Sansculotten in fleece

IJsland heeft versneld een vijfde terugbetaald van de noodhulp die het van het IMF kreeg. Drie jaar geleden stond het eiland aan de rand van het bankroet. Zeer tegen de zin van zijn buren weigerde het echter de banken er weer bovenop te helpen. Een gewaagde gok die goed uitdraaide.

Ragnar Arnason tekent met een viltstift in grote krachtige lijnen de groeicurve van het IJslandse bbp op een stuk papier. Met nauwelijks verholen genoegen wijst de professor economie aan de universiteit van Reykjavik op het treffende contrast tussen die stijgende lijn en de instorting van de grote Europese buren, vooral dan die uit het zuiden, zoals Griekenland en Italië. Intussen maakte het IMF bekend dat Ijsland 338,78 miljoen euro heeft terugbetaald van de 1,64 miljard die het als noodsteun kreeg tussen 2008 en 2011.

Raar maar waar: IJsland, het eerste slachtoffer van de crash, is in een recordtijd uit de recessie geklommen. En het deed dat op zijn eigen manier: “Door neen te zeggen. Door te weigeren zich te onderwerpen aan het dictaat van de schuldeisers”, vervolgt professor Arnason.

Het is een economisch raadsel. Alsof ze een lange neus wilden maken naar de financieel experts nodigden de IJslandse rebellen eind oktober de coryfeeën van de economische discipline uit naar de majestueuze Concert Hall in de haven van Reykjavik, om lessen te trekken uit een reddingsoperatie volgens de regels van de kunst. De Nobelprijswinnaars Joseph Stiglitz en Paul Krugman vroegen de experts van het IMF toen zich bij de feiten neer te leggen: er bestaat wel degelijk een alternatief voor de budgettaire orthodoxie zoals Brussel en de meeste centrale banken die prediken.

IJsland deed het op zijn manier. Het koos ervoor zijn banken failliet te laten gaan, veeleer dan ze er op kosten van de belastingbetaler weer bovenop te helpen. Het sleepte de politiek verantwoordelijken voor de rechter met de bedoeling ze achter de tralies te brengen – meer bepaald gewezen eerste minister Geir Haarde. Het liet zijn munt los om de economie beter op gang te kunnen trekken. Maar bovenal weigerden de verontwaardigde IJslanders tot tweemaal toe de tegoeden van Britse en Nederlandse spaarders bij de Icesave-bank te betalen. En zie, IJsland haalt opnieuw een groeivoet (2,9 %) die de Europese economieën doet verbleken. Vorige zomer kon het zelfs opnieuw lenen op de internationale markt. IJsland herfinanciert zich nu op vijf jaar tegen een rente die lager ligt dan wat Italië moet toestaan. De kredietbeoordelaar Fitch trok zelfs de rating van het land een trapje op.

Verguisd door zijn Europese buren – de Britten zwaaiden onder meer met een antiterrorismewet om de tegoeden van de IJslandse banken een tijdlang te bevriezen -, met de vinger gewezen door de internationale gemeenschap, bedreigd door het IMF met een bevriezing van zijn kredieten, en dat allemaal onder dreiging van juridische vervolging, heeft IJsland het been stijf gehouden. Ragnar Arnason waagt zich aan een verklaring: “Dat we niet afgestraft werden, komt niet doordat de schuldeisers een kort geheugen hebben. Hen interesseert het vooruitzicht op toekomstige winst. Daarvoor zijn ze bereid de spons te halen over het in gebreke blijven van een staat. Dat is in de economische geschiedenis al decennia zo en het zal niet veranderen.”

Koppige helden

Iedereen maakt tegenwoordig zijn opwachting in Reykjavik in een poging de drijvende kracht achter het IJslandse mirakel te begrijpen. “Het heeft geen zin zich te verdiepen in de statistieken van de centrale bank. Ga liever te rade bij de volksmythologie”, suggereert Pall, een student sociologie, gezeten aan een tafeltje in een Parijs café.

IJsland staat bekend voor zijn bloedige sagen. Het heeft echter ook zijn legendarische helden. Bjartur, een halsstarrige boer met een hart van steen maar een onverschrokken inborst, vertolkt de grote vrijheidszin die eigen is aan het IJslandse volk. Dat is altijd bereid zijn onafhankelijkheid en zijn natuurlijke rijkdommen te verdedigen. Ook als het gebukt gaat onder zware schulden.

Terug naar 2012. In de straten van Reykjavik trotseren de IJslanders de koude en de striemende regen. De Amerikaanse terreinwagens op extra brede banden waarmee de golden boys rondreden, zijn uit het straatbeeld verdwenen. De bars in Langavegur, een van de trendy straten in Reykjavik, draaien op volle toeren en de restaurants lopen weer vol. Op Keflavik brengen de vliegtuigen van Iceland Air toeristen af en aan.

Het lijdt niet de minste twijfel meer dat de IJslandse economie zichzelf weer bedrijfsklaar heeft gemaakt. Verwacht wordt dat het bbp er dit jaar met 2,9 procent op vooruitgaat. De inflatie, die tot 18 procent geklommen was, staat met 2,7 procent weer op een redelijk niveau en de werkloosheid is gedaald tot zowat 6 procent. Het begrotingstekort dook vorig jaar onder 3 procent en kan volgens de OESO evolueren naar een overschot in 2013. Deze winter was er weer wat activiteit op de beurs van Reykjavik met de beursgang van de distributieonderneming Hagar, de eerste introductie sinds 2008.

Waken over het prille herstel

Ari Skulason heeft de gouden tijd van de IJslandse financiën gekend. Nu leidt hij een investeringsfonds bij de New Landsbanki. Hij waarschuwt: “Het verhaal is nog niet ten einde. We werken in een gesloten omgeving. We zijn verschrikkelijk geïsoleerd.” De wisselkoerscontrole zal nog wel enkele jaren (deels) van kracht blijven. “600 miljard kronen zijn nog in handen van buitenlandse investeerders”, merkt Johannes Skulason, de woordvoerder van de Progressieve Partij, op. Dat is evenveel als de schulden die Icesave had opgestapeld.

IJsland doet meer dan alleen de koers van zijn munt beschermen. Meer dan ooit waakt het erover dat zijn natuurlijke rijkdommen niet in vreemde handen vallen. De fumarolen, de geisers en de natuurlijke warmwaterbronnen van vulkanische oorsprong leveren verwarming en warm water aan meer dan 85 procent van de gezinnen. IJsland kan zelfs het eerste land ter wereld worden dat het volledig zonder vervuilende fossiele brandstoffen doet. De technologische vooruitgang, die steeds diepere boringen mogelijk maakt, lokt echter ook ongenode gasten. Zo organiseerde de bevolking twee jaar geleden, onder aanvoering van de zangeres Björk, een verbeten strijd om de Canadese groep Magma Energy te beletten zich te komen bevoorraden op IJslandse bodem.

Tegenwoordig wekt een vastgoedproject de wrevel van de bevolking. De Chinese zakenman Huang Nubo droomt er namelijk van de hand te kunnen leggen op 300 vierkante kilometer grond in een afgelegen gebied in het noordoosten van het eiland. Daar wil hij een toeristisch complex uitbouwen met een vijfsterrenhotel, golf, mountainbiking, trektochten en zelfs vluchten over de vulkanen in een luchtballon. De IJslanders verdenken hem ervan dat hij de basis wil leggen voor een diepwaterhaven en gebruik wil maken van de strategische ligging van IJsland om de rijkdommen onder de Noordelijke IJszee te ontginnen, zodra die door het wegsmelten van de ijskap bereikbaar worden.

De visvangst is een andere belangrijke zorg van IJsland. De sector is als speerpunt van de IJslandse economie goed voor 40 procent van de buitenlandse inkomsten. Er kan dan ook geen sprake van zijn de visvangst op te geven. Vanuit zijn kantoor met panoramisch uitzicht over de haven van Reykjavik leidt Eggert Benediktsson de grootste vissersvloot van het land. Gemiddeld komt elk jaar 200.000 ton vis terecht in de netten van HB Grandi, iets waar de Franse en Spaanse concurrenten alleen maar van kunnen dromen. Benediktsson weet dat en het verontrust hem: “Als IJsland aanklopt aan de poort van Europa, dan moeten we ons onderwerpen aan de wil van Brussel. Dan zullen we onze visvoorraden moeten delen en aanvaarden dat onze ondernemingen opgekocht worden door buitenlandse groepen.”

De Europese Unie is nochtans de jongste bevlieging van de Democratische Partij, die samen met de groenen de regerende coalitie uitmaakt. De toetredingsonderhandelingen zijn begonnen. Maar alle peilingen wijzen uit dat de meerderheid van de IJslanders het idee van toetreding tot de Unie verwerpt en de munt trouw blijft. Zonder de devaluatie van de kroon zou IJsland niet zo snel uit de recessie geraakt zijn. “Onze enige kans is dat een land als Nederland zich uit weerwraak zou verzetten tegen de aansluiting van ons weerspannige eiland”, zucht eurofiel van het eerste uur Ari Skulason. “Dat zou ons raken in onze nationale trots. Dan zouden de IJslanders er al hun energie in steken om aanvaard te worden.” De geest van Bjartur is nog altijd levend in IJsland.

GÉRALDINE MEIGNANT IN IJSLAND (L’EXPANSION)

“IJsland klom in een recordtijd uit de recessie door te weigeren zich te onderwerpen aan het dictaat van de schuldeisers” Ragnar Arnason

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content