Het internet van de dingen staat vandaag waar het internet van de mensen stond in 1994. Met geld van Saffelberg en de familie Cordier wil AllThingsTalk vanuit het Gentse Co-Station de draaischijf worden van die nieuwe wereld.
Timing is cruciaal in technologie. Dat weet CEO Tom Casaer (50) van AllThingsTalk al sinds zijn kandidaatsproefwerk over satellieten in een lage baan. Eind jaren negentig was hij te vroeg met een van de eerste Belgische clouddiensten, Intellimus. Pas bij Microsoft kwam het succes. Casaer hielp er een miljardenbusiness in cloudproducten te bouwen. In 2012 werd hij internationaal verkoopdirecteur bij de Finse cloudmarktplaats Nervogrid, die in 2014 aan de ICT-distributiegigant ALSO werd verkocht.
De opbrengst van zijn aandelen stopte hij deels in AllThingsTalk, een onlineplatform voor diensten die apparaten vanop afstand monitoren en besturen, het internet of things (IoT). AllThingsTalk wil het scheppen van die IoT-diensten vereenvoudigen tot een paar muiskliks. De belofte is toepassingen “in uren uit te rollen, niet in dagen”.
Een markt voor Makers
“Oorspronkelijk zouden we consumenten helpen hun slimme huis vanuit één interface te beheren. Een prima visie, maar te vroeg. Dus focusten we op de Maker-community”, vertelt Casaer, verwijzend naar het boek Makers van Chris Anderson. Makers profiteren van de drempelverlaging in de cloud en de huureconomie om snel en met weinig investeringen te groeien. AllThingsTalk is een voorbeeld. “Wij hebben niet één server in huis. Alles draait in de cloud.”
Via zijn webshop en een community op GitHub biedt AllThingsTalk zijn klanten kant-en-klare ontwikkelingskits met sensors en connectiviteit. “We verkleinen de kenniskloof. Zo kunnen projecten sneller starten”, zegt Casaer. AllThingsTalk koppelt in enkele kliks de sensoren en hun microcontrollers aan een IoT-netwerk, beheert de gebruikersrechten, ontvangt de notificaties van events en visualiseert in real time de data die uit de sensoren komen.
AllThingsTalk mikt op ondernemende techneuten. “De innovatiedirecteur van de aannemer BAM kocht een kit. Nu is BAM een klant. Hetzelfde met de innovatiemanager van Nestlé en de technisch directeur van het Franse toegangscontrolebedrijf Automatic Systems. In Zaventem kunnen slagbomen via AllThingsTalk worden bediend. We hebben al ontwikkelaars in 1400 steden en 212 landen. Minimax, de Duitse wereldleider in sprinklersystemen met 150.000 industriële klanten, zal zijn installaties uitbreiden met een sensorpakket en een AllThingsTalk-cloud om de wekelijkse testen efficiënter te doen verlopen. Hen mag ik noemen. Met vele andere klanten is er een geheimhoudingsovereenkomst”, schetst Casaer.
Soepele instap
Voor beginnende ontwikkelaars is het Maker-platform gratis. Voor grotere projecten is er een freemium-model met betalende boodschappen. Voor het echte werk is er de AllThingsTalk Cloud waarin bedrijven hun eigen Maker-versie kunnen huren of Maker in hun private cloud onderbrengen.
Operatoren met communicatienetwerken voor IoT, zoals Proximus, zijn interessante partners, vertelt Casaer. De Maker-gemeenschap kan voor trafiek zorgen op hun netwerken. Op hun beurt kan hun merkbekendheid en distributiekracht AllThingsTalk doen groeien. De trafiek kan aanzienlijk zijn. “Het testen van één industriële installatie kan 20 miljoen berichtjes per maand betekenen”, glundert Casaer.
De EnCo-divisie van Proximus betaalt de Gentenaren al voor een AllThingsTalk Cloud-omgeving onder het EnCo-label. Orange gaat voor de lancering van zijn Narrow Band IoT-netwerk scheep met AllThingsTalk. Projecten met andere operatoren komen eraan.
Om internationaal bereik te hebben sluit AllThingsTalk aan op de IoT-snelwegen van het Zwitserse Loriot, het Brits-Russische Everynet en het Franse Actility, dat de ruggengraat van het IoT-netwerk van onder meer Proximus vormt en ook KPN, Orange en Swisscom in zijn kapitaal heeft.
Het ThinkPark-platform van Actility is tegelijk een concurrent van AllThingsTalk. Het is niet de enige. MyDevices, een Californische spin-off van het Franse Claranova, verbrandde in zes maanden 2,4 miljoen euro, maar werd vorig jaar op 23 miljoen euro gewaardeerd. Het Britse Evrythng, gestart in 2011, trackt al honderden miljoenen consumentenitems. In maart had het 30 miljoen euro opgehaald.
2 miljoen vers geld
“Velen zijn geroepen, weinigen uitverkoren. Dit is een beginnende industrie”, weet Luc Osselaer, de bestuurder van Saffelberg Investments, het vehikel rond Jos Sluys (ex-Arinso).
Saffelberg, de familie Cordier, Peter Hinssen, Luc Dooms (ex-C-Cure), Philippe Jadoul (ex-Vialegis) en Luc Osselaer staken in november samen 2 miljoen in AllThingsTalk. Dat waardeerde de starter, die in zijn jongste boekjaar 430.000 euro verloor, op 5 miljoen. Osselaer: “AllThingsTalk sluit aan op onze investering in TangentWorks, dat machineleren en voorspellende analyses doet. Daarvoor zijn data nodig, die een platform als AllThingsTalk kan bieden.”
De contracten met Minimax en Orange trokken Saffelberg over de brug. De familie Cordier staat met haar Telindus-verleden dicht bij Proximus en was via haar consultant Crossroad (nu BDO Crossroad) ook al een implementatiepartner van AllThingsTalk.
Casaer: “Dit is een on-Belgisch verhaal. We bouwen technologie die we pas over twee-drie-vier jaar kunnen vermarkten. Het risico is groot, maar ook de kansen. Projecten als dat bij Minimax hebben een enorm potentieel. Maar de aanlooptijden zijn lang. Het is aan ons de volgende fase te bereiken.”
Keuzes maken
Tot voor de instap van Saffelberg en Cordier was AllThingsTalk vijf jaar doorgekomen met 1,2 miljoen kapitaal van de oprichters, het management en bekenden. Daaronder ook Stéphane Baudouin, een vroegere vicepresident voor machine-naar-machinecommunicatie van Orange.
Met het verse geld breidt AllThingsTalk zijn internationale verkoopkanaal uit en bouwt het een netwerk van partners uit die eigen producten ontwikkelen boven op het AllThingsTalk-platform. Nu zijn dat onder meer Ikanda, BDO Crossroad, Verhaert en Studio Dott. Een partner in de zorgsector, waar AllThingsTalk twee jaar meeliep in het Liato-proeftuinproject, wordt in de komende maanden bekendgemaakt.
“De mogelijkheden van het internet der dingen zijn oneindig. Wij moeten goed nadenken over wat we wel en niet doen. We zijn niet te laat in die markt. Maar we moeten klaarstaan als het versnelt. De cloud ging heel traag tot 2005-2006. Ineens is dat ontploft.” Na enkele keren te vroeg te zijn geweest, wil Casaer nu niet te laat komen.
Servisch ontwikkelingsteam
AllThingsTalk is in 2013 opgericht door Peter Leemans, een ingenieur in automatisering die in 2004 ook aan de start stond van het Belgische clouddienstenbedrijf ThinFactory. Zijn medeoprichter en het hoofd van het ontwikkelteam van AllThingsTalk is de Serviër Nikola Petkovic ook ex-ThinFactory, die in Belgrado een ploeg van negen mensen leidt. De commercieel en operationeel directeur is Stefaan Top, een veteraan van het vroege internet in België. Top was in de jaren 2000 de managing director van Artilium, de technologieleverancier achter MVNO’s zoals Mobile Vikings. Tom Casaer, de CEO van AllThingsTalk, was onafhankelijk bestuurder van Artilium en werd na de beursgang zelfs even CEO. “De wereld van financiering is mij niet onbekend”, bevestigt hij.
LoRa: IoT voor iedereen
De communicatieprotocols voor het internet of things-berichten zijn energiezuinig en werken met lage snelheid op verdragende frequenties. Er zijn weinig basisstations (zendontvangers) voor nodig. De hardware is spotgoedkoop. De populairste protocols zijn LoRa en Sigfox en sinds december in België ook Narrow Band IoT (NB-IoT) van Orange. AllThingsTalk kan met al die protocols werken. LoRa is open en werkt in een spectrum waarvoor geen vergunning nodig is. Daardoor kan al wie dat wil een LoRa-netwerk opzetten naast dat van Proximus. De KU Leuven heeft zo zijn eigen DingNet. Leuven Air, rond luchtkwaliteit, gebruikt The Things Network, een internationale ‘crowdsourced’ LoRa-community die vanuit Nederland is gestart en al bijna zestig toegangspunten heeft in België.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier