Plastische chirurgie helpt de carrière
Werkgevers zullen rekening moeten leren houden met de ‘fluppies’. Anders dan de geldhongerige ‘yuppies’, willen ze meer vrije tijd en meer plezier.
Steeds meer Japanse mannen laten hun oogleden liften. Daarmee volgen ze het voorbeeld van veel Japanse vrouwen, die de cosmetische ingreep niet laten uitvoeren om hun partners te bekoren, maar om hun carrière te bevorderen. Meer dan ooit geloven de Japanse witteboorden dat een energiek uiterlijk de sleutel is voor succes. Mochten ze het wielrennen volgen, zouden ze inspiratie putten uit de strategie van de Italiaanse spurtbom Mario Cipollini. Al jarenlang is hij de numero uno in pelotonspurten tijdens etappewedstrijden, maar in het grote klassieke werk komt hij een tikkeltje tekort en met het zicht op de bergen durft hij wel eens afstappen. Met zijn lenige leeuwenuiterlijk én zijn marketingbravoure heeft hij de vrouwen evenwel naar het wielrennen gelokt, wat hem een aardig pak lires extra oplevert tijdens contractbesprekingen en in advertenties.
Beaamt Laurens Berentsen, redacteur bij het Nederlandse jobblad Intermediair, die de coördinatie op zich nam van de bundel Beter werk: “Onderzoek heeft inderdaad uitgewezen dat uiterlijk invloed heeft op maatschappelijk succes. Kort samengevat: groot en knap doen het beter dan klein en lelijk.” Schampert hij meteen: “Een hoofdstuk over plastische chirurgie zul je in dit loopbaanboek echter niet aantreffen.” Op de huidige krappe arbeidsmarkt voor hoogopgeleiden maken ook de minder door de natuur in de watten gelegde kandidaten een meer dan behoorlijke kans. Steeds meer moeten ze zelf kiezen in plaats van uitverkoren te worden. En ook binnen de baan moeten ze alsmaar vaker zelf beslissingen treffen over carrièrewendingen, opleiding en bevordering.
Onwil van baas en personeel. Als leidraad bij zulke keuzes schreven Berentsen en negen andere Nederlandse journalisten of arbeidsexperts de bundel die ze de ondertitel Loopbaankeuzes in de nieuwe economie meegaven. Door het abrupte keren van het dotcomtij werkt dat titelopportunisme nu veeleer tegen het boek. Gelukkig waaiert het spectrum van Berentsen en co. voldoende breed uit om zowat de hele arbeidsmarkt voor hogeropgeleiden in beeld te brengen. Beter werk is niet het zoveelste dotcomboek, maar een snelle, soepele, soms wat snaterige synthese van de kansen en valkuilen op het huidige hogere werkveld. Tips en getuigenissen maken deze momentopname van de arbeidswereld aangenaam verteerbaar.
Het al bij al wat (te) slanke boek wint aan slagkracht door de nieuwe clichés van de arbeidsmarkt geregeld tegen de kritische lamp te houden. Die nieuwe arbeidsleuzes ontkiemden niet bij de opmars van de nieuwe economie, maar al begin jaren ’90, toen William Bridges in Jobshift het einde van de klassieke baan aankondigde. Merkt Berentsen op: “Werkgevers hadden er wel oren naar om met de baan ook maar meteen het vast dienstverband bij het grof vuil te zetten.” Toen vielen er immers meer ontslagen dan aanwervingen. Nu die situatie veranderd is en zelfs de huidige saneringsgolf niet onmiddellijk rek in de arbeidsmarkt van de hogeropgeleiden brengt, maken drastische veranderingen in de architectuur van de job wél een kans.
Managers declameren zelfs in koor dat personeel hun belangrijkste troef is in de bikkelharde concurrentieslag. Vult Berentsen aan: “Consultants adviseren bedrijven dat ze flexibele en mobiele werknemers nodig hebben, die ondernemend zijn, zelf verantwoordelijkheid dragen en steeds blijven leren.” In de praktijk ziet de redacteur evenwel vooral bedrijven die vervallen “in de oude gewoonte om bij vernieuwingen zittend personeel te vervangen door nieuwe werknemers. Autoritaire leidinggevenden frustreren initiatiefrijke nieuwkomers, terwijl coachende chefs op de onwil van medewerkers stuiten, die niets voelen voor veranderingen en verantwoordelijkheden.”
Fluppies versus yuppies. Deze keer is er evenwel een kans dat het personeelsbeleid bijgestuurd wordt. Vele jonge professionals vertonen immers al het gedrag dat de managementgoeroes voorspeld hebben. Zelfs meer en meer veertigers durven inzien dat ze niet tevreden zijn met hun huidige job. Dat uit zich her en der in markante beslissingen. Velen nemen een sabbatical om eindelijk die berg te beklimmen, ze gaan opnieuw studeren of maken resoluut van hun passie hun werk. Ze maken komaf met die rotbaan.
Trendwatchers hebben alvast de fluppies ontdekt, de fun loving urban professionals. Ze vormen de tegenvoeters van de yuppies, waarvoor alleen geld en carrière tellen. Fluppies willen een boeiende job. Vaak nemen ze ook minder werk. Dat ze daardoor ook minder geld opstrijken, nemen ze voor lief. Meer vrije tijd en meer plezier genieten voorrang. Een werkgever die deze bekwame medewerkers wil, zal moeten rekening houden met hun levenskeuzes.
Laurens Berentsen (red.), Beter werk – Loopbaankeuzes in de nieuwe economie. Bert Bakker, 178 blz., 585 fr.
Luc De Decker
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier