Schoon boek gemaakt

Eind deze maand wordt de Turnhoutse boekenproducent Proost verankerd in de Britse Bath Press Group. Een sprookjeshuwelijk tussen twee drukkersgroepen die op totaal verschillende markten actief zijn ? Of een moetje voor Proost, na het Salamander-debacle van eigenaar Jef Proost ?

Bath.

Het moet een eeuwigheid geleden zijn dat Bath, even ten zuiden van Bristol, nog eens op de voorpagina prijkte van een Britse kwaliteitskrant. De voorbije jaren hadden alleen de tabloids oog voor het pittoreske kuuroord in het groene graafschap Avon. Hun aandacht ging steevast uit naar Alexander Thynn, de zevende markies van Bath, die zijn 16de-eeuwse landgoed zou delen met niet minder dan 56 maîtresses.

De amoureuze avonturen van de adellijke schilder-schrijver hebben de voorbije dagen plaatsgeruimd voor meer economisch getint nieuws : de grootste werkgever van Bath de boekenproducent Bath Press Group plc neemt op 27 augustus de Turnhoutse NV Proost over van Jef Proost. Voor 343 miljoen frank kan het beursgenoteerde boekenbedrijf opnieuw een belangrijk hoofdstuk aan zijn toch al omvangrijke biografie breien.

DIANA.

Toen Sir Isaac Pitman, de uitvinder van de stenografie, in 1845 voor het eerst zijn Phonetic Journal drukte, kon hij onmogelijk vermoeden dat zijn onderneming in Lower Bristol Road zou uitgroeien tot één van Groot-Brittanniës gerenommeerdste producenten van academische, professionele en non fictie-boeken. Met klanten als Oxford University Press, Cambridge University Press, Tolley (accountantsboeken) en Wolfe Medical (medische boeken) werden vooral vanaf ’83 de persen aan het zweten gebracht. Toen weekten drie bestuurders onder wie de huidige CEO Roy Hill het bedrijf via een management buy-out los uit de Pitman Group. Het trio tilde het omzetcijfer op van 1,12 miljard frank in ’83 naar 1,68 miljard frank in ’95, goed voor 30 miljoen boeken of 10 % van de Britse markt.

Achter de groei schuilt een uitgekiende strategie. Zo zorgde een aantal binnenlandse acquisities ervoor dat de Bath Press Group het volledige drukspectrum aankan, vanaf de pre-press tot en met het inbinden. Maar nog bepalender is de specifieke marktbenadering : sinds de MBO heeft Bath Press Group de verliesmakende magazinemarkt vaarwel gezegd en zich toegelegd op monochrome, volumineuze boeken die in kleine oplagen maar met hoge marges worden verkocht. Het kwaliteitsimago de Group werd gelauwerd als Printer of The Year in ’94, ’95 en ’96 bezorgde het bedrijf daarnaast ook orders voor publiekstrekkers als de ” Downing Street Years” van Margaret Thatcher en Andrew Mortons ” Diana – Her True Story“. Geruchtmakende opdrachten die de concurrentie afgunstig maakten : in ’94 dreigde British Printing Corporation zelfs met een vijandelijk overnamebod. Het management van de Bath Press Group was gewaarschuwd en trok in februari ’95 naar de Londense beurs. De beursnotering die in een eerste fase 493 miljoen frank in het laatje bracht moest het concern meer financiële slagkracht verschaffen en nieuwe acquisities mogelijk maken, vooral dan in de aan belang winnende kleurenmarkt.

Roy Hill was dan ook zichtbaar tevreden toen hij verleden week aan zijn raad van bestuur de cijfers toelichtte van ’95, het eerste boekjaar na de beursintroductie. De omzet was met 4,3 % gestegen tot 1,68 miljard frank en de 669 personeelsleden konden de winst opdrijven met 14,1 % naar 169,2 miljoen frank. Enkele dagen daarvoor had Hill, die zijn carrière begon als letterzetter maar vandaag 11 % van het aandelenkapitaal van de Bath Press Group bezit, diezelfde positieve boodschap overgemaakt aan de aandeelhouders. Kwestie van ze warm te maken voor wat in de drukkerswereld dé overname van het jaar moet worden : die van het Belgische Proost.

