Roebel in vrije val
Terwijl de westerse politici zich belachelijk maken met hun sancties tegen Rusland, wordt de financiële wereld nog altijd dooreengeschud door allerhande schandalen. We wisten al sinds de aanvang van de crisis dat de meeste banken niet recht in hun schoenen stonden. Ze manipuleerden alles wat binnen hun bereik kwam. Alle grote namen die aanvankelijk werden genoemd in verband met de onregelmatigheden met de Libor-tarieven, doken prompt weer op als het ging over de manipulatie van de goudkoersen en sinds kort die van wisselkoersen. We sommen even de belangrijkste instellingen op: Bank of America, Barclays, BNP Paribas, Citigroup, Crédit Suisse, Deutsche Bank, Goldman Sachs, HSBC, JP Morgan Chase, Royal Bank of Scotland, Scotiabank, Société Générale en UBS. Sommige onder hen werden al veroordeeld, de meeste wachten hun vonnis af.
Nu blijkt dat de centrale banken, die die instellingen moeten controleren, zelf niet vrij te pleiten zijn. De Britse centrale bank heeft haar directeur die belast is met het toezicht op de wisselactiviteiten, uit zijn functie gezet. Hij was op de hoogte van de manipulaties en heeft niemand terechtgewezen. Bij een rondvraag bij bankcliënten in 43 landen stelde Ernst & Young vast dat slechts 32 % van de ondervraagden hun instelling vertrouwden. Op dit moment durven cliënten hun bank gemakkelijker voor het gerecht te brengen, als er twijfel bestaat over de eerlijkheid van een operatie.
Toenemende argwaan
De argwaan neemt overal toe. Vrijdag konden de analisten bijvoorbeeld moeilijk aannemen dat de werkgelegenheidscijfers in de Verenigde Staten vorige maand echt fors zijn verbeterd. Ze begrepen niet dat de erbarmelijke weersomstandigheden geen invloed uitoefenden. Te meer omdat de werkloosheid opnieuw is gestegen. Dat heeft natuurlijk te maken met de Amerikanen die zich bij die diensten inschrijven. Maar hoe is het mogelijk dat meer banen werden gecreëerd dan verwacht, terwijl er meer mensen een werkloosheidsuitkering aanvroegen?
Het geopolitieke spel dat nu aan de gang is, bleek niet zonder gevolgen voor de markten. Dat de beurs even de kluts kwijt was, kon iedereen begrijpen. Dat het zo snel opklaarde, was al moeilijker te vatten. Voorlopig kelderen de westerse speculanten alles wat op de een of andere manier te maken heeft met Rusland. De roebel (RUB) verloor opnieuw 1,1 % de afgelopen week. Ook obligaties in RUB werden massaal van de hand gedaan, met ongehoorde koersdalingen. Zo verloor een lening op naam van de Europese Investeringsbank (AAA) niet minder dan 4,5 %, terwijl met die supranationale instelling niets aan de hand is.
In tegenstelling tot de stoere taal van sommige Europese regeringsleiders maken de bedrijfsleiders die nauwe banden onderhouden met Rusland zich zorgen. De Europese Unie verkoopt voor meer dan 460 miljard dollar (USD) per jaar aan Rusland. Een niet te versmaden goudmijn in deze harde tijden. Ter vergelijking: het Amerikaanse aandeel bedraagt slechts 40 miljard.
Status-quo bij ECB
De Europese Centrale Bank (ECB) heeft beslist niets te wijzigen. Tot groot ongenoegen van het bankwezen. De banken hadden gehoopt dat de ECB bepaalde gedekte schuldvorderingen rechtstreeks op de markt zou kopen. Wat de banken de mogelijkheid had geboden hun balansen te verfraaien. De ECB heeft zo’n interventie voorlopig afgewezen. Wel heeft ze gevraagd dat het Bazelcomité, dat belast is met de reglementering van de bankactiviteiten, zijn houding zou versoepelen. Op die manier hoeft de ECB geen interventies te bekostigen met vers geld en kan ze de bestaande schuldvorderingen tegen voordeliger voorwaarden herwaarderen als onderdeel van haar bancaire audit. In haar ogen is dat een win-winsituatie.
Wie de zaken nuchter bekijkt, beseft dat dat niets oplost. Een aanpassing van de waarderingsmethode helpt niet. Dat heeft men in 2008 al eens gedaan, zonder succes. En beweren dat de eurozone een eiland van stabiliteit is geworden, zal evenmin de echte problemen oplossen. Het lijkt er meer en meer op dat de ECB uitgeput is. Haar arsenaal blijkt niet langer doeltreffend. Ze is ook niet langer van plan de geldkraan open te draaien.
Sterkere euro
Door het uitblijven van een rentewijziging in de eurozone verstevigde de EUR tegenover de meeste munten. Hij klom 0,6 % hoger tegenover de USD, 1,7 % tegenover de yen (JPY) en 0,3 % tegenover het pond (GBP). De grondstoffenmunten herstelden zich zowat overal, met de Australische dollar (AUD) op kop, die 1,3 % hoger eindigde. Opvallend was de verstrakking van de renteschalen overal ter wereld. De tarieven gleden opwaarts, maar de langetermijntarieven klommen sneller dan de korte. De renteschaal van de Turkse lira (TRY) ontwikkelt al een drietal weken invers. De kortetermijntarieven liggen dus hoger dan de lange. Wat weinig goeds voorspelt.
De kapitaalmarkt moest vorige week hopen leningen opslorpen. Als alleen de USD en de EUR in aanmerking wordt genomen, dan werd vorige week voor niet minder dan 85 miljard USD uitgebracht. De banken namen het leeuwendeel voor hun rekening; bedrijven brachten ook heel wat aan, niet altijd met economisch gezonde voornemens. In tegenstelling tot de voorbije week raakten de nieuwe uitgiften niet zo vlot geplaatst. Hun grijzemarktprijzen durfden vaak onder de uitgifteprijzen te dalen.
Beperkte keuze
Voor de particuliere belegger is er weinig weggelegd, behalve dan in exotische munten. Labeyrie Fine Foods (B), de Franse cateraar van gourmetschotels, biedt zo maar eventjes 4,15 % meer dan het marktgemiddelde met zijn uitgifte op zeven jaar in EUR. Het stuk heeft zo veel succes dat geen papier meer beschikbaar is tegen de intekenvoorwaarden. Nu moeten beleggers al 103,18 % (5,14 %) neertellen om het stuk te bemachtigen. De grote instapcoupure maakt het stuk bovendien weinig haalbaar voor de kleine belegger.
KBC Ifima (A-) geeft een vierjarige AUD-lening uit. De voorwaarden zijn volgens ons zo ondermaats, dat we onmiddellijk verwijzen naar stukken op de secundaire markt, zoals de GECC Australia (A1, alt. 1) die kwalitatief beter is en meer opbrengt, zolang de kosten en het prijsverschil lager uitkomen dan 2,48 %. ANZ (AA-) in Nieuw-Zeelandse dollar (NZD) is te duur. Het stuk wisselt tegen 99,12 % (5,46 %) van eigenaar op de grijze markt. Geef de voorkeur aan Rabobank (AA-, alt. 5), als de kosten en het prijsverschil lager dan 2,54 % uitkomen. De drie nieuwe schijven van de EIB (AAA, supranationaal) in TRY zijn te duur. U vindt probleemloos beter op de secundaire markt. Een obligatie in TRY moet hoe dan ook meer dan 10,5 % bruto bieden. En vergeet niet dat de renteschaal in die munt invers is.
HET LIJKT ER MEER EN MEER OP DAT DE ECB UITGEPUT IS.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier