Sterke code-Lippens

Met Sir Cadbury, de eerste schrijver van een gedragscode voor deugdelijk bestuur, had ik telefonisch contact. En ik sprak ook met Morris Tabaksblatt. Onze commissie was een zeer goed team, met Lutgart Van den Berghe op kop,” getuigt Maurice Lippens.

“België was een van de laatste landen die nog geen code hadden. Het nadeel was dat de lat zeer hoog lag. Een voordeel was dat wij de overige codes konden bestuderen en zo ontdekten wij dat een van de beste handvesten het Zwitserse was. Zwitserland is geïnspireerd door de Britse combined code en is naar België gebogen door meer aandacht te besteden aan de schaal van de Belgische ondernemingen. Bijvoorbeeld, in Nederland en Groot-Brittannië zegt men: ‘In een auditcomité mogen alleen onafhankelijke bestuurders zetelen.’ In België is 75 % van de beursgenoteerde ondernemingen in handen van families of van referentieaandeelhouders. Als je ze geen rol geeft in het auditcomité, dan blokkeert het redelijke overleg. In Nederland en Groot-Brittannië ontbreekt de grote betrokkenheid van de stichtende families, iets wat bij ons evident blijft.”

“In ons comité waren er geregeld spanningen, bijvoorbeeld over de situatie van de chief executive officer of het auditcomité. ‘Dat controleorgaan ging te ver,’ en patati patata. Ik zei: ‘Mensen, wij zijn hier niet om een bepaalde onderneming te verdedigen, maar om een code te schrijven. Als dat je niet bevalt, laat dan je zetel aan iemand anders.’ Ik hoorde in Engeland dat zij hun code gaan aanpassen op basis van wat wij schreven. Lutgart en ik hadden geen SN Brussels nodig, wij zweefden over het water terug naar Brussel.”

“De kritiek dat in de code-Lippens de rol van de voorzitter onvolkomen is aangestipt, begrijp ik niet,” zegt Maurice Lippens. “In onze code heeft de voorzitter een belangrijke verantwoordelijkheid, dat is de rode draad. Ik ben zelf voorzitter en zie hoe gewichtig die rol is. Kijk naar Patrick Steverlynck bij Picanol. Waar was de voorzitter tijdens de schandalen bij Enron en WorldCom?”

“Een onafhankelijke bestuurder is moeilijk te vinden. Je hebt de wet, maar iemands karakter en ruggengraat zijn essentieel, en de voorzitter moet daarop streng selecteren. De vier recente bestuurders van Fortis zijn geen vrienden van mij. En ook in Compagnie du Zoute stelde ik geen familieleden aan. De onafhankelijke bestuurders moeten durven neen zeggen tegen hun voorzitter.”

“De discussie over de topwedden is puur politiek. Een wedde interesseert niemand, behalve de CEO en de raad van bestuur. Bovendien maakt de hele discussie het leven extra moeilijk van de kleinere bedrijven en de familieondernemingen. Picanol heeft veel verbrod op dat vlak. In onze code hebben wij het over de vergoedingspolitiek: wat is het optieplan van de CEO enzovoort? Patrik Vankrunkelsven gaat die discussie onvoldoende aan.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content