Over bladerdeeg en Land Rovers
Pidy heeft zijn thuisbasis in de uithoek van België maar heeft allesbehalve lokale ambities : in Frankrijk wordt druk gebouwd aan een nieuwe fabriek in Saint-Quentin en in de Verenigde Staten werd eerder dit jaar Gourmet Pastry Shells Inc. overgenomen.
“Die het kleine niet eert, is het grote niet weerd.” Dat lijkt het recept van Pidy nv te zijn. Gemiddeld rollen er in Ieper per uur 60.000 pasteien en pasteitjes van de band, op dagbasis (steeds met dubbele ploeg) zijn dat er 960.000, op jaarbasis 226 miljoen. Alles samen goed voor een omzet van 680 miljoen frank. ’95 was wel een superjaar in die zin dat het boekjaar over 18 maanden loopt. “Pidy sloot traditioneel zijn balans af op 31 december. Doch wij zijn een zeer seizoensgebonden bedrijf, met een piek rond het jaareinde. Om organisatorische redenen hebben wij besloten de afsluitdatum van het boekjaar te verleggen naar 30 juni,” aldus financieel directeur Geert Derycke. Het bedrijfsresultaat van het boekjaar 1-1-’94 tot 30-6-’95 beloopt 36,1 miljoen frank, dat van het (normale) boekjaar ’93 35,3 miljoen en dat van ’92 21,8 miljoen. De algemene schuldgraad evolueerde van 63,14 % in ’92 (tegenover een sectorgemiddelde van 80,84 %) naar 60,16 % in ’95.
FAMILIAAL.
Pidy of Pâtisserie Industrielle Dehaeck Ypres werd opgericht in 1967 door André Dehaeck, vader van de huidige algemeen directeur Thierry Dehaeck. André Dehaeck, een banketbakker in Ieper, was enkele jaren voordien begonnen met de productie vanminipasteitjes in bladerdeeg om zijn inwonend personeel een normaal iets in de jaren vijftig en zestig in de minder drukke maanden bezig te houden. De idee van moeder Dehaeck om 12 bouchées, zoals ze in de volksmond worden genoemd, in één plastic zakje te steken, sloeg dermate goed aan dat in ’67 moest worden overgeschakeld van handwerk naar industriële vervaardiging. De oorspronkelijke Patisserie Dehaeck is intussen verkocht, het basisproduct is identiek gebleven : (mini)pasteitjes in bladerdeeg. Ook het aandeelhouderschap is identiek gebleven. Alle bedrijven huizen onder de familiale holding Dary nv. “Pidy is het buitenbeentje. Nog slechts weinig industriële voedingsbedrijven in België zijn familiaal,” aldus Thierry Dehaeck. Toch vindt hij juist dat familiale karakter een competitief voordeel. “Het verstevigt de band met het personeel en met de klanten,” zegt de 42-jarige bedrijfsleider, die het familiale aandeelhouderschap zéér ter harte neemt. Zijn woonst bevindt zich pal naast de fabrieksmuren, tijdens de middag verlaat hij het bedrijf maximaal één uurtje voor een kop soep, een omelet of tomaat-garnaal.
Vandaag beslaat de bedrijfsoppervlakte op de oostkaai van het kanaal Ieper-IJzer 20.000 m², een uitbreiding met 1000 m² komt eraaan. Tevens loopt een investeringsdossier in het kader van de implementatie van de Europese HACCP (Hazard Analysis Critical Control Point) standaard. Voor gebouw en machines wordt tot juni ’98 120 miljoen frank uitgetrokken.
Op industrieel vlak heeft Pidy geen concurrent in België, waar het de onbetwiste marktleider is. In Frankrijk moet het Ieperse bedrijf opboksen tegen een handvol mededingers, in Nederland tegen twee. 60 % van de omzet is export en 80 % van de export gaat naar 5 landen. Koploper is Frankrijk, met 140 miljoen frank Pidy-lekkers in ’95. De andere trouwe afnemers zijn Groot-Brittannië, de VS, Duitsland en Nederland. Thierry Dehaeck : “Voor onze uitvoer geldt de 80/20-regel. De 20 belangrijkste klanten staan voor 80 % van onze omzet.”
FRANSE AANWEZIGHEID.
In ’85 doet Pidy zijn eerste (buitenlandse) acquisitie : Les Cassolettes du Cordon Bleu in Tourcoing, gespecializeerd in de productie van taartbodems in bladerdeeg. Thierry Dehaeck : “Dit heeft voor ons de deur tot de Franse markt geopend. Voordien was het voor ons zeer moeilijk gebleken om de Franse markt te bewerken, omwille van het chauvinisme. Door de overname hebben wij ons kunnen profileren als een Franse fabrikant.” Les Cassolettes du Cordon Bleu kent onder de nieuwe eigenaar een enorme bloei : van 3 miljoen Franse frank omzet in ’85 en 5 personeelsleden stijgt de omzet naar 9 miljoen in ’86 en naar 18 miljoen in ’87. Om dat ogenblik barst de Noordfranse kmo, letterlijk, uit haar voegen en beslist Pidy tot een nieuwbouw, op de grens van Menen en Halluin. In ’89 krijgt Pidy Halluin er nog eens 3000 m² productieruime bij en begin de jaren negentig wordt 23 miljoen Franse frank geïnvesteerd in machines voor de geautomatizeerde vervaardiging van roomhorens en kaasrolletjes. “De technologie voor de volautomatische productie van deze artikelen is in-huis ontworpen. Dit geeft ons een enorme voorsprong op de concurrentie,” weet Thierry Dehaeck. Deze eerste, voorzichtige, diversificatie heeft Pidy geen windeiren gelegt : in het boekjaar afgesloten op 31 juni ’95 bedraagt de cashflow 3,1 miljoen FF en de omzet 43,7 miljoen. 70 % wordt afgezet in Frankrijk zelf, de rest is export. En om de stijgende verkoop te kunnen bijbenen, staan een extra 1600 m² in de steigers.
