Piraten op de kabel
Ook de kabeloperatoren wagen zich op de Internet-markt. Zij beloven een brede autostrade zonder verkeersopstoppingen, maar de realiteit is iets genuanceerder. Telenet en TVD-Radio Public onder de loep.
Stad per stad, wijk per wijk, straat per straat. Stapsgewijs wordt het kabelnet van Telenet ontsloten voor Internet-gebruik in dit land. Een gezapig tempo, zo lijkt het wel. Maar het is een enorme klus om het bestaande tv-kabelnet van 52.000 kilometer en 2,1 miljoen kabelabonnees aan te passen aan het interactieve Net-verkeer.
“We volgen hetzelfde roll-out-plan als voor de uitbouw van onze telefoondiensten,” vertelt Claude Deslypere, productverantwoordelijke Internetdiensten bij Telenet. Deze Vlaamse kabeloperator telt nu al zo’n 150 betalende Web-surfers. Zij bevinden zich in een regio waar zo’n 20.000 huizen op het kabelnet zijn aangesloten : Mechelen (binnen de stadsring), Bonheiden en Hoboken (gedeeltelijk) en Hemiksem (volledig).
“Als we er rekening mee houden dat in België zo’n 5 % van de bevolking op het Internet surft, dan heeft Telenet met die 150 klanten al 30 % van de lokale Internet-markt bereikt,” klinkt Fons Van Dyck, directeur communicatie bij Telenet, hoopvol. Het is de bedoeling dat de kabeloperator in de loop van 1998 alle grote Vlaamse steden bedekt. “We hebben nog geen netwerk in Brussel,” merkt Van Dyck op. “Maar zoals u weet, praat iedereen met iedereen.” Daarna komen de kleinere steden aan de beurt. “Ons doel is om in een periode van vijf jaar ( nvdr. dus tegen 2002) Telenet-diensten aan alle 2,1 miljoen Vlaame kabelabonnees aan te bieden,” gaf topman Paul van der Spiegel deze zomer als ultieme tijdshorizon mee.
Onbeperkt surfen zonder communicatiekosten
Grootschalige concurrentie op korte termijn hoeven de klassieke verkopers van Internet-toegang in België in het jargon de ISP‘s of Internet Service Providers genaamd dus niet te vrezen. Bij Telenet weigert men zelfs zomaar de vergelijking te maken. Daar wordt geargumenteerd dat de Internet-surfer bij Telenet, net zoals bij een tv-aansluiting, geen communicatiekosten hoeft te betalen : er is geen Belgacom-factuur. Voor een vaste maandelijkse abonnementsprijs van 1499 frank kan hij onbeperkt surfen en blijft zijn Internet-aansluiting onbeperkt openstaan. Bovendien krijgt de Telenet-abonnee een grotere bandbreedte ter beschikking en kan hij volgens Claude Deslypere rekenen op een intrinsiek hogere snelheid.
“Wij verkopen een Porsche en de klassieke Internet-providers een Golf,” omschrijft hij plastisch. Maar tegelijkertijd beseft de Telenet-manager dat er in België minder Porsches dan Golf-auto’s rondrijden. “De meeste providers hebben al een landelijke dekking, terwijl Telenet nog maar vier lokale zones bereikt,” klinkt het nuchter.
PANDORA.
Het was op vrijdag 8 augustus dat Telenet de medialancering van Pandora afkondigde : een speels figuurtje, in de vorm van een “cyberbomma”, dat het Internet-aanbod van Telenet moet verpersoonlijken naar het grote publiek toe. “Het Internet stond oorspronkelijk niet in ons businessplan ingeschreven,” aldus Fons Van Dyck. “Toen die markt begon aan te zwengelen, zagen we hiervan plots de opportuniteit in. Door ons in die markt te profileren met een product naar het grote publiek toe, kunnen we de voordelen van ons breedbandkanaal duidelijk maken. En alle inkomsten die we daarbij binnenhalen, zijn mooi meegenomen. We zullen het Internet samen met onze telefonieproducten aanbieden, uiteraard niet in één pakket want koppelverkoop is verboden, maar we zullen het product wel in onze commerciële campagne opnemen.”
