwerking met BBL. Voor 17 december 1997 de einddatum van het ING-bod op BBL heeft hij met Michel Tilmant (die hij kent van voor, tijdens en na de episode 1992 de eerste overnamepoging van BBL door de Nederlanders), geen contact gezocht. Begin 1998 ontmoeten Van Pottelberge en Tilmant elkaar voor een gedachtewisseling. Op zijn Belgisch werd De Vaderlandsche in 1992 geliquideerd als leverancier van verzekeringen aan de makelaarsdochter van BBL. Walter Van Pottelberge : “Het is nu de logica zelve dat we opnieuw verzekeringsproducten zullen verkopen langs BBL Brokerage.” Bovendien ziet hij synergie in de BBL-kredieten en buitenbalansproducten (bijvoorbeeld Sicavs) voor zijn spaarbank die gericht is op de onafhankelijke verzekeringsmakelaars. “De Vaderlandsche Spaarbank is ijzersterk in het consumentenkrediet, want werd geboren uit die subbranche,” stelt Walter Van Pottelberge. “Maar voor kredieten aan het klein- en middenbedrijf zijn we vandaag enkele maten te klein.” Voor vermogensbeheer doet De Vaderlandsche een groeiend beroep op de moeder. “Vandaag beleggen wij in Belgische frank in PetroFina, morgen met de euro interesseert de hele Europese petrochemie ons en doen we een beroep op ING Investment in Amsterdam. Dat kun je zelfstandig als kabouter en dat zijn wij binnen een Europese ruimte nooit zelf georganiseerd of betaald krijgen,” meent Walter Van Pottelberge. Zullen RVS, De Vaderlandsche en BBL meer gaan samenwerken in verzekeringen ? Walter Van Pottelberge : “Aan een gelijke of een betere prijs en kwaliteitsverhouding zullen er bruggen tussen producten en mensen geslagen worden, maar er is geen megagroep in wording. Wij staan net als Nationale Nederlanden in Nederland beresterk in het makelaarskanaal, dat kan je niet mixen qua producten, marketing, opleiding en kostenbeleid met onze zuster RVS die in Nederland en België een specialist is van de distributie langs agenten.”

De Vaderlandsche heeft gevorderde plannen om zich bij het publiek en in de media te profileren als Lid van de ING Groep. “Gisteren was het té vroeg, morgen té laat, het momentum vandaag is optimaal,” aldus Walter Van Pottelberge. “Die officiële aankondiging zal ons bijvoorbeeld helpen bij het rekruteren van getalenteerde afgestudeerden. Zij zien dan niet alleen een succesvolle Belgische onderneming, maar een deel van een befaamde en snelgroeiende wereldonderneming met toekomstkansen.”

In 1938 werd de Belgische verzekeraar De Vaderlandsche oorspronkelijk van onder meer de Antwerpse familie de Weert, stichtingsjaar 1906 overgenomen door de Nederlanden van 1845, een eerste fusiegolf van wat vijftig jaar later ING Groep zou worden. “Die eerste hergroepering en de tweede golf, het samenvoegen van Nationale Nederlanden met NMB/Postbank, was een manoeuvre met een visionaire kracht als zou onder de leiding van Generale Maatschappij een versmelting zijn totstandgekomen van haar dochters en aandeelhouders Royale Belge, AG en deels Assubel. Dat is niet gelukt, in Nederland slaagde de schaalvergroting wel,” gnuift Walter Van Pottelberge. “Je kan als internationale groep slechts succes boeken als je lokaal verankert, De Vaderlandsche is in het Belgische economische weefsel vervat. Financiële participaties vergen alleen dat kaderleden op het vliegtuig stappen om een algemene vergadering of een raad van bestuur bij te wonen en hebben weinig strategische meerwaarde.”

Het beleid van ING Groep is gedecentraliseerd, weet Walter Van Pottelberge uit ervaring. De fysicus en actuaris van de KU Leuven werkt een kwarteeuw voor De Vaderlandsche en kent de cultuur van Nationale Nederlanden, zijn entree in de ING Groep. Viermaal per jaar vergadert de raad van bestuur van De Vaderlandsche, daarin zetelen de Nederlandse bestuurders Holsboer, Maas en Rinnooy Kan, die ook lid zijn van de raad van bestuur van ING Groep. “Dat is het formele kanaal voor contact, bovendien ontvangt het hoofdkantoor een volledig verslag, niks wordt weggemoffeld of verfraaid, van de vergaderingen van ons directiecomité, daarin zetelt geen enkele Nederlander. Op basis van dat verslag zoeken we indien nodig zelf input vanuit de groep of soms wijst het hoofdkantoor ons op oplossingen binnen de groep voor een aangemerkt probleem. Die afstandelijkheid kan je slechts handhaven als de basisvoorwaarde van het clublidmaatschap vervuld is, goede resultaten. De band met ING Groep levert ons synergie en ondersteuning met internationale expertise en adressen. Onze jongste pay-out-ratio’s zijn 33 % en we zouden makkelijk naar 90 % kunnen gaan zonder in ons vlees te snijden, want we zijn rijk, maar we verkiezen te investeren in onze toekomst en die van de makelarij. De vraag wat kan ons sneller vooruitbrengen interesseert ons prioritair en vaak volgt een antwoord omwille van de kennis van de moeder,” getuigt Walter Van Pottelberge. De gedelegeerd bestuurder van De Vaderlandsche noemt zijn bedrijf één van de meest performante van de ING Groep met een return on investment (Leven) van 11,6 % in 1996, 11,8 % in 1997 ; voor Niet-Leven zijn deze percentages respectievelijk 17,8 % en 14,3 %. De return on equity over 1996 bedraagt 21 %. “Wij expanderen al vijftig jaar binnen de club van een Nederlandse moeder. Hier speelt het stereotype van de arrogante Nederlander en het zwakke Belgje niet.”

WALTER VAN POTTELBERGE (DE VADERLANDSCHE) De Vaderlandsche is welvarend en de band met ING brengt internationale expertise aan.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content