Pragmatisch pionieren voor de kust van Oostende

In 2010 startte de groep DEME haar jongste dochteronderneming op: DEME Blue Energy. Weerom doet DEME zijn reputatie als voorloper alle eer aan. Nu alle aandacht gericht is op windenergie en de windmolenparken in zee, richt DEME zijn focus op blauwe energie.

DEME Blue Energy (DBE) is ontstaan uit een marktanalyse en een samenwerking met de universiteit van Gent”, vertelt Peter Van Den Bergh, businessdevelopmentmanager en trekkende kracht bij DBE. DBE gaat op zoek naar de meeste geschikte technologie om hernieuwbare energie te halen uit water: uit getijden en golfslag. “Wij hebben een markt-potentieel gezien, dat op middellange termijn echt tot resultaten zal leiden”, voegt Peter Van Den Bergh toe.

Traditie van innovatie

DEME gelooft sterk in blauwe energie omdat golven een regelmatiger natuurfenomeen zijn dan bijvoorbeeld wind en gemakkelijker voorspelbaar zijn door de getijden. “De dichtheid van water is bovendien achthonderd keer groter dan die van lucht”, legt Hugo De Vlieger, bestuurder bij DBE, uit. “Daardoor kunnen we meer energie uit water halen dan uit lucht. De toestellen om de energie uit het water te halen, moeten ook minder groot zijn en nemen bijgevolg minder ruimte in.”

DEME heeft een jarenlange traditie van vernieuwing. De groep is altijd op zoek naar nieuwe activiteiten die een meerwaarde bieden voor haar kernactiviteiten: baggeren en landwinning. Zo richtte DEME een twintig jaar geleden DEC (DEME Environmental Contractors) op voor behandeling van verontreinigde gronden en sedimenten. Tien jaar geleden gooide DEME zich met succes op windenergie. En vandaag investeert de groep in water als een nieuwe bron van hernieuwbare energie. “Wij willen vooral pragmatisch pionieren”, zegt Peter Van Den Bergh. “Wij zijn expert op het water en denken aan vlottende technologieën om blauwe energie te creëren, zoals boeien. Harde technologieën die op de zeebodem vastzitten, zijn moeilijker bereikbaar.”

Breed pakket

DEME bekijkt ook de brede context van hernieuwbare energie. De groep heeft met C-Power en Power@Sea een pioniersrol gespeeld in de windmolenparken op zee en zit mee aan tafel om een geschikte infrastructuur voor maritiem energietransport uit te werken: het zogenaamde supergrid. Een netwerk in zee waardoor alle windmolenparken met elkaar worden verbonden en aangesloten zijn op de infrastructuur aan land. “Wij willen een breed pakket aan offshore-energie aanbieden”, vertelt Peter Van Den Bergh. “Blauwe energie is complementair aan alle andere energiebronnen: van kernenergie tot windenergie. Energie is geen of-ofverhaal maar een en-en-verhaal. Wij hebben alle energiebronnen nodig om de benodigde hoeveelheid energie te leveren.”

Steun van PMV

DEME vond een interessante partner in PMV. In september 2011 nam de investeringsmaatschappij een belang van 30 procent in DBE. Bovendien geniet het project FlanSea, met Universiteit Gent, een subsidie van het IWT gedurende drie jaar. Eind volgend jaar is DBE van plan om samen met UGent, Electrawinds, de haven van Oostende en enkele gespecialiseerde partners zoals Cloostermans, Spiromatic en Contec, een boei te installeren voor de kust van Oostende en die gedurende een jaar uit te testen. “Deze ondersteuning is belangrijk voor ons”, verklaart Peter Van Den Bergh. “We zitten in een kostenintensief traject en op korte termijn zullen we geen resultaten boeken die kunnen worden omgezet in inkomsten.” DBE streeft ernaar binnen vijf jaar een performant eindproduct op de markt te zetten.

KATIA GROSEMANS

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content