Op citytrip naar Brussel
Een tip voor kerst in 2020. Zoals de kaarten vandaag liggen wordt Brussel een bestemming voor Vlamingen die willen citytrippen bij de Europese buren. Een keuze naast Barcelona, Berlijn, Stockholm, Dublin, Sint-Petersburg. De sympathie voor de hoofdstad is bij het leeuwendeel van de Vlamingen flinterdun tot nul. De praatjes van Charles Picqué, Armand De Decker, Philippe Moureaux dwarrelen als metaalstof van de Vlamingen.
Brussel frequenteren is een corvee en deze mening is geen dorpsheid. Alsof Brussel een bonkend hart zou zijn van cultuur, trendyness, kosmopolitisme. Daarvoor kan je ruim terecht in Gent, in Antwerpen, in Brugge; in de Vooruit, in de Singel, in het Concertgebouw. Wat de politiek en de economie in 2020 voor Brussel niet meer kunnen, is dan misschien in handen van de pret. De gastronomie, de museums, de herbestemde gebouwen van het parlement in de Wetstraat, het Koninklijk Paleis met een permanente tentoonstelling over de Europese Unie, de Marollen met de Fransen die op de Thalys springen voor hun dagtaak in Parijs, zullen de trekpleisters en de merktekens zijn. In de Taverne du Passage in de Koninginnegalerij kijken dan dezelfde oude obers in hun Brussels-Frans en Brussels-Nederlands neer op de klanten, zoals het past in een bourgeoise eterij. De filet américain van de Taverne zal de Lonely Planet en The Rough Guide blijven bekoren.
De Brusselse patriotten begrijpen het niet. Elke week sturen zij uitnodigingen om te snoepen van de grandioze ideeën die Rudy Demotte, minister-president van het Waalse Gewest, en Charles Picqué, minister-president van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, zullen uitwisselen over het Marshall Plan, over de synergie tussen hun gewesten, over hun win-winlogica. Ook zijn er uitnodigingen van Aula Magna, Manifesto, BruXsel om te debatteren over de uitbreiding van de grenzen van Brussel met in het panel zeven Brusselse francofonen en twee Flamands de service. Eveneens zijn er opstandige kreten: “Men praat over een grote staatshervorming en niemand luistert naar Brussel.” Het geeuwen langs Schelde en IJzer over Brussel is algemeen. Tja, hoe zou zoiets mogelijk geworden zijn? Het antwoord op die vraag is eenvoudig. Brussel cultiveert immer forser een Franstalig nationalisme – door de stommiteit van de Vlaamse politici van de generatie Martens om een drieledige staatshervorming goed te keuren – dat zich apart of in tandem met Wallonië tegen Vlaanderen keert.
Het Brussels Gewest heeft grondwettelijk drie functies: een gewestelijke, een tweetalige en een hoofdstedelijke. Brussel is de facto une région à part entière. Aan de twee overige taken, tweetaligheid en hoofdstedelijkheid, heeft Brussel lak. Hier kan men al stellen dat het godgeklaagd is dat een wat groter provincienest uit België, want dat is Brussel, de aanmatiging heeft om hoofdstad te zijn van de Europese Unie en niet in staat is hoofdstad te zijn van twee volkeren in eigen land. Brussel ontbeert het morele recht om Europese capitale te zijn.
De Vlaming Guido Ghekiere is de gewezen directeur-generaal van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement, daarvoor worden geen dwazen benoemd, en laat een brandbrief rondgaan over de sabotage door Brussel van zijn hoofdstedelijke opdracht en tweetaligheid. Voor het financieren van die hoofdstedelijke rol ontvangt Brussel belastinggeld uit Vlaanderen en Wallonië. De verplichting om tweetalig te zijn of te worden, wordt door de publieke en de politieke sector, bijna uitsluitend met woorden beleden. De Thielemansen van Bxl spotten met de Vlaamse koelies. Het zou een minimum van eerlijkheid, vaderlandsliefde en toekomstgerichtheid zijn als de hoofdstad zich neutraal en communautair aseksueel zou opstellen, dus zou handelen als lijm en niet als oplosmiddel van België.
De demonisering van Vlaanderen in Straatsburg gebeurt vanuit Bxl door de drie M’s: Milquet, Moureaux en Maingain. Bij de gemeenteraadsverkiezingen werd de electorale guerrilla in Vlaams-Brabant georganiseerd op het kabinet van Charles Picqué. Het hoofdstedelijk gewest eist territorium op van de grootste deelstaat, een mondiale primeur. De 19 Brusselse burgemeesters vormen met de 6 van de faciliteitengemeenten een anti-Vlaams front. Brussel was/is bedoeld als sluitsteen van België. De Franstalige politieke, publieke en mediakringen – ook Le Soir ondanks zijn gefleem met De Standaard, evenals La Libre Belgique, vandaag francofieler dan ooit – voeren een belgicide strategie. Daar zal in 2020 Vlaanderen weinig problemen mee hebben, Brussel wel.
Je moet ongelooflijke gotspe hebben om debatten te durven inrichten over hoofdstedelijke grenzen als het hele Brusselse establishment een nationale, verzoenende rol versmaadt. Les zwanzeurs sont roi à Bruxelles.
de auteur is directeur van trends.
Frans Crols
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier