SPAREN ZONDER SLAKKENGANG

Ilse De Witte
Ilse De Witte Redacteur bij Trends

Door de lage rente moeten we langer sparen om onze doelen te bereiken. Zijn er sluiproutes om sneller op de eindbestemming te geraken?

De gemiddelde Belg verdiende in 2013 ongeveer 3300 euro bruto, volgens de jongste cijfers van de federale overheidsdienst Economie. Afhankelijk van uw gezinssituatie blijft daar netto ongeveer 2000 euro van over. Volgens de Nationale Bank sparen we ongeveer 12 procent van ons beschikbare inkomen. Dat betekent dat de gemiddelde Belg elke maand 240 euro naar zijn spaarrekening kan overschrijven. Voor een koppel tweeverdieners komt dat neer op 480 euro.

Sparen voor een huis

Volgens John Romain, de oprichter van de advieskantoren Immotheker en Finotheker, is een inbreng van 25 procent eigen middelen “bijna een vereiste” om goede voorwaarden te krijgen bij een hypothecaire lening. Dat betekent dat u voor de aankoop van vastgoed met een prijskaartje van 250.000 euro over minstens 62.500 euro moet beschikken.

Door die vereiste stijgt de leeftijd waarop mensen een woning kunnen kopen, stelt Romain vast. “Veel hangt ook af van de levensstijl. Een of twee wagens, enkele gsm’s en minstens één computer met een internetverbinding hebben, en één keer per jaar met vakantie gaan, maar eigenlijk liever twee keer: het is allemaal standaard bij de meeste Belgische gezinnen.”

Het is een slecht idee als een koppel zijn laatste spaarcenten aan een grote aankoop spendeert, waarschuwt Romain. “Het is belangrijk dat mensen een gezonde financiële buffer van drie tot zes maanden nettoloon overhouden, zodat ze geen dure persoonlijke lening moeten afsluiten als ze een tegenvaller hebben. De intresten op een persoonlijke lening of op een rekening die in het rood gaat, zijn veel hoger dan die op een woonkrediet.”

Jonge mensen sparen veelal om een huis te kopen. Maar er zijn veel andere doelen mogelijk. Oudere mensen willen hun kinderen een financiële duw in de rug geven. Of ze denken aan hun oude dag. Een kamer in een rusthuis kost al snel 1500 euro per maand, terwijl het gemiddelde pensioen nauwelijks meer dan 1000 euro bedraagt. Om het verschil van 500 euro per maand tien jaar lang bij te passen, is 60.000 euro nodig.

Tien tot twintig jaar sparen

Om 60.000 euro met een spaarboekje te vergaren, moet u tegen de huidige rentevoeten elke maand 250 euro opzijzetten gedurende minstens 17,5 jaar. Dat lukt ook als u met z’n tweeën 9,5 jaar lang maandelijks 500 euro stort. In die berekening zijn we ervan uitgegaan dat u een jaarlijks rendement van 1,6 procent haalt en onmiddellijk alle intresten herinvesteert die u ontvangt. Die rente van 1,6 procent krijgt u met ING Tempo Sparen, een spaarboekje waarvan de maximale maandelijkse storting is geplafonneerd op 500 euro. De vergoeding bestaat uit 0,4 procent basisrente en 1,2 procent getrouwheidspremie. Maar die spaarrekening is enkel interessant voor wie 100 procent zeker weet dat hij vele jaren regelmatig kleine sommen kan sparen (zie kader Sparen met een iets hogere rente).

Wie zijn geld plaatst op een klassiek spaarboekje bij KBC, CBC, Crelan, bpost bank, VDK of Nagelmackers, die de laagste vergoedingen op de markt aanbieden, moet tien jaar lang elke maand 500 euro overschrijven om 60.000 euro bij elkaar te sprokkelen. Ook de marktleider BNP Paribas Fortis en zijn dochter Fintro verlagen vanaf 1 februari de basisrente op hun klassieke spaarboekjes tot 0,05 procent en 0,1 procent getrouwheidspremie. Het voordeel van die klassieke spaarrekeningen is dat er geen maximum staat op het bedrag dat u elke maand mag overschrijven. Een dertiende maand of nieuwjaarscenten kunnen uw spaarvarken af en toe een boost geven, zodat uw doel sneller in zicht komt.

Het effect van de rente op rente speelt vooral bij hogere rentevoeten. John Romain hanteert een vuistregel om het effect van een hogere rente te illustreren. “Als je het getal 72 deelt door de rente, weet je hoelang het duurt om je inleg te verdubbelen. Bij een rente van 1 procent duurt het 72 jaar. Bij een rente van 4 procent duurt het 18 jaar” (zie Zo lang duurt het om uw inleg te verdubbelen).

Sommige mensen vinden het niet meer de moeite de intrestvoeten te vergelijken, nu die zo laag zijn. Dat is niet verstandig. Het verschil tussen 1,6 en 0,15 procent rendement maakt dat u in een tempo van 500 euro per maand 2,5 jaar minder hoeft te sparen om uw doel van 60.000 euro te bereiken.

Sparen voor een auto

Volgens Romain is het belangrijk doelen voorop te stellen. “Als je weet dat je binnen vijf jaar een nieuwe auto nodig hebt, moet je je spaargeld niet in risicovolle activa als aandelen stoppen”, zegt hij. Stel dat u 15.000 euro nodig hebt voor de aankoop van een nieuwe wagen. U kunt dat bedrag sparen door gedurende vijf jaar elke maand 250 euro op een spaarrekening te zetten. Met de hoogste spaarrente steekt u nog 550 euro extra op zak.

We gaan er daarbij van uit dat de banken hun spaarrente op het huidige niveau houden. In werkelijkheid is de kans groot dat de banken hun rentetarieven nog verder verlagen. Het absolute minimum voor spaarboekjes heeft minister van Financiën Johan Van Overtveldt (N-VA) vastgelegd op 0,01 procent basisrente en 0,1 procent getrouwheidspremie. Als u al een spaarpot hebt, kunt u daarvoor een nettorente van 1,5 tot 2 procent vastklikken voor de komende vijf jaar. Twee banken met een Maltese licentie – de vrij onbekende Nemea Bank (2,56 % netto) en Izola Bank (2,01 %) van Van Marcke Group – bieden meer dan 2 procent netto. Van de banken die onder de Belgische depositogarantie vallen, is MeDirect (1,46 %) de hoogste bieder.

Voor doelen op korte termijn zijn er weinig alternatieven. “Om in aandelen of beleggingsfondsen te beleggen moet je horizon op zijn minst langer zijn dan 15 jaar, om de risico’s uit te vlakken”, vindt Romain. “Het recente verleden leert dat wie op het hoogtepunt instapte in Amerikaanse of Belgische aandelen, vijftien jaar heeft moeten wachten tot hij zijn investering terug had. Die cycli van om en bij vijftien jaar zien we bijvoorbeeld ook in de historische data van de Amerikaanse S&P500. ”

VIER SLUIPWEGEN VOOR SPAARDERS

De roerende voorheffing op intresten bedraagt in de regel 27 procent. De intresten van het spaarboekje zijn tot 1880 euro per persoon vrijgesteld van belastingen. Boven dat plafond betaalt u 15 procent roerende voorheffing op de intresten. Op een klassieke spaarrekening van BNP Paribas Fortis moet al meer dan 1,25 miljoen euro staan vooraleer de intresten boven het plafond 1880 euro per persoon uitstijgen.

Die belastingvrijstelling is een van de drie grote troeven van het spaarboekje. De andere twee troeven zijn de onmiddellijke opvraagbaarheid van het geld en de depositogarantie tot 100.000 euro per persoon en per bank. Die bescherming geldt ook voor termijnrekeningen, tak21-levensverzekeringen en spaarrekeningen met één rente. Alle andere producten houden meer risico in. Er zijn geen wondermiddelen. We geven vier spaar- en beleggingsideeën, waarmee u iets sneller op uw bestemming kunt raken als u regelmatig spaart.

1. Spaarrekeningen met één rente

Op de intresten van een spaarrekening met één rente betaalt u altijd 27 procent roerende voorheffing. Toch kunnen die zogenoemde niet-gereglementeerde spaarrekeningen concurreren met de gereglementeerde spaarrekeningen. MeDirect biedt de hoogste rente op zijn ME3-spaarrekening (1,2 % netto vanaf 24 februari), maar het kapitaal is niet onmiddellijk beschikbaar. Als u geld van de rekening wilt halen, moet u een vooropzegging van drie maanden in acht nemen. Een voordeel van de ME3-rekening is dat de rente elke drie maanden wordt gestort en vanaf dan rente opbrengt. Die driemaandelijkse storting van de rente maakt een verschil van 70,95 euro in vijf jaar tijd, als u 250 euro per maand spaart tegen een nettorente van 1,2 procent.

De timing van uw stortingen of afhalingen maakt in zo’n geval minder verschil. Wie bijvoorbeeld begin januari 2016 een storting doet op een gewoon spaarboekje, krijgt pas voor het eerst rente op 1 januari 2017. De eerste getrouwheidspremie staat op 1 april 2017 op de rekening. Wie zijn geld in december 2017 opnieuw van de spaarrekening haalt, heeft geen recht op een premie. Om die reden is een basisrente van 0,2 procent en een getrouwheidspremie van 1 procent (0,2 % + 1 %) niet gelijk aan een nettorente van 1,2 procent op een niet-gereglementeerde spaarrekening.

2. Tak21-levensverzekeringen

Een levensverzekering met een gewaarborgd rendement – en de kans op een winstbonus – komt pas in zicht als u uw eerste inleg acht jaar en een dag kunt missen. U draagt dan geen roerende voorheffing af. U betaalt wel 2 procent belasting op elke premie die u stort. De looptijd van het contract start met de eerste storting. Bijstortingen hoeven dus geen acht jaar op de rekening te blijven staan.

De gewaarborgde rente op die spaarproducten is erg laag: 1 à 1,3 procent bruto, als de rente voor minstens acht jaar gegarandeerd is. U moet daar nog relatief hoge kosten aftrekken. De winstbonus kan het rendement wat opkrikken. Marktleider AG Insurance maakte onlangs een brutorendement van 2,65 procent bekend voor zijn belangrijkste producten, tegenover nog 3,6 procent in 2009. Niet alle verzekeraars betalen evenveel winstbonus. De winstbonus kan in slechte jaren helemaal wegvallen.

3. Fondsen en fondsenspaarplannen

Als uw horizon lang genoeg is, kunt u ook een deel van uw maandelijkse stortingen investeren in beleggingsfondsen. De instapdrempel bij fondsenspaarplannen, waarin u regelmatig en automatisch geld stort, ligt bij de meeste banken op 25 euro. Het voordeligste plan is dat van Keytrade Bank, omdat er geen in- en uitstapkosten worden aangerekend als u het vijf jaar aanhoudt. U betaalt wel dezelfde belastingen als andere fondsenbeleggers, afhankelijk van het type fonds.

Simulaties op de website van de internetbank tonen aan dat u de voorbije vijf jaar sneller uw doelen bereikte met een fondsenspaarplan dan met een spaarboekje, dankzij de sterke beursjaren en de stijgende obligatiekoersen. Maar dat kan de komende vijf jaar anders zijn. In een fondsenspaarplan stort u het beste geld dat u de komende tien tot twintig jaar wilt laten staan. “Het is geen vervanging van een spaarboekje”, zegt Geert Van Herck, de hoofdstrateeg van Keytrade Bank. “Maar het is wel een bijna noodzakelijke aanvulling. Op lange termijn levert een gespreide belegging in fondsen de beste return op.”

U kunt met 100 euro per maand ook rechtstreeks in beleggingsfondsen stappen. Er zijn een aantal banken die geen instapkosten aanrekenen, zoals Rabobank.be, MeDirect en Deutsche Bank, tenzij de vermogensbeheerder dat verbiedt. Bij Deutsche Bank betaalt u wel een jaarlijks bewaarloon van 8 euro per fonds.

Ook als u op eigen houtje wilt investeren in fondsen, is het een goed idee met maandelijkse of op zijn minst met regelmatige stortingen te werken. “Zo koopt u deelbewijzen van de fondsen als ze goedkoop en als ze duur noteren”, zegt Marc Leyder, directeur beleggingsadvies bij Van Lanschot Bankiers. Zowel voor de selectie van de fondsen in de spaarplannen als voor een rechtstreekse belegging in fondsen moet u uw huiswerk maken. Leyder raadt op dit moment af in geldmarkt- of obligatiefondsen te investeren. “Die moeten hun portefeuille waarderen tegen marktprijzen. Dat betekent dat de deelbewijzen van die fondsen minder waard dreigen te worden als de rente stijgt. Dan is het wellicht een beter idee gemengde fondsen te kopen, die zowel investeren in aandelen als in obligaties. Wie veel risico aankan en een lange horizon heeft, kan voor aandelenfondsen gaan.”

Op de website van dataleveranciers als Morningstar kunt u het trackrecord van fondsen vergelijken en elke maand controleren of de beheerders beter of slechter presteren dan de markt.

4. Coöperatieve aandelen

Coöperatieve aandelen hebben een slechte naam gekregen door het Arco-debacle (Dexia) en Groenkracht (Electrawinds), maar sommige coöperatieve vennootschappen bieden nog altijd aantrekkelijke dividenden. Bovendien zijn die tot 190 euro per jaar vrijgesteld van roerende voorheffing.

Er is geen garantie dat u uw geld terugkrijgt als u aandelen koopt, en dat geldt ook voor coöperatieve aandelen. Het komt erop aan dat u weet waarin u investeert. Er is een verschil in risico tussen coöperatieven die bijna al hun middelen in één bank of in één windmolen stoppen, en coöperatieven die microkredieten verschaffen in verschillende werelddelen.

Bij de verstrekkers van microkredieten Alterfin en Incofin krijgt u een belastingvermindering van 5 procent als u tussen 380 en 6400 euro investeert en uw aandelen minstens vijf jaar bijhoudt. De maximale belastingvermindering bedraagt 320 euro voor het inkomstenjaar 2016. Alterfin en Incofin keerden 1,5 en 2,5 procent dividend uit over het boekjaar 2014.

ILSE DE WITTE

Als u spaart voor een grote aankoop, vergeet dan niet dat die vaak duurder wordt terwijl u spaart.

“Om in aandelen of beleggingsfondsen te beleggen moet je horizon op zijn minst langer zijn dan 15 jaar” – John Romain, Finotheker

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content