Meer zuidelijk in de hexagoon heeft Pidy grootsere plannen. In Saint-Quentin, in de buurt van Reims, opent volgende maand een nieuwe fabriek, 7500 m² groot en goed voor een investering van 30 miljoen Franse frank. “Dit is voor ons een heel belangrijke ontwikkeling. We gaan daar een volledig nieuw gamma producten maken : bavarois, charlottes en andere banketbakkershalffabrikaten. Dit gaat gepaard met het opstarten van een bijkomende verkooporganisatie die zich uitsluitend zal richten op bakkerijen, banketbakkerijen en zogenaamde bake-offs. Voor dit jaar hebben wij een omzet gebudgetteerd van 12 miljoen Franse frank, met 30 personeelsleden, tegen ’98 moet er 31 miljoen Franse frank omzet gedraaid worden.”
Een goed jaar geleden was er nochthans geen haar op Dehaecks hoofd dat dacht aan een vestiging in Saint-Quentin. Integendeel. Pidy had in februari ’95 BML sa, gevestigd in Mougins nabij Cannes gekocht. Een klein bedrijfje, 18 personeelsleden en 10 miljoen Franse frank omzet, dat in een neerwaartse spiraal zat de boekhouding toonde in ’94 een verlies van 700.000 Franse frank. Maar het productengamma sloot nauw aan bij Pidy’s, en de idee van een eigen bedrijf in het zuiden van Frankrijk leek Dehaeck niet onaangenaam. “Tot ik op zoek ging naar een nieuwe vestigingsplek,” lacht hij. “Al héél snel bleek dat industriegrond zeer, zeer duur was, dat de operationele kosten veel hoger lagen dan elders in Frankrijk en dat door de rotsachtige ondergrond de bouwkosten enorm zouden oplopen. Besluit : het was economisch niet verantwoord om een nieuwe fabriek te bouwen in het zuiden van Frankrijk. We zijn dan maar beginnen uitkijken naar een alternatief voor deze geprivilegieerde regio.”
Tijdens deze ronde kwam Thierry Dehaeck ook weer snel tot een conclusie : in noordelijk Frankrijk doet men meer inspanningen om bedrijven aan te trekken die willen groeien dan in het zonovergoten zuiden “en dan in België” voegt de Ieperse bedrijfsleider er nuchter aan toe. “Mijn keuze is gevallen op Saint-Quentin omwille van de subsidiëring, ten bedrage van 17 % op de totale investering.”
De drie Franse vestigingen van Pidy Halluin, Mougins en Saint-Quentin worden geleid door Rita Dehaeck, de dochter van André Dehaeck.
DROOM.
Pidy’s groei-appetijt beperkt zich niet tot Europa. Sinds het prille begin exporteert Pidy naar de Verenigde Staten, via de invoerder Liberty Imports. Maar in ’90 steekt Thierry Dehaeck zelf de plas over en bezoekt de vermaarde voedingsbeurs in New York, de Fancy Food Show. “Ik ben mij onmiddellijk bewust geworden van het enorm potentieel van Pidy in de States, want onze producten passen in de Amerikaanse eetgewoonten. Ik heb er mij ook van kunnen vergewissen dat de marges van onze invoeder enorm waren, tussen 70 en 80 % ! De man vroeg 4 dollar voor een doosje van 12 hapjes. Dat maakt 33 cents voor één hapje.” Dehaeck had meteen de reden voor de stagnerende omzet en besloot de koe bij de horens te vatten. November ’91 ziet Pidy USA, Inc. in Dayton, New Jersey het daglicht. In ’95 boekte deze vennootschap 1,5 miljoen dollar omzet.
Sinds 1 januari jongstleden heeft Pidy USA een zusje van eigen bodem : Gourmet Pastry Shells, Inc., gevestigd in New York, niet ver van de internationale luchthaven JF Kennedy, 15 personeelsleden, gespecializeerd in de productie van taartbodems, 750.000 dollar omzet en 50.000 dollar nettowinst. “Het productengamma is complementair en zij verkopen aan dezelfde cliënteel als Pidy USA, de food service ( nvdr cateringbedrijven en grootkeukens),” aldus Thierry Dehaeck, die de twee Amerikaanse bedrijven nu onder één dak wil. In de volgende maanden gaat hij, geruggesteund door de Franse ervaring, op shopping tour doorheen de verschillende Amerikaanse staten. Wie zoekt, die vindt.
CATHY BUYCK
THIERRY DEHAECK (PIDY) Vindt het familiaal aandeelhouderschap een competitief voordeel.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier