Sociale partners reageren lauw op Verhofstadt II
De eerste reacties op het federale regeerakkoord van Verhofstadt II klonken ronduit lauw tot uitgesproken kritisch. De beloofde lastenverlaging van 800 miljoen euro verzinkt niet alleen in het niets ten opzichte van de 4 miljard extra die de regering aan de gezondheidszorg wil spenderen, ze is ook ruim onvoldoende om de concurrentiekracht van de Belgische ondernemingen van nieuwe zuurstof te voorzien.
Duidelijker dan ooit liet Guy Verhofstadt in zijn regeringsverklaring van maandag 14 juli verstaan dat het niet goed gaat met de economie. De premier riep aan de bedrijfsleiders in het bijzonder op om “zich niet op te sluiten in fatalisme”. VBO-voorzitter Luc Vansteenkiste zegde “ontgoocheld maar realistisch” te zijn. Eerder liet gedelegeerd bestuurder Tony Vandeputte horen dat hij tevergeefs had gewacht op een krachtig signaal van de regering. Ook de werkgeversorganisatie Agoria heeft vragen bij het regeerakkoord, terwijl de ondernemersunie Unizo het vage karakter van dat akkoord hekelde. Het meest kritisch klonken het Vlaams Economisch Verbond en de Vlaamse kamers van koophandel. “De rol van de ondernemingen in de creatie van welvaart wordt volledig miskend,” luidt hun analyse.
Verhofstadt II stond nog maar net in de steigers of tijdens de eerste ministerraad van zaterdag 12 juli werd al beslist tot een verhoging van de energieheffing op het elektriciteitsverbruik en de aardolieproducten. Die maatregel komt bovenop de eerder aangekondigde verhoging van de accijnzen op benzine en diesel. Tegelijk werden belastingverlagingen voor 400 miljoen euro aangekondigd.
De regering motiveert een en ander in het streven naar het behalen van de Kyoto-milieudoelstellingen. De oppositie vindt dat het om een “platte belastingverhoging” gaat.
De nieuwe regering zet intussen haar zoektocht naar middelen onversaagd voort: op dinsdag 15 juli raakte bekend dat de taks op de inventariswaarde van Belgische beleggingsfondsen verdrievoudigt tot 0,18 %. Al liet federaal minister van Financiën Didier Reynders ( MR) op vrijdag 18 juli weten dat die discussie nog niet is afgesloten.
Het wantrouwen tegenover de bedrijven staat haaks op de dringende vraag aan dezelfde bedrijven om toch maar snel meer jobs te creëren. (…) De doelgroep van de lage lonen heeft voor de industrie niet veel belang meer. Tachtig procent van de industrie zal daar niet van profiteren. En het is fantastisch om de job van de assistent van de baas goedkoop te maken. Maar als er geen baas meer is, is er ook geen behoefte aan een assistent.
(VBO-voorzitter Luc Vansteenkiste belooft constructief mee te werken aan jobcreatie, maar heeft toch enkele bedenkingen, in De Financieel-Economische Tijd)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier