Locatie : Ekonomie in beelden. Foto’s : Guido Coolens.
Vandaag, woensdag 24 mei, vaart het tweede element voor de Amsterdamse Piet Hein-tunnel van de Antwerpse Linkeroever af. Drie dagen later zal die “betonnen walvis” aanmeren aan de Sumatra-kade in Amsterdam. Een ingenieuze konstruktie, een merkwaardig transport.
– Bijna twee jaar lang werkten 100 tot 120 arbeiders van de tijdelijke vereniging Piet Hein-tunnel PHT, een consortium van vijf Belgische aannemers (zie kader : Algemeen koncept) aan de konstruktie van acht prefabelementen van elk 158 meter lang, 32 meter breed, 8 meter hoog en 40.000 ton zwaar.
Half maart ’95 zetten de aannemers het droogdok onder water. Zeven dagen later dreven alle gelijktijdig uit hun grindbed gelichte betonblokken. Vervolgens baggerde cutterzuiger Brabo de ringdijk door en sleepte de Nederlandse firma Smit Tak de elementen naar het Doeldok, waar ze voor hun reis naar Amsterdam werden klaargemaakt : op het platform monteerden de techniekers zware bolders, inclusief generatoren voor de verlichting en de lekwaterpompen. Natuurlijk mochten de obligate vlaggen op de schepen niet ontbreken : van het consortium en van de vijf aannemers afzonderlijk.
Mede dank zij de Europese richtlijnen inzake overheidsopdrachten, die de vrije konkurrentie waarborgen, sleepte een buitenlandse (in casu Belgische) groep dit prestigeprojekt in de wacht (zie kader : Goedkoper). Projektdirekteur Lode Franken : “Het kontrakt behelst zowel het ontwerp als de uitvoering. Naast de scherpe prijs kon onze groep een mooie referentielijst voorleggen inzake de gezonken-tunneltechniek, waaraan de opdrachtgever de voorkeur gaf. Zo waren CFE, Dredging en Besix respektievelijk reeds betrokken bij de aanleg van de Kennedy- en Rupeltunnel, terwijl De Meyer en Van Laere mee de Liefkenshoektunnel bouwden”.
– Op vijf mei ’95 vertrok de eerste lading. Geen champagne noch fanfaremuziek. Voor het afmeren van de acht zinkelementen voor de Piet Hein-tunnel totaal van 120.000 m3 beton waren alleen matrozen in maatpak met GSM’s druk in de weer. Zij moesten deze operatie in goede banen leiden. Voor de eerste maal in de geschiedenis stak een betonnen walvis van 40.000 ton de Noordzee over. Voor dit transport had Smit Tak samen met het PHT-consortium een uitgebreid draaiboek van 84 pagina’s opgesteld. De totale reis van Antwerpen naar Amsterdam nam in het totaal zo’n 55 uren in beslag. De overtocht verliep vlekkeloos, mede dank zij de nauwe samenwerking met de respektieve Havenautoriteiten. De internationale scheepvaart mocht immers niet gestoord worden.
Vier slepers en een duwbak, die als roer dienst deed, leidden het tunnelelement door de Westerschelde. Statig passeerde het konvooi de kerncentrale van Doel. Eenmaal in open zee volstonden twee boten. Het weer was ideaal : open hemel en een glad wateroppervlak. Geen enkele keer moesten de generatoren op het platform aanslaan om insijpelend vocht weg te pompen. Technische hoogstandjes waren de doortochten door de sluizen, zoals in Kallo.
– Na drie dagen zwemmen bereikte de betonnen walvis de haven van Amsterdam. Ondertussen baggert het consortium de afzinksleuf uit, waarin men de tunnelelementen zal laten zakken. Voorlopig is het eerste eksemplaar aan de Sumatra-kade gestockeerd. Als de weersomstandigheden het toelaten, vaart vandaag, woensdag 24 mei ’95, het tweede element af. Omwille van de te hoge golfslag werd de oorspronkelijke datum van 12 mei verschoven. De definitieve afzinking het laten zinken van de tunnelelementen die drijvend ter bestemming zijn gebracht vindt plaats in de zomer van dit jaar. Vóór eind augustus zal de operatie achter de rug zijn. Voor eenmaal geven de Vlamingen hun noorderburen eens zwemles.