Schuifdeur

De klasse van de kleine monovolumes is behoorlijk populair. Alleen al aan het aantal verschillende modellen op de markt is dat te merken. In 2003 werden zes nieuwe modellen gelanceerd, in 2008 waren er tien op de markt en vandaag is het al kiezen uit een zestiental kleine MPV’s , kort voor Multi Purpose Vehicle of veelzijdige auto. De populairste in deze uitgebreide klas is de Opel Meriva, gevolgd door de C3 Picasso van Citroën, de Toyota Verso S en de ix20 van Hyundai. Allemaal behoorlijk goed verkopende modellen. Om een plaatsje in die galerie af te dwingen, moet je dan ook iets meer te bieden hebben.

Ford besliste dus al vroeg in de conceptfase van de B-Max om de klassieke achterdeur te vervangen door een schuifdeur. Op zich is dat niet nieuw (de Grand C-Max van hetzelfde merk heeft er ook eentje, net als de grote monovolumes van Peugeot en Citroën), maar hier zit er ook en vooral geen deurstijl meer tussen de voor- en achterstoelen. Met open deuren ontstaat zo een vrije opening van niet minder dan anderhalve meter. Het vergemakkelijkt in- en uitstappen, maar is ook een zegen voor wie een kinderstoeltje of andere spullen in de auto moet stoppen. Daarmee komt de B-Max tegemoet aan een grote groep van potentiële klanten, want dit type gezinswagen wordt intensief gebruikt voor de boodschappen en om de kinderen naar school te brengen.

We reden zowel met de diesel als met de benzineversie, en wisten heel snel wat we zouden kiezen. Voor wie minder dan 20.000 kilometer per jaar rijdt, is de 1.0 Ecoboost benzinemotor incontournable. Deze nieuwe en toch wel revolutionaire driecilinder, die we eerder al testten in de grotere Focus, is een pareltje in deze B-Max. Hij is zuinig (met juist rijgedrag makkelijk 5 liter), maar biedt tegelijk veel rijplezier en is krachtig genoeg om vlotjes mee te schuiven op de autoweg. Voorts zal Ford naast de welbekende 1.6 turbodiesel ook een kleinere 1.5 TDCi van 75 pk aanbieden. De enige missie van die krachtbron is een goedkopere dieselversie te kunnen aanbieden, want op alle terreinen, dus ook zuinigheid, doet hij minder goed dan de iets grotere 1.6 TDCi.

Tot slot een pluim voor de inrichting van het interieur. Zo is het mogelijk om niet alleen de achterbank maar ook de passagiersstoel vooraan neer te klappen op zo’n manier dat een perfect vlakke laadruimte ontstaat. Of, zoals een dame het zei toen Ford met de eerste versies van dit model een aantal consumenten liet blindtesten: “Nu kan ik alleen naar IKEA …”

Benzineversies: 1.4i van 90 pk (6 liter en 139 gr CO2), 1.6 van 105 pk (6,4 liter en 149 gr CO2), 1.0 Ecoboost van 100 pk (5,1 liter en 119 gr CO2) en 1.0 Ecoboost van 120 pk (4,9 liter en 114 gr CO2).

Prijzen vanaf 15.800 euro.

Dieselversies: 1,4 TDCi van 75 pk (4,1 liter en 109 gr CO2), 1.6 TDCi van 95 pk (4 liter en 104 gr CO2).

Prijzen vanaf 17.550 euro.

JO BOSSUYT