Proost (omzet ’95 : 1,97 miljard frank ; bedrijfsresultaat : 9 miljoen frank verlies) werd in 1913 opgericht en verwierf binnen de kortste keren wereldfaam als drukker van missalen en gebedenboeken. Aan die activiteit kwam abrupt een einde toen het Tweede Vaticaans Concilie in ’62 besliste om de missalen af te schaffen. Mede onder impuls van algemeen directeur Jan Jacobs spitste Proost zich daarna toe op drie segmenten : stripverhalen (in ’90 lijfde de Kempense boekenproducent ook Dupuis Printing uit Fleurus in), kinderboeken, en de zogenoemde coffee table books luxueuze uitgaven over bijvoorbeeld vlinders, planten en vliegtuigen.

IDEALE PARTNER.

“Volgens mij is er geen beter huwelijk tussen twee boekenfabrikanten denkbaar,” zo warmde Hill zijn bestuurders op. “We waren op zoek naar een drukkersbedrijf dat niet in ons vaarwater zat. Welnu, hoewel Proost en Bath Press Group al erg lang bestaan, hebben we slechts één keer om een bestelling gewedijverd, namelijk voor de Engelstalige versie van een Asterix-stripverhaal. Bleek dat Proosts offerteprijs nog geen 45 % van onze kostprijs bedroeg.”

Waarmee meteen het belangrijkste onderscheid tussen de twee boekenfabrikanten is aangeduid :

Proost is immers gespecialiseerd in stripverhalen, dunne coffee table books en kinderboeken. Het spreekt met zijn producten vooral een jong publiek aan ; de Bath Press Group produceert volumineuze naslagwerken en non fictie-boeken voor een publiek van academici en wetenschappers.

De persen van Proost drukken minimaal 6000 en maximaal enkele honderdduizenden exemplaren van een boek ; bij de Bath Press Group worden de machines ingesteld op 4000 tot 5000 stuks.

Proost is synoniem van meerkleurendruk ; zijn Britse overnemer munt uit in monochroom drukwerk.

95 % van de drukopdrachten bij Proost vindt een weg naar het buitenland, terwijl de Bath Press Group in ’95 slechts voor 21 miljoen frank exporteerde.

Proost heeft twee vestigingen (Turnhout en Fleurus) ; de Bath Press Group opereert vanuit zes bedrijven in de buurt van Bath en een onderneming in Glasgow.

Met de overname droomt de Bath Press Group van synergieën langs de aankoopzijde. Momenteel kopen de twee producenten jaarlijks samen voor 940 miljoen frank grondstoffen. De beslissingsbevoegdheid over het merendeel van die aankopen verhuist naar Groot-Brittannië. Proost verkoopt jaarlijks voor 10 miljoen pond (470 miljoen frank) boeken over het Kanaal. “Wij zullen dat geld hier houden, de grondstoffen voor Proost van hieruit bestellen en betalen in pond,” aldus Hill. “Het Turnhoutse bedrijf verloor in het verleden nogal wat geld als gevolg van wisselkoersverschillen. Dat behoort voortaan tot het verleden. En door de bundeling van onze aankoopactiviteiten moeten we ook betere deals kunnen afsluiten met de leveranciers.”

Nog belangrijker voor de Bath Press Group zijn de opportuniteiten aan de verkoopzijde. In ’95 exporteerden de Britten maar voor 21 miljoen frank. “Wij hebben nu van de ene dag op de andere acht verkopers in Europa, die elk vier of vijf talen spreken,” aldus Roy Hill, die verwacht dat het Europese vasteland en de VS voortaan 20 % tot 30 % van de omzet van de Britse groep genereren.

GIFTIGE SALAMANDER.

