Super-boxer

Ad Van Poppel medewerker Trends

Met de R1100S supersportmotor is het boxergamma van BMW compleet.

Bij motorliefhebbers was en is BMW synoniem van de boxer, een motor die wordt aangedreven door een twin waarvan de cilinders aan weerszijden naar buiten steken. In het gamma had de Duitse producent totnogtoe een naakt model, een toerversie, een terreinuitvoering en een sportieve versie. Begin dit jaar kwam BMW met de R1200C, een cruiser. En nu is er de supersportmotor R1100S.

Bekijks heeft men met de R1100S zeker, zelfs van de Rijkswacht. Het vingertje van de rijkswachter op een BMW K100 wees in de richting van de pechstrook. “Nieuw spul, hé? Ik wist niet dat die al te koop waren. Hoe bolt hij?” vroeg de man, terwijl hij rond de motor liep. “Goed,” antwoordde ik, maar de gehaalde snelheden hield ik wijselijk voor me. “Bon,” zei de wetsdienaar toen hij uitgekeken was, “u mag weer de baan op.”

BMW pikt met de R1100S aan bij een oude traditie. In de jaren zestig en zeventig stond de S voor Sport. Daarna verdween de S uit het gamma, maar intussen zijn supersportmotoren weer ‘in’. BMW kon dus niet achterblijven. De 1085 cc tellende motor is de krachtigste boxer die het merk ooit uitbracht: 98 pk bij 7500 toeren per minuut. Dat vermogen wordt aan de weg gebracht via een zesversnellingsbak. In vergelijking met ‘gewone’ boxers heeft deze R1100S heel wat extra pk’s, en dat is voor 70% te danken aan het nieuwe uitlaatsysteem met katalysator. De dempers komen onder het zadel uit, wat de sportieve look accentueert. Tank, zadel en halftopstroomlijn vormen een vloeiend geheel. De zitpositie is sportief, maar toch comfortabel.

Op de snelweg is de motor stabiel. In geen tijd bereikt men hoge tot zeer hoge snelheden. Helemaal leuk wordt het op bochtige wegen: met zijn 229 kilo is de BMW een lichtgewicht, en dus rijdt hij daar verbluffend makkelijk. Zelfs tussen files manoeuvreren is met de R1100S geen handvol.

Trillingsvrij is de motor niet. Bij stationair draaien trillen de stroomlijn en de stuurhelften hevig mee. Als de toerenteller 5000 toeren per minuut aanwijst, voelt men vibratie, maar hinderlijk is dat niet. Wel een minpunt is de moeilijk te vinden neutraalstand van de versnellingsbak. Ook in tweede versnelling schakelen vergt wat inspanning: de voet moet flink worden omhooggehaald, anders loopt men het risico in de vrijstand te schakelen. Een laatste minpunt is het benzineverbruik: BMW geeft 4,3 liter op per 100 km bij 90 km/uur en 5,2 per 100 km bij 120 km/uur. Tijdens de testrit verbruikten we 6 à 7 liter per 100 km. Dat betekent dat men met een volle tank nauwelijks 300 kilometer kan afleggen.

AD VAN POPPEL

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content