Toekomst Belgische autobouwers is elektrisch

De malaise in de autosector heeft ook voordelen. “2008 zou wel eens het jaar kunnen worden van de definitieve omslag naar meer milieuvriendelijke wagens”, zegt Eric Vandervreken, directeur Automobiel van de sectorfederatie Agoria. “De elektrische wagen is lange tijd een toekomstbeeld gebleven, maar nu staat vast dat hij binnen twee jaar op de markt komt. Dat kan in het voordeel van Vlaanderen spelen, omdat het om zeer complexe wagens gaat. Onze werknemers hebben bewezen daarmee zeer goed om te kunnen.”

“De Belgische autofabrieken rekenen nochtans ook op steun van de federale en regionale overheden. Maar twee derde van de inspanningen die nodig zijn om toekomstige modellen binnen te halen, leveren ze zelf”, weet Vandervreken.

Overheidssteun aan autobouwers staat op de agenda van zowat elke regering. Zowel in de VS als in Europa. De maatregelen waar de rondetafel van de Belgische overheden en de automobielsectoren een akkoord over bereikten, moet een duw in de rug zijn van onze fabrieken. De drie Vlaamse autobouwers – GM Belgium, Ford Genk, Volvo Cars Gent – zijn verwikkeld in een concurrentieslag met andere fabrieken uit hun respectieve groepen om nieuwe modellen, of nieuwe versies van bestaande modellen, te mogen produceren. Enkel bij Audi Brussels is er relatieve zekerheid, omdat daar alles in gereedheid wordt gebracht voor de productie van de A1.

In de concurrentiestrijd is het van belang om de kosten per geproduceerde eenheid zoveel mogelijk te drukken. “Dan spreek je al snel over tien tot twintig procent minder. Dat is enorm”, klinkt het. “Met de lopende lastenverlaging op ploegen- en nachtarbeid blijven we licht onder de Duitse loonkosten. Hadden we die niet gehad, dan waren we dit jaar al duurder geweest dan onze oosterburen.” De autobouwers hopen een flink deel daarvan te realiseren door zelf hun processen en hun efficiëntie te verbeteren. “We verwachten dat in 2009 de werkgelegenheid met nog eens 3 tot 4 procent afneemt, maar de grootste klop – min 9 procent – hebben we dit jaar gehad, hopen we.” Desondanks blijft ondersteuning van de overheid nodig.

Ondertussen wordt er bezorgd uitgekeken naar de beslissing van het Amerikaanse congres over de 27 miljard euro overheidssteun die de drie grote Amerikaanse autobouwers – GM, Ford en Chrysler – hadden gevraagd. “De verwachting is dat de markt tegen het tweede semester van 2010 opnieuw aantrekt. Maar je moet er dan nog wel zijn, natuurlijk. Wij hopen vooral dat de steun aan de Amerikaanse autobouwers de concurrentie in Europa niet verstoort”, weet Vandervreken, die ook hoopt dat Europa een homogeen steunpakket goedkeurt. Zowel bij de Duitse als Franse steunplannen lijken immers nationalistische reflexen op te duiken.

L.H