Proost vergroot dus de geografische bewegingsruimte van zijn Britse overnemer. Als beloning krijgt het zelf financiële ademruimte. De Kempense boekenproducent dreigde immers te verstikken in de wurggreep van de door Jef Proost gecontroleerde Salamander Holding NV, waaronder sinds ’77 de Londense uitgeverij Salamander Books ltd ressorteert. Salamander Books, dat gespecialiseerd is in populair-wetenschappelijke coffee table books, was de voorbije twee decennia goed voor 10 % van de omzet van Proost. Maar dergelijke literatuur vergt in de regel zware ontwikkelingskosten (luxepapier, layout, foto’s…), terwijl de oplagen beperkt zijn. Salamander had nood aan bedrijfskapitaal, en Proost kreeg een slechte debiteur. Vanaf ’92 werden de schulden die de Salamander Holding had uitstaan bij de NV Proost omgezet in leningen. Op 31 juli ’96 stond de Salamander holding in totaal al voor 223 miljoen frank in het rood bij Proost NV, die zelf meer en meer bij de banken moest aankloppen in ’95 hadden de Kempenaars in totaal voor 1,1 miljard schuldvorderingen. “Op 27 augustus zullen we met onze rechterhand 343 miljoen frank cash overhandigen aan Jef Proost,” aldus Roy Hill. “Met onze linkerhand zullen we meteen 223 miljoen frank terugnemen voor de schulden die Salamander nog heeft uitstaan bij Proost.” De Bath Press Group heeft via de uitgifte van nieuwe aandelen in totaal 521 miljoen frank verzameld. 343 miljoen frank gaat naar de aankoop van het Kempense bedrijf ; het restbedrag moet de schulden van Proost helpen afbouwen.

Jef Proost die officieel met pensioen gaat maar de volgende twee jaar wel consultant blijft voor Bath Press Group houdt aan de verkoop van zijn bedrijf 120 miljoen frank over. “Onze aandeelhouders hebben zich tevreden gesteld met veel minder dan wij allemaal dachten. Maar alle partijen zijn gelukkig. Wat wil je nog meer ?” zo reageert algemeen directeur Jan Jacobs van Proost op het overnamebedrag. “Bovendien stond onze winstmarge de voorbije jaren onder zware druk. In tegenstelling tot de Bath Press Group zijn wij actief op de wereldmarkt, met concurrenten in Italië, Singapore, Maleisië en China. En die goochelen met ontzettend scherpe marges.”

WINSTMARGE.

Roy Hill liet er tegenover zijn bestuurders echter geen onduidelijkheid over bestaan : ” Proost is capable of much, much better. De winstmarge van de Bath Press Group bedraagt momenteel 10 %. Proost haalt 4,9 % ( nvdr volgens de door Price Waterhouse gehanteerde waarderingsregels haalde Proost in ’95 een bedrijfswinst van 94,8 miljoen), terwijl het nochtans veel beter is uitgerust dan wij en in kleur drukt. Ik kan geen reden verzinnen waarom Proost geen grotere winstmarge zou halen dan wij. In Engeland groeien we met 10 % per jaar. En we willen méér. For the good of the business, maar ook om de aandeelhouders gelukkig te stemmen.”

Jan Jacobs geeft toe dat door gezamenlijke aankoopsystemen, andere afschrijvingsmethoden en een betere klantenopvolging op de internationale markt bedraagt de gemiddelde betalingstermijn 120 dagen een winstmarge van 7 % tot 8 % haalbaar moet zijn. Maar 10 % vindt hij moeilijker. Roy Hill is evenwel vastberaden : “Proost wordt het grootste bedrijf binnen de Bath Press Group, en dus van primordiaal belang voor ons. We zullen Proost op financieel en managementvlak de hulp geven die het in het verleden níet had.”

De Belgische vakbonden zijn dan ook waakzaam. Raymond Schenkels, nationaal adjunct-secretaris van de Christelijke Centrale voor Diverse Industrieën (CCDI) : “Hoewel vandaag de werkgelegenheid niet in vraag wordt gesteld, is het voor iedereen duidelijk dat het beslissingscentrum van Proost voortaan in Engeland zit verankerd. De overnemer heeft in dergelijke materies altijd het laatste woord. Toen Proost in ’90 de drukkerij van Dupuis in Fleurus overnam, besliste Turnhout om in Fleurus personeel af te danken. In die zin leeft er bij het personeel wel een zekere vrees. Het samengaan van Proost en de Bath Press Group wordt vandaag bestempeld als een sprookjeshuwelijk. Maar dat zei men in ’81 ook van het huwelijk van Charles en Diana…”

JAN LODEWYCKX

ROY HILL (BATH PRESS GROUP) Proost behoort voortaan tot een beursgenoteerde groep. Resulaten worden belangrijk.

JAN JACOBS (PROOST) Bevrijd uit de financiële wurggreep van de Salamander Holding.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content