Stijgende fraude in gemeenteboeken?
De gemeenteontvangers uiten scherpe kritiek op het nieuwe gemeentedecreet van minister Paul Van Grembergen. De controle op de gemeentelijke boekhouding zou op de helling staan. Van Grembergen vindt de kritiek onterecht.
Het nieuwe gemeentedecreet hertekent het financiële beheer van de gemeenten. De gemeenteontvanger verliest zijn onafhankelijke status binnen de gemeentelijke administratie, en moet als financieel beheerder voortaan rapporteren aan de gemeentelijk directeur. Voorts komt er een gemeentelijke auditor die de boeken achteraf doorlicht. En hoewel de gemeente- en OCMW-ontvangers het grotendeels eens zijn met de hervorming, hadden ze wel enkele punten van scherpe kritiek (zie Trends, 31 oktober 2002). Omdat de financieel beheerder vleugellam wordt gemaakt, zou de hervorming uitmonden in een weliswaar ongewilde maar onvermijdelijke afbraak van het interne controlesysteem, terwijl ook de onafhankelijkheid van de audit niet gegarandeerd is. Dat zou de gemeenteboeken de komende decennia besmetten met een stijgende fraudegevoeligheid.
De bevoegde minister van Binnenlandse Aangelegenheden Paul Van Grembergen ( Spirit) vindt de kritiek onterecht.
TRENDS. De gemeente- en stadsontvangers vinden het onaanvaardbaar dat de functies van financieel beheerder en gemeentelijk auditor gecumuleerd kunnen worden.
PAUL VAN GREMBERGEN (MINISTER BINNENLANDSE AANGELEGENHEDEN). “Deze cumulatie van onverenigbare rollen is alleen mogelijk in een overgangsperiode die nog door de Vlaamse regering moet worden bepaald. Maar in principe wordt de audit voortaan in handen gegeven van een nieuwe en onafhankelijke functie: die van gemeentelijk auditor, die losstaat van de administratie en rechtstreeks aan de gemeenteraad rapporteert, zodat ook de positie van de gemeenteraad versterkt wordt.
“Die cumulatie is wettelijk verankerd bij de gemeenteontvanger, waarbij hij persoonlijk borg staat voor fouten en onregelmatigheden in de boeken. Deze borgstelling verdwijnt, maar kan een van de voorwaarden blijven in geval van cumulatie in de overgangsperiode. Die overgangsperiode kwam er trouwens op vraag van de gemeente- en OCMW-ontvangers.”
Hebben de kleinere gemeenten voldoende middelen om een gemeentelijk directeur én een financieel beheerder én een gemeentelijk auditor te bezoldigen?
VAN GREMBERGEN. “De drie functies kunnen deeltijds worden uitgeoefend of in combinatie met de functie van OCMW-secretaris. Of de gemeenten kunnen in intergemeentelijk verband een auditor aanwerven. De Vlaamse regering kan in een uitvoeringsbesluit ook bepalen wanneer de functie van gemeentelijk directeur en financieel beheerder kunnen worden gecumuleerd. Deze functies zijn principieel niet onverenigbaar.”
Wordt het eerstelijnstoezicht op de gemeentefinanciën niet uitgehold door het vleugellam maken van de financieel beheerder?
VAN GREMBERGEN. “Het ontwerpdecreet bepaalt dat de gemeentedirecteur – in samenspraak met het managementteam waarvan de financieel beheerder lid is – zorgt voor het opzetten van de interne controleprocedures. Het interne controlesysteem wordt bewust in handen gegeven van de directeur. Het is niet omdat de controle niet meer bij decreet in handen is van de beheerder, dat ze ophoudt te bestaan. De financieel beheerder wordt als diensthoofd financiën trouwens een belangrijke figuur met een omvangrijk takenpakket. En hij blijft onafhankelijk opereren om de fiscale en niet-fiscale ontvangsten van de gemeenten te innen.”
D.K. [{ssquf}]
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier