“Slechte kredieten zijn als het ebolavirus”

De huidige kredietcrisis is even gevaarlijk als het ebolavirus en Amerikaanse patenten zijn kernbommen. Zakenbankier Tom Dechaene, kenner van het Angelsaksische flitskapitaal, houdt er een eigenzinnige kijk op na.

Tom Dechaene (47) doet bij u wellicht geen belletje rinkelen. Tenzij u zijn postbode bent. “Jawel, ik heb al eens brieven gekregen voor Tom Dehaene,” grijnst de Oost-Vlaming. “Zelfs ooit een cheque. Ik heb die toen prompt geretourneerd.”

Hij is niet bevriend met de zoon van Jean-Luc Dehaene, maar kent de Belgische ex-premier wel persoonlijk. Zij hadden samen zitting in de raad van bestuur van Telindus. Dechaene werd er benoemd op voordracht van Luc Hanssens (ex-koppensneller bij Egon Zehnder), die toen in het aandeelhouderssyndicaat zat. Meteen stelde hij als onafhankelijk bestuurder voor een defense manual op te stellen tegen mogelijke vijandige raiders. Toeval of niet, een paar dagen later stond Belgacomtopman Didier Bellens aan de deur met een overnamebod.

Als zakenbankier ‘pur sang’ blijft hij discreet over de grote nervositeit die dat bod toen bij de familie Cordier teweegbracht. “Telindus wist dat het kwetsbaar was. Uiteindelijk zijn we tot een vergelijk gekomen. De raad van bestuur gaf een positief advies.” Maar hij verbergt niet dat de adrenaline van de operatie hem een kick gaf. Ze riep herinneringen op aan de dossiers die hij bij zakenbank Morgan Grenfell in Londen had begeleid: de verdediging van Continental tegen het bod van Pirelli (dat uiteindelijk werd afgeblokt); van Mannesmann, dat avances kreeg van Vodafone (en er slechts tegen een zeer hoge prijs op inging); de voorbereiding van een vijandig bod door Krupp op Thyssen Stahl (wat resulteerde in een ‘gedwongen huwelijk’).

Umberto Eco parafraserend, zegt hij: “Gelukkig zijn er nog vijandige overnames. Die zijn even opwindend als de belegering van een Italiaanse stad in de middeleeuwen.” Na tien jaar corporate banking bij Morgan Grenfell stapte hij in 1998 over naar de wereld van het durfkapitaal, bij de Londense afdeling van Deutsche Bank. Hij kreeg er de leiding over een ploeg van acht specialisten die in twee jaar tijd een 25-tal deals realiseerde, goed voor meer dan 100 miljoen dollar.

Eén van die participaties, het Amerikaanse bedrijf Color Kinetics, actief in led-verlichting, werd eind vorige maand verkocht aan Philips voor 592 miljoen euro. “Tien keer zoveel als wij ervoor betaalden.” Het bewijs dat patenten – zelfs als ze niet in commerciële producten worden omgezet – goud waard zijn.

Vandaag pendelt Tom Dechaene op deeltijdse basis als adviseur, investment banker of zakenbankier heen en weer tussen Londen, de VS en Duitsland. Hij combineert dat met twee bestuursmandaten in publieke bedrijven. Eén in het op de Nasdaq genoteerde Antigenics, dat een vaccin tegen kanker ontwikkelt en onder meer samenwerkt met de Belgische afdeling van Glaxo Smithkline Beecham. Een ander in het Poperingse Transics, dat dit voorjaar zijn debuut op de beurs maakte.

TOM DECHAENE. “Zij intrigeert me. Het is eigenlijk de eerste grote crisis sinds het fenomeen van de securitisation ( nvdr – een proces waarbij tegoeden van een bank buiten balans worden gefinancierd). En het bizarre is dat als je naar de beurs kijkt, alles goed lijkt met de economie. Er is geen vuiltje aan de lucht. Maar specialisten breekt het angstzweet uit als ze de rente voor leningen tussen de banken zien stijgen. Geen enkele bank leent nog met volle goesting geld aan een ander. In het begin van de jaren 2000, toen de beurs in elkaar zakte, heeft toenmalig Fed-voorzitter Alan Greenspan de intrestvoeten in de VS verlaagd tot een niveau dat belette dat de beurs voort zou ontsporen en dat de koopkracht zou dalen. Daar ligt de kern van het probleem. Het gevolg was dat lenen zo goedkoop werd dat gezinnen, bedrijven en ook private-equityfondsen geleend hebben tegen de sterren op. Vroeger, als je wou lenen was het gemakkelijk om te achterhalen waar dat geld vandaan kwam. Nu, door de herverpakking van kredieten, is dat niet meer zo.”

Hoe ver kan de kredietkrapte nog uitdeinen?

DECHAENE. “Die herverpakking van hypotheekkredieten en private-equitydeals in de VS eindigt voor een groot stuk in Europa. Naar schatting zit hier zo’n 30 % van de asset-backed commercial paper ( nvdr – leningen die door activa worden gewaarborgd) en vaak bij banken die de risico’s niet goed kunnen inschatten. In Londen spreken financiële jongens van ‘the great German turkey shoot’. De Duitse kredietmarkt is verziekt door lokale Landesbanken of spaarkassen die quasi geen winst maken en nog steeds in overheidshanden zijn. Een aantal van die banken – maar niemand weet precies welke en in welke mate – hebben verwoed hun toevlucht gezocht tot asset-backed commercial paper. De onderliggende activa van die kredieten zijn echter langdurige activa – hypotheekleningen – die om de één tot drie maanden geherfinancierd moeten worden. Omdat er nu twijfel rijst over de waarde van die activa, wordt dit een aartsmoeilijke klus. En alle banken zijn bang omdat niemand weet waar de verliezen precies zitten.”

Ziet u banken over kop gaan?

DECHAENE. “Slechte kredieten zijn zoals het ebolavirus in Afrika in tijden van de jet-flight. Een uiterst zeldzame, maar potentieel dodelijke ziekte. Statistisch is de kans erg gering dat je het virus opdoet, maar als hij uitbreekt weet je niet waar de epidemie 24 uur later kan eindigen. Dus iedereen heeft er schrik van. Het zou kunnen dat die kredietschaarste nu leidt tot een golf van overnames in de banksector in Duitsland. Maar dit wordt al tien jaar voorspeld.”

Dreigt dit de geldkraan naar het bedrijfsleven dicht te draaien?

DECHAENE. “De banken zijn extra risicoavert geworden. Ze zitten op de cash en willen die niet uitlenen. Maar de meeste beursgenoteerde bedrijven hebben behoorlijk sterke balansen. De ECB en de Bank of England zullen voort kredietlijnen blijven verschaffen aan banken om die credit crunch op te lossen. Ik heb eigenlijk meer schrik dat er een halt komt aan die jarenlange stijging van vastgoedprijzen in de VS waar de Amerikanen het grootste deel van hun consumptie mee gefinancierd hebben. Bij Amerikaanse gezinnen is het gebruik van equity release loans wijd verspreid, waarbij je een huis dat meer waard is geworden gaat herfinancieren en een stuk van die meerwaarde op zak steekt. De gemiddelde Amerikaanse consument gaf daardoor meer uit dan hij verdient. Hij ontspaarde dus. Dat kon alleen maar omdat de vastgoedprijzen bleven stijgen. Het zit er dus dik in dat hij zijn consumptiepatroon drastisch zal moeten aanpassen en dat zal de hele wereld voelen.”

Zijn er specifieke verschillen in de manier waarop een Amerikaans of een Europees technologiebedrijf wordt gefinancierd? U hebt voeling met beide.

DECHAENE. “Ja, de kloof is nog steeds groot. In de VS kopen financiële investeerders aandelen die preferent en converteerbaar zijn. Bij de verkoop of beursgang van het bedrijf worden die meestal automatisch omgezet in gewone aandelen. Maar daarvoor zijn zij bevoorrechte aandeelhouders: wordt het bedrijf geliquideerd of aan een te lage prijs verkocht, dan zijn zij de eerste die hun geld krijgen uitbetaald. Dit laat durfkapitaalfondsen toe om te investeren in bedrijven waar het management relatief gezien de vrije teugels krijgt. Zij hebben geen vetorecht op elke kleine investering, maar presteert het bedrijf slecht, dan worden zij als eerste vergoed. Dat is nog vaak het probleem in Europa. We laten het management te weinig de vrije teugels en doen te veel aan micromanagement. Het Amerikaanse systeem laat dit wel toe, omdat de straf voor stichters, als ze het niet goed doen, draconisch is.”

Hoe fraudegevoelig zijn hightechbedrijven vandaag? Wat zijn voor u de rode signalen?

DECHAENE. “Pure technologiebedrijven in een vroeg stadium draaien nauwelijks omzet, ze ontwikkelen iets. En de grootste fraudeoorzaken hadden vooral met omzeterkenning te maken. In de VS is het systeem gebaseerd op regels; bij ons zijn eerder de principes van toepassing. En als je een rules-based systeem hebt, kan je iets doen dat legaal is maar toch manifest tegen de geest van de wet. En zo krijg je situaties zoals bij Enron. Na Sarbanes-Oxley schijnt de Angelsaksische financiële wereld nu toch iets meer opgeschoven te zijn naar de Europese continentale benadering. Al zal een land zoals de VS waar rechtszaken schering en inslag zijn, het altijd moeilijk blijven hebben met principes. Daar willen zij zwart op wit de zekerheid: ‘Can I be sued or not?'”

Lopen auditcomités nog steeds het risico dat zaken verborgen gehouden worden?

DECHAENE. “In principe kan je dat nooit uitsluiten. Maar één poortje is nu wel gesloten in de VS: bij Enron is nadien vastgesteld dat het auditcomité wel kennis had van bepaalde structuren, maar royaal moest toegeven dat het deze niet helemaal verstond. In de Sarbanes-Oxleywet zijn maatregelen genomen om te vermijden dat een auditcomité ooit nog dit excuus kan gebruiken: de categorie van de ‘financial expert’ werd gecreëerd. Naar goede Amerikaanse gewoonte staat heel gedetailleerd omschreven wat die experts allemaal moeten kunnen. Als gevolg hiervan zie je dat er twee verschillende types van onafhankelijke bestuurders in de VS ontstaan. Enerzijds de captains of industry die vijf tot zes board meetings per jaar bijwonen en vooral de strategie van het bedrijf onder de loep nemen. Anderzijds worden alle andere taken, zoals het financiële toezicht, gedelegeerd naar het auditcomité. Daar krijg je een enorme explosie van werk en hiervoor worden dan ook andere soorten specialisten aangezocht: financiële experts of bijvoorbeeld CFO’s. Die laatste zijn erg gegeerd in Amerikaanse boards.”

Ook de rol van de commissaris/revisor blijft ter discussie staan. Kijken we maar naar de rechtszaak L&H en de rol van KPMG daarin.

DECHAENE. “Een auditor spendeert zoveel tijd in een bedrijf dat normaal gezien, als er fraude gebeurt, hij de aanwijzingen daarvoor moet vinden. Is dat niet het geval, dan betwijfel ik of een auditcomité in staat zal zijn om malafide praktijken bloot te leggen.”

U vindt dat het belang van patenten niet naar waarde wordt geschat in Europa.

DECHAENE. ( lacht) “Hoewel ik zelf maar een jurist-economist ben, heb ik als mede-uitvinder een patent op mijn naam staan in de technologiebranche. Voor mij zijn patenten een noodzakelijk kwaad, en misschien nog veel erger dan dat. Het is een mooi principe dat mensen vergoed worden voor hun uitvindingen, maar patenten hebben ook iets van nucleaire bommen. Als de tegenpartij er bezit, moet je ze ook hebben. En als één speler in jouw markt begint met patenten, dan zet dit een eindeloze domino in beweging. Er worden in de VS enorme bedragen geïnvesteerd in soms zeer frivole patenten. En de enige bedoeling is om over munitie te beschikken als je ooit met andere spelers aan tafel zit. Dit creëert echter een economie met twee snelheden. Namelijk grote bedrijven die over uitstekende juridische diensten beschikken om de patenten te registreren en kleinere spelers die daar niet tegen op kunnen. Als je ziet welke bedragen er in de VS elk jaar opnieuw aan patent litigation worden gespendeerd, dan betwijfel ik of dat allemaal nog zijn economisch nut heeft. Niet alleen producten, maar ook patenten zijn echte winstmakers geworden. Je hebt bedrijven die uitsluitend daarvan leven.”

Welk patent bezit u?

DECHAENE. “Dit patent staat op mijn naam en die van twee andere uitvinders. Het gaat over de combinatie van breedband met een universele grafische user interface voor mobiele telefoons, computerschermen, televisies en andere dragers.”

Bent u van plan om dit patent ooit te commercialiseren?

DECHAENE. ( onverstoorbaar) “Neen. De bedoeling is om na te kijken wie dat patent overtreedt en dan eens aan de deur te kloppen.”

U past dus zelf de praktijken toe die u bekritiseert?

DECHAENE. “De gewoonten in de VS zijn nu eenmaal wat ze zijn. Het is dagdagelijkse en normale praktijk om zoiets te doen. Ik heb als investeringsbankier ook veel dingen gedaan die misschien niet zo mooi waren om zien, maar die standaardpraktijk waren in de markt. Patenten zijn een manier om inkomsten te genereren. En de bedrijven die ik wil vervolgen – zo heb ik een heel grote speler uit de ICT-branche op het oog – zouden er geen twee minuten over nadenken om hetzelfde te doen met mij.”

U stond nooit zelf aan het roer van een technologie- of groeibedrijf. Faalangst?

DECHAENE. “Een CEO of manager heeft meer aandacht voor detail. Het is zoals een sprinter en een marathonloper. Een zakenbankier is beter voor de korte afstand; hij begint een deal en kan die niet vlug genoeg afgerond zien. Daarna loopt hij al naar de volgende deal of hij probeert er een aantal tegelijk te doen, maar vraag hem alstublieft niet achteraf in de details betrokken te zijn. Dit zijn korte bursts of energy. Een CEO gaat naar bed en staat op met zijn bedrijf. Dit vergt een heel andere uithouding en aandachtspanning.”

CEO’s worden vaak geconfronteerd met piepjonge whizzkids die cruciale financiële operaties tot een goed einde moeten brengen.

DECHAENE. “Om zoveel mogelijk deals te doen, probeer je als senior zoveel mogelijk te delegeren aan juniors. Cruciaal is echter de man of vrouw die het team effectief zal leiden. Toen we bij Telindus de zakenbank moesten selecteren die ons zou adviseren bij het overnamebod van Belgacom, belde een goede vriend van mij, de vicevoorzitter van een bank uit Londen, me op met de vraag: ‘Kan je me een tip geven wie we moeten sturen?’. Ik antwoordde hem: ‘Don’t send any chairmen.’ Omdat we die man na de schoonheidswedstrijd toch niet meer zouden weerzien. Vergeet ook niet, als je iemand krijgt van Goldman Sachs en hij is 25 jaar, dan is dat de crème de la crème. Die junior heeft al ontzettend veel gelijkaardige zaken afgehandeld voor zijn leeftijd en heeft dus waarschijnlijk meer ervaring dan veel CEO’s of CFO’s in dezelfde materie. Ik geef toe, het klinkt als een cultuurschok. In continentaal Europa en vooral Latijns-Europa hechten we nog erg veel belang aan grijs haar en diploma’s.”

Met als gevolg dat die whizzkids ook vrij snel opbranden.

DECHAENE. “Dat klopt. ( filosofisch) Een investeringsbankier die 35 jaar is, wordt verondersteld een groepje medewerkers te hebben die dag en nacht voor hem werken en die door hem worden gemotiveerd met de troostende gedachte: your day will come too.”

Piet Depuydt

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content