Wie een eenmalige installatieprijs betaalt van 9999 frank, krijgt bij Telenet zijn Internet-aansluiting in een handomdraai geïnstalleerd. Voor die prijs komen de Telenet-technici een Ethernet-kaart in uw pc plaatsen, koppelen zij de kabelmodem aan de computer, geven u een softwarelicentie voor de browser en zorgen voor de opleiding en het nodige testwerk. “De modem die wij installeren, maakt deel uit van de netwerkapparatuur en is dus géén eigendom van de klant,” aldus Claude Deslypere. Wat impliceert dat Telenet in de toekomst voor de verdere modernisering instaat. En mochten er nog andere problemen opduiken bij de gebruiker, dan is er de gratis helplijn.
Dit dienstenpakket wil Telenet als troef uitspelen om de residentiële Belg tot het World Wide Web te bekeren. Een harde klus. In België beschikt nauwelijks iets meer dan 6 % over een Internet-aansluiting. Critici vinden de net geen 10.000 frank installatiekosten van Telenet trouwens een hoge drempel. “Die initiële investering voor een Internet-neofiet is erg groot,” zegt John Baeyens van de Internet-provider en concurrent Ping, die zich net zoals Telenet op de particuliere markt richt. “Hoeveel gezinnen zullen bereid zijn die prijs te betalen vóór ze van het product hebben kunnen proeven of de waarde van het medium hebben kunnen inschatten ?”
GLASVEZEL.
Ook het snelheidsvoordeel van de kabel wordt gerelativeerd. Telenet legde een ruggegraatring van 670 kilometer aan die 17 lokale kabelmaatschappijen doorheen heel Vlaanderen met glasvezel verbindt. Die ring werd op 30 juni afgewerkt en op 1 juli in gebruik genomen. “De backbone heeft een capaciteit van veelvouden van gigabits,” zegt Fons Van Dyck.
Geen enkele Internet-surfer komt echter rechtstreeks op die glasvezelring terecht. Vanuit de kopstations van de kabelmaatschappijen wordt glasvezel naar de optische knooppunten in de woonwijken getrokken en daar wordt de verbinding gemaakt met de coaxkabel die naar de huizen loopt in vaktermen heet dit laatste uiteinde, de local loop. Daarom draagt het netwerkconcept van Telenet ook de benaming HFC of Hybrid Fiber Coax : een hybride oplossing om van glasvezel naar coax te gaan.
Om dit netwerk uit te bouwen, rolt Telenet nu zo’n 6500 kilometer aan optische kabels uit en verbindt het 2200 knooppunten over het hele Vlaamse grondgebied. Daarenboven moeten de versterkers langs de 52.000 kilometer lange coaxkabel wijk na wijk aangepast worden om tweerichtingsverkeer of interactiviteit mogelijk te maken. Dit laatste is de meest arbeidsintensieve klus.
“We hebben een capaciteit van 10 megabit per knooppunt voorzien en elk knooppunt is verbonden met een 700 tot 1000 huizen. Als we er rekening mee houden dat 5 tot 10 % van onze toekomstige telefoonabonnees op het Internet zal aansluiten, dan zijn dat gemiddeld 70 tot 100 huizen die over één Internet-knooppunt verbonden zijn en onder elkaar een capaciteit van 10 megabit moeten verdelen,” legt Claude Deslypere uit.
De telecomgebruikersgroep Beltug gaat ervan uit dat bij een gelijktijdig gebruik door verschillende klanten de Telenet-gebruiker nog steeds over een snelheid tussen de 500 kilobits en 2 megabits per seconde zal beschikken. Wat erg veel is, zeker als je er rekening mee houdt dat de meeste Internet-surfers in België momenteel over een thuismodem beschikken van pakweg 28,8 tot 33 kilobits per seconde.
Merendeel surft naar buitenlandse websites
“Ik wil dat snelheidsvoordeel relativeren,” zegt John Baeyens van Ping. “Telenet beschikt wel over een snelheidswinst op het nationale vlak, maar de internationale connectiviteit vormt de belangrijkste uitdaging voor de gebruikers op het Internet. Het merendeel van de Internet-bezoekers surft op buitenlandse websites.” Telenet heeft voor dit internationale verkeer een glasvezellijn van 512 kilobits gelegd naar het internationale netwerk van Unisource en British Telecom ( BT) in Zaventem.
“Dit verkeer wordt op intelligente wijze geleid over beide lijnen en de capaciteit wordt er continu in het oog gehouden,” zegt Claude Deslypere. “Op twee dagen tijd kunnen we er, als we willen, de capaciteit verhogen. Daarnaast zijn er mogelijkheden van satellietverbinding via het Franse bedrijf NetSat : dit is een punt-tot-punt verbinding tot in Washington.”
Fons Van Dyck geeft toe dat er snelheidsverlies kan optreden bij het verlaten van het netwerk om websites uit het buitenland te raadplegen. Maar, zegt hij, dat probleem kan worden opgelost met technieken zoals “proxy-servers” (waarbij webpagina’s tijdelijk op de servers van de Internet-provider worden opgeslagen) en “mirroring” (populaire websites worden volledig op lokale servers gekopieerd). John Baeyens brengt hiertegen in dat steeds meer websites dynamische pagina’s hebben die een vorm van interactiviteit of dynamisch gebruik tussen de bezoeker en de website veronderstellen. “Dit kan je niet vatten met proxy-servers,” zegt hij. “Bovendien vraag ik me af of elke website-uitbater zomaar bereid zal zijn om zijn strategische informatie uit handen te geven en te plaatsen op een spiegelversie van zijn website in een ander land.”
VTM-EFFECT ?
Telenet zou natuurlijk op een VTM-effect kunnen speculeren, zo redeneren waarnemers, waarbij steeds meer Belgische Internet-surfers in hoofdzaak lokale informatie zullen opvragen. Maar vooraleer het zover komt, zullen er nog heel wat bits en bytes doorheen de coaxkabel van Telenet stromen. “In mijn ogen blijft de internationale connectiviteit dé grote uitdaging,” merkt John Baeyens op. “En daar passeert de Internet-surfer een flessenhals. Daar kost de trafiek bij wijze van spreken zoveel frank per bit. Deze kosten moeten op de gebruiker verhaald worden.”
Op de vraag of andere Internet-providers straks van de kabel van Telenet gebruik kunnen maken om Internet-toegang aan te bieden, blijft Fons Van Dyck het antwoord schuldig. “We bekijken en bestuderen dat,” luidt zijn zuinige commentaar. “Wellicht zullen klassieke providers delen van onze ruggegraatring kunnen afhuren, maar ik denk niet dat we de local loop tot aan de huizen uit handen zullen geven,” vult Claude Deslypere aan.
Om oneigenlijk gebruik op zijn kabelnet tegen te gaan, stelt Telenet voorlopig dat elke Internet-surfer een maximum hoeveelheid informatie van 300 megabit per maand op zijn computer mag binnenladen. Wie daarboven gaat, betaalt 10 frank per megabit extra. Deze maatregel oogstte nogal wat kritiek bij fervente Internet-surfers. Alhoewel Roland Siebelinck, de hoofdverantwoordelijke voor de Internet-diensten bij Telenet, al in de pers liet doorschemeren dat daarvan niet zou worden afgeweken, relativeert Claude Deslypere die bovengrens.
“Ik zou me niet blindstaren op die 300 megabit,” zegt hij. “We willen gewoonweg niet dat er misbruik wordt gemaakt van onze kabelverbinding. Iemand die in onbeperkte hoeveelheden en zonder onderbreken informatie binnenhaalt, kan lagere snelheden veroorzaken bij andere gebruikers op hetzelfde knooppunt. Dit soort misbruiken willen we afremmen.”
PIET DEPUYDT
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier